„De-escaleren kun je leren”, staat op het protestbord dat de 28-jarige Anouk omhooghoudt. Daarmee doelt ze op het politieoptreden tijdens eerdere protesten, zegt ze. „Sinds de demonstraties van studenten bij universiteiten zie ik politiegeweld dat ik niet eerder heb gezien. En dat het demonstratierecht nu wordt ingeperkt, vind ik heel kwalijk. De rol van de politie zou moeten zijn om iedereen veilig z’n eigen verhaal te laten vertellen.”
Het is de eerste keer dat Anouk bij een verboden protest is – zondag, toen er ook ondanks het verbod werd gedemonstreerd op de Dam, was ze er niet bij. „De Maccabi-supporters zijn al weg, dus ik begrijp het verbod niet meer. Het lijkt alsof mensen die deze kant van het verhaal willen vertellen monddood worden gemaakt.”
Sinds vrijdagavond geldt in Amsterdam een demonstratieverbod, een maatregel die de gemeente nam na het geweld dat ontstond na de voetbalwedstrijd Ajax – Maccabi Tel Aviv.
Een halfuur voor het protest begint, rond 17.30 uur, maakte de gemeente bekend dat de demonstratie tóch mocht plaatsvinden. Niet op de Dam, maar op het Westergasterrein.
Daar wordt niet naar geluisterd. Vanaf 18.00 uur verzamelen zich enkele honderden actievoerders. Ze zingen, klappen en roepen leuzen als „Free, free Palestine” en „From the river to the sea, Palestine will be free”. Er wordt gezwaaid met Palestijnse vlaggen. De sfeer is relatief rustig.
Lees ook
Ook op zondag was er al een verboden protest op de Dam: We móéten onze stem laten horen’
Politieagenten stellen zich op in een brede cirkel om de demonstraten heen, er staan een stuk of tien politiebusjes op het plein. Rond 18.50 uur kondigt te politie via een megafoon aan te gaan vorderen. Een minuut of twintig later wordt omgeroepen dat iedereen de Dam moet verlaten en dat er geweld gebruikt kan worden als daar geen gehoor aan wordt gegeven.
Niemand vertrekt, de politie maakt de cirkel om de demonstranten steeds kleiner. Een man die aan de zijkant van de Dam staat, maar wel net binnen de cirkel, vraagt aan een van de omringende agenten wat er aan de hand is. „Moeten we weg, meneer?” De agent kijkt strak voor zich uit en reageert niet.
Terwijl de agenten langzaam dichterbij komen, roepen de demonstranten in koor „shame on you”. Ze haken de armen in elkaar en staan dicht bijeen gepakt. Om de politiecirkel heen loopt het vol toeschouwers en andere demonstranten, die zich enigszins uit de voeten hebben gemaakt nadat de politie begon met verder insluiten. De actievoerders in de cirkel worden toegezongen: „you are not alone”.
‘Moment om weg te gaan’
„Dit is misschien het moment om weg te gaan”, zegt een weggelopen demonstrant tegen een ander. Hij wijst naar het Rokin – daar komen acht politieagenten te paard aan. Met hun paarden rijden ze door de menigte, enkele mensen vallen op de grond. Als de paarden beginnen te draven, rennen mensen de Kalverstraat in en het Rokin op.
Dan roept de politie om: „Beste mensen op de Dam, u bent aangehouden en wordt naar het Westergasterrein gebracht.” De GVB-bussen waarin demonstraten afgevoerd worden arriveren op de Dam, net als meer politiebusjes. Beetje bij beetje worden mensen daarin gezet, terwijl omstanders verdreven worden door de agenten te paard. De eerste demonstranten worden rond 20.30 uur onder luid gejuich afgevoerd. Toeschouwers beginnen te vertrekken. De bussen worden steeds voller, de Dam steeds leger.
Lees ook
Alles draait om Gaza: geweld van de jongens op scooters tegen Israëliërs is niet goed te keuren, zeggen Marokkaanse Nederlanders in Amsterdam, maar wel begrijpelijk
Het zou zomaar kunnen dat u vrijdag een uitnodiging in de bus vindt om deel te nemen aan het eerste Nationale Burgerberaad Klimaat, dat op 18 januari 2025 van start gaat. Daarin zal een groep burgers zich buigen over de vraag: hoe kunnen we als Nederland eten, spullen gebruiken en reizen op een manier die beter is voor het klimaat? De antwoorden op deze vragen en de aanbevelingen om dat te bereiken zullen worden aangeboden aan het kabinet en de Tweede Kamer.
Wat is het Nationale Burgerberaad Klimaat en waarom wordt het georganiseerd? Vijf vragen.
1. Wat is een burgerberaad?
Een burgerberaad is een democratische vorm van dialoog waaraan een groep ‘gelote burgers’ meedoet die samen een goede afspiegeling van de samenleving vormen. In meerdere bijeenkomsten gaan zij met elkaar en met deskundigen in gesprek over een vraagstuk dat vooraf is bepaald. Daarover formuleren ze samen aanbevelingen aan de politiek. Afhankelijk van de afspraken vooraf neemt de politiek deze adviezen over en zet ze om in beleid. In 2006 werd er in Nederland voor het laatst een landelijk burgerberaad georganiseerd, over wat het beste kiesstelsel is voor Nederland. Over klimaat vonden er eerder al lokale burgerberaden plaats in onder andere Gelderland, Rotterdam, Helvoirt en Sluis.
Maatregelen die gaan over de lange termijn worden vooruitgeschoven, waardoor problemen alleen maar groter worden
2. Waarom organiseert Nederland nu een nationaal burgerberaad over klimaat?
Dit burgerberaad is voorgesteld door een groep betrokken burgers die zorgen hebben over het klimaat. Zij waren geïnspireerd door burgerberaden uit andere landen. Daar zagen ze dat burgers goed in staat zijn om antwoorden te formuleren op complexe vraagstukken zoals over abortuswetgeving (Ierland), coronabeleid (Duitsland) of klimaat (Frankrijk). Ze spraken met politici en kregen steeds meer steun voor hun plan, dat werd omarmd door het kabinet Rutte-IV. Dat gaf in juli 2023 de opdracht aan het Overlegorgaan Fysieke Leefomgeving (OFL) om dit burgerberaad te organiseren.
„Klimaat is een zeer urgent probleem”, zegt Eva Rovers, een van de pleitbezorgers van dit burgerberaad. „Uit onderzoek blijkt dat burgers willen dat klimaatverandering wordt tegengegaan, maar wereldwijd hebben regeringen grote moeite met het maken van adequaat beleid.” Dat komt, zegt Rovers, door de korte verkiezingscycli die politici dwingt vooral bezig zijn met de korte termijn en om herkozen te worden. „Maatregelen die gaan over de lange termijn, zoals het verminderen van de CO2-uitstoot, worden vooruitgeschoven, waardoor problemen alleen maar groter worden.”
Met een burgerberaad, zegt Rovers, die ook de stichting Bureau Burgerberaad oprichtte, wordt dat probleem ondervangen, „want burgers hoeven niet herkozen te worden. Uit de praktijk blijkt dat zij juist goed in staat zijn om tot langetermijnoplossingen te komen, zelfs als die op de korte termijn nadelig zijn voor henzelf.” Zoals het afschaffen van korteafstandsvluchten, dat in het Franse burgerberaad werd voorgesteld. „Niet leuk voor mensen nu, maar met een beoogd positief effect op toekomstige generaties.”
Lees ook
Burgerberaad heeft niet zomaar gezag
Dat komt, aldus Rovers, omdat mensen door met anderen over een onderwerp te praten, begrip krijgen voor de verschillende kanten van het probleem en wat het voor verschillende groepen mensen betekent. In Ierland mondde het burgerberaad uit in een referendum over het grondwettelijke verbod op abortus. Twee derde van de Ieren stemde naar aanleiding van het beraad vóór een versoepeling van de wet – waar het eerder tot extreme polarisatie had geleid.
3. Wie doen er mee?
Via een willekeurige loting krijgen zeventigduizend burgers in Nederland een oproep om mee te doen. Van iedereen die zich op basis van die brief aanmeldt, worden uiteindelijk 175 mensen geselecteerd via een gewogen loting. Dat betekent dat er rekening wordt gehouden met geslacht, leeftijd, opleidingsniveau en woonplaats, voor een representatieve afspiegeling van de samenleving. Ook wordt gekeken naar de mening over klimaatbeleid. Eva Rovers: „In de samenleving gelooft zo’n 3 procent van de mensen niet in klimaatverandering. Als het goed is zien we dat straks ook terug in de 175 deelnemers.”
4. Hoe werkt het?
Als de 175 burgers zijn geselecteerd, komen zij zes weekenden bij elkaar. Daarin gaan ze aan de slag met de vooraf vastgestelde vraag, maar ze mogen zelf bepalen waar ze precies over willen praten en welke deskundigen ze willen uitnodigen. „Het proces is zo min mogelijk gestuurd”, zegt Nienke Meijer, die als onafhankelijk voorzitter aanwezig is bij alle bijeenkomsten. „Het is belangrijk dat deelnemers zelf de vrijheid hebben om tot de conclusie te komen: wat is er aan de hand?”
Zodat iedereen kan deelnemen zullen er tolken zijn, kinderopvang en worden hotelovernachtingen en reiskosten vergoed
Om dat te bereiken zijn er professionele gespreksbegeleiders die zorgen dat het een dialoog wordt en geen debat. „Het gaat er niet om elkaar te overtuigen of gelijk te krijgen. Maar om elkaar te begrijpen”, zegt Meijer. „Het belangrijkste is dat deelnemers zich vrij en veilig voelen.” Om iedereen de gelegenheid te geven deel te nemen zullen er tolken zijn, kinderopvang en worden hotelovernachtingen en reiskosten vergoed. Ook krijgen deelnemers een vergoeding van 120 euro per maand.
5. Wat gebeurt er met de uitkomsten?
Aan het eind komt het burgerberaad met adviezen, hoeveel dat er zijn is aan de deelnemers. Die worden aangeboden aan het kabinet en aan de Tweede Kamer. Vooraf is afgesproken dat het kabinet een half jaar de tijd krijgt om per aanbeveling te motiveren waarom deze wel of niet wordt overgenomen. Eva Rovers had liever gezien dat de politiek zichzelf had gecommitteerd om de aanbevelingen in principe over te nemen. „Die stap hebben ze nog niet durven nemen”, zegt ze. „Misschien de volgende keer, als duidelijk wordt dat burgers met hele goede aanbevelingen komen die écht in het algemeen belang zijn.”
Een man die wordt verdacht van het mishandelen van een dakloze man in Rotterdam met een steen, is woensdag aangehouden in de Franse stad Toulon. Dat schrijven Franse media. De man wordt in Frankrijk verdacht van eenzelfde misdaad, waarbij het slachtoffer de aanval niet heeft overleefd.
De verdachte, een 32-jarige man uit Kameroen, gooide vorige week in het centrum van Rotterdam een steen op het hoofd van een slapende dakloze man. Het 37-jarige slachtoffer ligt nog altijd in coma in het ziekenhuis. Zijn zus opende na het incident een inzamelingsactie en heeft daarmee inmiddels bijna 30.000 euro binnengehaald.
Maandag zou dezelfde verdachte in de Franse stad Lyon ook al een dakloze man hebben aangevallen. De arrestant, Levis E., wordt volgens de Franse krant Le Figaro ook in verband gebracht met moorden in Évry, Straatsburg en Dijon.
De verdachte werd woensdag opgepakt in Toulon, nadat hij daar een vrouw in een trein had aangevallen. Terwijl zij op weg was naar haar stoel, zou hij haar zonder reden hebben geslagen en vervolgens tegen haar been hebben getrapt. Nadat de vrouw de conducteur waarschuwde, hield de politie de verdachte aan bij het eerstvolgende station.
Amsterdam als een beschadigde stad. Een stad in de greep van een „giftige cocktail van antisemitisme, hooligan-gedrag en woede over de oorlog in Palestina en Israël”. Dinsdag likten burgemeester Femke Halsema en de gemeenteraad tijdens een spoeddebat de wonden na de ongeregeldheden van vorige week.
Die stad is sindsdien ook in de ban van „beeldvorming en desinformatie die een belangrijke rol in de giftige cocktail hebben gespeeld”, aldus Halsema. Waardoor volgens haar niet alleen onrecht gedaan is aan de Joden in de stad, „maar ook aan andere minderheden, zoals de Palestijnse Amsterdammers. En dat doet pijn”.
Tot diep in de nacht van donderdag op vrijdag wees volgens Halsema niets op gerichte antisemitische acties
Terwijl Halsema sprak in de raadzaal van de Amsterdamse Stopera, bleek buiten hoezeer Amsterdam nog steeds in de ban is van die gifcocktail. Dinsdagmiddag liet stadsvervoersbedrijf GVB weten niet meer te willen rijden in Amsterdam-Nieuw-West: een reactie op de ongeregeldheden van maandag, waarbij opnieuw antisemitische leuzen werden geroepen en in een tram brand werd gesticht.
Later dinsdagavond, zo kondigde hoofdofficier van justitie René de Beukelaer aan in het raadsdebat, zouden bij Opsporing Verzocht de eerste beelden te zien zijn van verdachten die vorige week donderdag betrokken waren bij ongeregeldheden. In eerste instantie worden ze onherkenbaar, geblurd, getoond. Verdachten krijgen de gelegenheid om zichzelf te melden. Doen ze dat niet, dan komt de politie in actie.
Behalve met beeldmateriaal probeert een speciaal rechercheteam verdachten te identificeren via WhatsApp- en Telegram-gesprekken.
Driehoek
Voor de gemeenteraad en Halsema was het raadsdebat vooral bedoeld om na te kaarten. Als zelfreflectie, volgens Halsema, op het functioneren van de Amsterdamse driehoek: die zij vormt met De Beukelaer en politiechef Peter Holla. Waren de ongeregeldheden – waarbij de binnenstad vorige week in de nacht van donderdag het toneel werd van gerichte klopjachten op Joden – te voorkomen geweest? Uit een voor het debat verstuurd feitenrelaas blijkt dat Amsterdam vorige week donderdag overwogen heeft de voetbalwedstrijd Ajax-Maccabi te verbieden. Daar werd van afgezien omdat inmiddels duizenden supporters uit Israël in de stad rondliepen en zo’n verbod bovendien juridisch niet rond te krijgen was.
Ook donderdag wees niets erop dat het na die wedstrijd zo zou escaleren, benadrukte Halsema. In de politiejournaals werd melding gemaakt van te verwachten confrontaties tussen supporters van Ajax en Maccabi. Daar was voldoende politie voor op de been.
Er was ook vrees voor een ‘taxi-oorlog’ met Maccabi-aanhang, nadat woensdag op het Rokin een taxichauffeur in elkaar zou zijn geslagen en een aantal chauffeurs bij het Leidseplein daar wraak voor wilden nemen. Ook dat was met de politiecapaciteit te behappen.
Tot diep in de nacht van donderdag op vrijdag wees volgens Halsema niets op die gerichte antisemitische acties om Joden in de stad op te jagen. Daar werd pas donderdagnacht om 03.00 uur voor het eerst in de driehoek melding van gemaakt, aldus de burgemeester. En daar had de politie nauwelijks antwoord op – dat jagen gebeurde op scooters, met auto’s en te voet, hit and run-acties, waar de politie de manschappen en de flexibiliteit niet voor had.
Relschoppers
In het raadsdebat laveerde Halsema tussen kritische opmerkingen van diverse kanten. Fracties als Denk of GroenLinks verweten Halsema dat ze het te veel had opgenomen voor de Joodse gemeenschap, ten koste van de Arabische, Marokkaanse en Palestijnse gemeenschappen in de stad. Fracties als JA21 en de VVD vonden dat te weinig was gedaan om Joden te beschermen.
Relschoppers, veelal met een migratieachtergrond, hadden volgens VVD-fractievoorzitter Daan Wijnants te veel vrij spel gekregen. „Groepen voelen zich onaantastbaar in de stad, aldus Wijnants. Hij wees op verboden demonstraties van Extinction Rebellion, die tóch doorgingen. „Of de tegendemonstraties bij de opening van het Nationaal Holocaustmuseum. De driehoek trekt wel een grens, maar geen harde, waardoor het idee leeft dat het gezag de baas niet meer is in de stad.”
U geeft een omschrijving van een ‘failed state’. U wil er hier een politiestaat van maken
Fractievoorzitter Kevin Kreuger van JA21 vond dat Halsema een klopjacht in gang had moeten om daders te achterhalen. „Van stadsdeel naar stadsdeel, van straat naar straat mensen uit hun huizen trekken en insluiten”, noemde Kreuger dat.
Halsema: „U geeft een omschrijving van een failed state. U wil er hier een politiestaat van maken.”
Halsema was ook fel op kritiek van onder meer Denk dat ze vrijdag tijdens een persconferentie in felle bewoordingen de Jodenjacht aan de kaak stelde, maar toen nauwelijks aandacht besteedde aan de leus „dood aan de Arabieren” of het verheerlijken van Israëls oorlogspolitiek door Maccabi-supporters. De burgemeester meet met twee maten, aldus fractievoorzitter Sheher Khan van Denk.
‘Onder curatele’
Volgens Halsema was dat niet het geval: „Op Jodenjacht is gewoon een stap verder. Dat betekent georganiseerd door de stad trekken, elkaar op de hoogte houden, mensen hun paspoort vragen, kijken of ze voldoen aan de criteria die de daders bij Joden vinden passen, en ze dan in elkaar slaan.”
Halsema overleefde het zes uur durende debat moeiteloos. Een motie van wantrouwen, ingediend door JA21, werd alleen door die partij gesteund. VVD-fractievoorzitter Daan Wijnants probeerde zijn eerdere kritiek dat zijn partij steviger beleid van de burgemeester wil, nog vorm te geven met de opmerking dat Halsema voorlopig „onder curatele” zou staan. Dat pikte Halsema niet. „De term ‘curatele’ is laf en bestaat staatsrechtelijk niet. Vertrouwen is er, of het is er niet”, was haar reactie
Waarop fractievoorzitter Rob Hofland van D66 het voor Wijnants samenvatte: „Daar zit een politicus die de burgemeester vertrouwt, maar het niet durft uit te spreken.”
Lees ook
Alles draait om Gaza: geweld van de jongens op scooters tegen Israëliërs is niet goed te keuren, zeggen Marokkaanse Nederlanders in Amsterdam, maar wel begrijpelijk
Hoofdverdachte Ridouan Taghi in het Marengo-proces heeft weer advocaten, meldt het gerechtshof Amsterdam dinsdag. Vito Shukrula en Carlo Crince le Roy nemen de verdediging op zich, bevestigen ze aan persbureau ANP zonder verder commentaar te willen geven.
De tot levenslang veroordeelde Taghi zat sinds deze zomer opnieuw zonder advocaten, nadat Michael Ruperti de verdediging had neergelegd. Hij vond dat het werk hem „onmogelijk” was gemaakt. Eerder stapten Arthur van der Biezen en Sjoerd van Berge Henegouwen al op uit zijn advocatenteam.
Ruperti en de twee andere advocaten hadden na de arrestatie van Inez Weski in april vorig jaar de verdediging van de nu 46-jarige Taghi op zich genomen. Zij werd opgepakt op verdenking van deelname aan een criminele organisatie die zich bezighoudt met internationale drugshandel en witwassen en het schenden van geheimen.
Hoger beroep
Het hof noemde het in september nog „zorgelijk” dat Taghi zonder advocaten zat. Hij werd begin dit jaar door de rechtbank veroordeeld tot een levenslange gevangenisstraf voor betrokkenheid bij meerdere moorden. Volgens de rechtbank heeft de criminele organisatie met Ridouan Taghi als „onbetwiste leider” een ontwrichtende werking gehad op de samenleving, maar Taghi ging in beroep tegen die uitspraak.
In december zijn er nieuwe voorbereidende zittingen gepland voor het hoger beroep. Dan zal hij dus worden bijgestaan door de ook in de rechtszaak over de moord op Peter R. de Vries actieve advocaten Vito Shukrula en Carlo Crince le Roy.
Lees ook
Geweld om angst aan te jagen: dat ‘ontwrichtte de samenleving’, en bleek heel effectief
„Een paar zeer bijzondere en pittige weken achter de rug”, schreef André Steur afgelopen juli op LinkedIn. „Gewoon weer even Student Pilot Steur, als ‘jongste’ bediende van 308th Fighter Squadron.” Steur, in het dagelijks leven commandant der luchtstrijdkrachten, vertelt over zijn bijscholing van vijf weken tot F-35-vlieger op een basis in Arizona, in de Verenigde Staten.
Daarmee voegde Steur zich in een traditie dat de luchtmachtcommandant zelf het toestel kan besturen dat het paradepaardje vormt van dit krijgsmachtonderdeel. Tot voor kort was dat de F-16, nu de F-35.
Dat is niet de enige reden voor de bijscholing: „De commandant staat ook voor het uitdragen van warrior mindset [strijdersmentaliteit] in alles wat hij doet”, mailt Steurs woordvoerder aan NRC. En dat geldt juist in deze tijden van oorlog en crisis, aldus Steur.
De ene gastvlieger zet het toestel te hard neer, waardoor onderdelen stukgaan, een ander neemt de bochten te scherp
De post op LinkedIn uit juli oogstte vooral positieve en een enkele kritische reactie van Steurs volgers, veelal actief in de wereld van de luchtmacht. De eersten prezen het voorbeeld dat de commandant gaf. Anderen wezen op de hoge kosten van de opleiding en het beslag dat ‘gastvliegers’ als Steur op het onderhoud en de beschikbare vlieguren van de F-35 leggen. ‘Gastvliegers’ waren vaak eerder actief op een gevechtstoestel, kregen daarna een baan op bijvoorbeeld het ministerie van Defensie in Den Haag, maar willen hun licentie behouden om, bijvoorbeeld, later weer mee te kunnen doen als operationeel vlieger. Voor het bijhouden van hun vaardigheden krijgen ze, naast hun salaris, een vliegerstoelage die kan oplopen tot ongeveer 2.300 euro bruto per maand.
Vloot
Onderhoud en reparatie van de F-35 vormen al langer een knelpunt. Een recent rapport van defensie, dat de introductie van de F-35 binnen de Nederlandse luchtmacht volgt, stelt dat door die problemen de wereldwijde inzetbaarheid van de F-35-vloot „onder de norm” is. Het rapport spreekt van „tekorten aan reservedelen en onderhoudsmateriaal”.
Het beslag dat gastvliegers op de F-35-vloot leggen en de noodzaak tot (extra) oefenen om de aansluiting met de operationele praktijk te houden, vergroten het probleem met techniek en onderhoud. Toenmalig minister Jeanine Hennis (VVD, Defensie) sprak al in 2013 bij de introductie van het vliegtuig over „een kostbare en tijdrovende aangelegenheid om collega’s die tijdelijk op een niet-operationele functie zitten, inzetgereed te krijgen”. Eerder dat jaar had de Algemene Rekenkamer gewezen op de belasting van deze gastgroep.
De commandant luchtstrijdkrachten ziet het als zijn taak en plicht om zelf onderdeel te blijven van de kernactiviteiten van de luchtmacht
Onderhoudstechnici die aan F-35’s en F-16’s hebben gewerkt, herkennen de observaties. NRC sprak een tweetal van hen. Ze willen anoniem blijven om hun belangen niet te schaden. Beiden noemen gastvliegers vanwege hun gebrek aan operationele ervaring een extra belasting. De een zet het toestel te hard neer, waardoor onderdelen stukgaan, een ander neemt bochten te scherp, wat bij de F-16 tot scheurtjes in ‘de huid’ van het toestel leidde. Tegenover een uur vliegen staat acht uur onderhoud, zo luidde de stelregel in onderhoudskring voor de F-16; voor de F-35 nog langer, gezien de complexe en kwetsbare techniek van het toestel.
Om de druk van gastvliegers op toestellen, vlieguren en onderhoud te verminderen, wilde toenmalig minister Hennis na 2013 hun aantal terugdringen. Zo’n 10 procent van alle beschikbare vlieguren met F-16’s ging toen op aan gastvliegers, voor wie 43 oefenuren per jaar waren toegewezen. Dat leidde ertoe dat jongere, operationele vliegers minder aan de bak kwamen. De 10 procent zou bij de F-35 moeten worden teruggebracht tot zo’n 5 procent, schreef Hennis de Tweede Kamer. „Met de introductie van de F-35 zullen alleen nog vliegers die tijdelijk een niet-operationele functie bekleden, uren maken als gastvlieger”, schreef ze. „Het uitgangspunt is zoveel mogelijk vlieguren beschikbaar stellen voor het combat ready houden van operationele vliegers.”
Evenknie
Op het oog valt Steur niet in de ‘tijdelijke’ categorie van gastvliegers zoals toenmalig minister Hennis die in 2013 definieerde. Van de commandant valt niet te verwachten dat hij ooit nog terugkeert in de gelederen van (meest jonge) gevechtsvliegers. Zijn twee voorgangers (Alexander Schnitger en Dennis Luyt) gingen na hun afscheid als commandant met vervroegd pensioen. Steur is 54 jaar oud en begon vorig jaar met zijn huidige functie. Ook verkeert hij vooralsnog niet in dezelfde situatie als zijn evenknie bij de Israëlische luchtmacht: commandant Tomer Bar vliegt geregeld F-35-missies tegen bijvoorbeeld doelen van Hezbollah in Libanon.
Toch valt Steur naar eigen zeggen ruimschoots binnen de criteria voor gastvliegers die met de F-35 mogen oefenen, laat hij via een woordvoerder weten. „Gezien de huidige situatie in de wereld kunnen we niet uitsluiten dat we op korte termijn betrokken raken bij een (grootschalig) conflict op het Europese grondgebied. […] De commandant luchtstrijdkrachten ziet het als zijn taak en plicht om zelf onderdeel te blijven van de kernactiviteiten van de luchtmacht.”
Verder is het van belang, schrijft Steur, „om zelf kennis en ervaring op te doen met de mogelijkheden, beperkingen en bijzondere kenmerken van dit wapenplatform”.
Lees ook
Export F-35-onderdelen naar Israël niet verboden
Streefgetal
De luchtmachtvoorlichting schrijft verder dat de verhouding tussen gastvliegers en beschikbare F-35-toestellen – 32 toestellen in Nederland – aanzienlijk is veranderd sinds 2013, toen Hennis haar brief schreef. Er zijn nu, verhoudingsgewijs, veel minder vliegers beschikbaar, aldus de voorlichting – al zegt de woordvoerder „uit veiligheidsoogpunt” geen concrete getallen vliegers te noemen, zoals Hennis in 2013 wel deed voor de F-16 (toen vijftig gastvliegers).
Het beslag van gastvliegers op het totaal aantal beschikbare oefenuren voor de F-35, bedraagt volgens de luchtmacht „op dit moment minder dan 5 procent”, het streefgetal van Hennis. „De luchtmacht zal alle zeilen bij moeten zetten om – in het licht van de dreiging in Europa – te blijven voldoen aan haar operationele taakstelling”, aldus de woordvoerder. „De waarde van de inbreng van gastvliegers neemt hierdoor alleen maar toe. Niet alleen voor de dagelijkse training en oefening, maar ook om in extremis bij te dragen aan de slagkracht van defensie door daadwerkelijk oorlogsmissies te vliegen.”
Lees ook
Israël overrompelde Iran met haast onzichtbare F-35’s en een cyberaanval. ‘De boodschap: we kunnen terugkomen wanneer we willen’
Alle media liegen, zeggen ze. Naast de rechtbank in Amsterdam staat een groepje mannen en vrouwen die de jonge man willen steunen die wordt voorgeleid aan de rechter-commissaris. Hij zou Israëlische voetbalsupporters hebben belaagd, die eind vorige week in Nederland waren voor de wedstrijd Ajax tegen Maccabi Tel Aviv. Ze willen niet over de onrust met journalisten praten. Ze geloven niet in eerlijke berichtgeving van de Nederlandse media.
Journalisten schilderen Marokkaanse Nederlanders immers in navolging van burgemeester Femke Halsema en nationale politici af als antisemitische relschoppers. Terwijl ze het wangedrag en uitlokking van de bezoekende Israëliërs bagatelliseren, vinden ze. De mannen en vrouwen voor de rechtbank halen hun informatie onder meer van sociale media.
Even verderop in Amsterdam-West is dat een overheersend gevoel onder Marokkaanse Nederlanders. Velen willen niet praten met NRC. Soms doen ze net alsof ze de vragensteller niet zien staan. Jij bent lucht voor me, is de boodschap. „De berichtgeving wás ook erg eenzijdig”, zegt Malak Ghailan, een 19-jarige politicologiestudent uit Amsterdam Nieuw-West. „Pas na drie dagen zag je dat de media oog kregen voor de ándere kant.”
Alles draait om Gaza
Said (53), die een groothandel in textielim- en export drijft, is juist openhartig, zo lang hij zijn achternaam niet hoeft te noemen. Hij drinkt koffie op het Sierplein en verwoordt ondertussen soepel het gevoel van veel Marokkaanse Nederlanders: alle gebeurtenissen van de afgelopen week beginnen en eindigen in Gaza. Israël vecht daar een gruwelijke oorlog uit, zegt hij. Palestijnen, ook kinderen en vrouwen, lijden honger en worden gedood. Wij Marokkanen trekken die ons misschien nóg meer aan dan andere Nederlanders, zegt hij. En dan komen Israëlische mannen die mogelijk in Gaza gevochten hebben, hierheen om naar een potje voetbal te kijken. „Voel je hem? Dan weet je wat je binnenhaalt.”
De harde kern van de Maccabi-supporters misdroeg zich. Een Palestijnse vlag werd verbrand, ze riepen „Fuck de Arabieren” en andere grievende leuzen en mishandelden een taxichauffeur. Dan is het niet gek, zegt Said, „dat onze mensen het gevecht aan gingen. Sterker nog, ik vond het jammer dat ik niet in de stad was.” Hij kreeg het wel mee, zegt hij. De Marokkaanse gemeenschap is hecht. Hij verstrengelt zijn vingers in elkaar. „We appen en bellen. Iedereen komt.”
Anti-zionisme
Dat is geen antisemitisme. Het is anti-zionisme, zegt Said. En precies dat klinkt overal in Amsterdam-West. We hebben niets tegen Joden, zeggen Manar (18) en Esma (17). Ik heb twee Joodse vriendinnen, zegt Esma. „Serieus, ik heb daar geen moeite mee.” De Maccabi-aanhangers zijn anders. „Je kunt niet doen alsof die schoon en fris binnenkomen. Ze weten wat er gaande is in Palestina. En keuren dat goed.” Geweld tegen hen, is geweld tegen zionisten. Niet tegen Joden.
De goedmoedige Abdelaziz Wattasiyun, in zijn winkel vol kleurige, lange Marokkaanse jurken, gaat niet zover dat hij jongens op scooters die Israëliërs opjagen en aanvallen verdedigt. Hij legt uit dat „de grote mond” van de Maccabi-supporters de boosheid in de Marokkaanse gemeenschap deed oplaaien. De mensen hier zijn meer dan een jaar „verdrietig”, zegt hij. „7 oktober was slecht, maar de straf is véél te groot.” Zijn vrouw kan niet kijken naar beelden van de lijdende bevolking in Gaza en wil er niet over praten. Zelf kijkt hij ook zo min mogelijk, want dan voelt hij zich ziek worden. Hij praat er wel over met zijn dochter. „Die is heel boos.”
Het is vreselijk om je constant te moeten verantwoorden voor de daden van anderen
Dat Marokkaanse Nederlanders nu antisemitisme wordt verweten doet Said niets. Hij woont vanaf zijn zevende in Nederland en hij is dat gewend, zegt hij. Bang is hij niet. Manar en Esma ook niet. „Als iemand mijn hoofddoek aftrekt, dan sla ik erop”, zegt Esma strijdlustig. Manar knikt lachend. Lina (16) die langsloopt op het Sierplein met de fiets aan de hand is ook niet bang, zegt ze. Maar haar moeder wel. Die heeft tegen haar en haar jongere broertjes gezegd dat ze nu even ’s avonds niet naar buiten mogen gaan.
Taxichauffeurs
De vader van Lina is taxichauffeur. Hij was niet aan het werk op de avond dat een chauffeur werd aangevallen, zegt ze. Maar sindsdien heeft hij er wel mee te maken. Klanten vragen aan hem waar hij vandaan komt en stappen niet in als ze horen dat hij uit Marokko komt. En dat is precies Lina’s punt: de hele Marokkaans-Nederlandse gemeenschap wordt aangekeken als een kleine groep ontoelaatbaar gedrag vertoont. En daarbij komt, knikt ze, dat het geweld van de jongens op scooters op donderdagavond tegen Israëliërs niet is goed te keuren maar wel begrijpelijk is.
Op haar school, het Comenius Lyceum in Amsterdam-West, hebben ze over alles wat er is gebeurd gesproken bij maatschappijleer. Lina vindt dat goed van de docent, want veel van haar vrienden zijn boos. „Dan is het goed dat ze hun hart kunnen luchten.”
‘Acceptatieprobleem’
Premier Dick Schoof wees maandagavond na de ministerraad expliciet naar de afkomst van een deel van de mogelijke daders. Hij sprak over „een specifieke groep jongeren met een migratieachtergrond” waarmee Nederland „een integratieprobleem” zou hebben. Student Malak Ghailan vindt dat polariserend. „Nederland heeft geen integratieprobleem, maar een acceptatieprobleem”, reageert ze. „Door dit soort uitspraken voel ik me steeds minder geaccepteerd in Nederland. Ik hoor dat ook van andere moslims. Politici zetten zo groepen in de samenleving tegen elkaar op.”
Volgens Ghailan waren er al klachten van Amsterdammers nog vóór de wedstrijd van donderdag, mensen die zich niet veilig voelden door de aanwezigheid van supporters van Maccabi Tel Aviv. „Ik was toevallig donderdagavond in het centrum voor een evenement dat rond 22.00 uur eindigde. De sfeer was toen al gespannen”, zegt ze. „Ik moest met de tram naar huis, maar mijn vader haalde me halverwege op omdat ik me niet veilig voelde.” Ze benadrukt dat het frustrerend is steeds verantwoordelijk gehouden te worden voor incidenten waarmee ze niets mee te maken heeft. „Het is vreselijk om je constant te moeten verantwoorden voor de daden van anderen.”
Rahma Bavelaar (44), voorzitter van de stichting Meld Islamofobie, stelt dat moslims door de politiek en media vaak bij voorbaat verdacht worden gemaakt en als antisemitisch bestempeld wanneer zij kritisch zijn over het Israël-Gaza-conflict. „Het is al genoeg om moslim te zijn.”
Bavelaar ziet dat bij 40 procent van de meldingen die ze bij de stichting binnenkrijgen er zowel sprake is van expliciete islamofobie als anti-Palestijnse racisme. „Dan gaat het over bedreiging, verbaal en fysiek geweld tegen vrouwen met een hoofddoek. Puur en alleen omdat ze worden geassocieerd met Palestijnen.” Ook als ze niet demonstreren.
Bavelaar laat een schermafbeelding van een recente melding zien. Een vrouw van 32 schrijft dat ze eind juni in Amsterdam in de buurt van de Dam werd aangevallen door een vrouw die herhaaldelijk „Fuck Palestine, Fuck Gaza” riep. Ze zegt op dat moment geen zichtbare pro-Palestijnse spullen te dragen. Ze zou zijn uitgescholden, bespuugd, met een vuist in het gezicht geslagen en in een nekklem gelegd. De aanvaller zou hebben geprobeerd om haar hoofddoek van haar hoofd te verwijderen. „Omstanders moesten de vrouw van haar af trekken”, vertelt Bavelaar, die het slachtoffer heeft gesproken om haar verhaal te verifiëren.
In de afgelopen weken is het aantal meldingen verder gestegen, zegt Bavelaar. „De afgelopen twee tot drie weken hebben we een enorme piek gezien.” Volgens haar lijkt dat een reactie te zijn op de politieke en maatschappelijke spanningen, waarin radicaal-rechtse partijen de situatie aangrijpen om haat tegen moslims verder aan te wakkeren.
Anass Koudis, bestuurslid bij stichting Meld Islamofobie, zegt zich op dit moment net zo machteloos te voelen als in de nasleep van 9/11. „We hebben geen instituten waar we ons toe kunnen wenden. We hebben niemand die ons kan beschermen.” Hij ziet het kabinet de gebeurtenissen rondom de voetbalwedstrijd van Ajax tegen Maccabi Tel Aviv aangrijpen om moslims weg te zetten als „gewelddadig en mogelijk terroristisch”. „Een dergelijk frame baant de weg naar onderdrukking van de al gemarginaliseerde moslimgemeenschap.”
Ontvoeringen, vermissingen, dreigende menigten voor hotels waar Israëlische toeristen verbleven, een bommelding bij een Joods gebedshuis. Bij alle moeite die de Amsterdamse politie in de nacht van donderdag op vrijdag moest doen om geweld tegen Israëlische voetbalsupporters tegen te gaan, heeft zij die nacht en de volgende dag ook tijd en mankracht gestopt in meldingen van incidenten die niet meer dan geruchten bleken te zijn. Dat blijkt uit het feitenrelaas over de gebeurtenissen rond, maar vooral ná de wedstrijd Ajax-Maccabi Tel Aviv van donderdag, dat burgemeester Femke Halsema maandagavond laat naar de gemeenteraad heeft gestuurd.
Het feitenrelaas is opgesteld door de Amsterdamse driehoek: burgemeester, hoofdofficier van justitie René de Beukelaer en politiechef Peter Holla. In het relaas wordt ook een propagandafilmpje van Hamas, waarin de terroristische Palestijnse organisatie de verantwoordelijkheid voor het geweld claimt, naar het rijk der fabelen verwezen.
In het document staat dat de driehoek op donderdagochtend, de dag van de wedstrijd, overwoog het duel alsnog te verbieden. Maar de conclusie was dat de situatie in de stad dan „onhoudbaar” zou worden, met al veel supporters uit Tel Aviv in de stad. Er was evenmin „reden noch een juridische grondslag” om supporters van Maccabi te weren.
Bijstelling
De Amsterdamse driehoek noemt de oorzaak van de gewelddadigheden „een giftige cocktail van antisemitisme, hooligangedrag en woede over de oorlog in Palestina en Israël, en andere landen in het Midden-Oosten”. Het lijkt een bijstelling van de boodschap van de persconferentie die de driehoek op vrijdagochtend gaf, waarin burgemeester Halsema zei: „Haatdragende, antisemitische relschoppers en criminelen hebben gisteravond en -nacht Joodse Israëlische bezoekers, te gast in onze stad, belaagd en in elkaar geslagen.” In het feitenrelaas is meer aandacht voor de agressie van sommige Maccabi-fans. Waarbij de driehoek met nadruk stelt „dat geweld van de één nooit een excuus is voor geweld van de ander”.
In het relaas wordt een propagandafilmpje waarin Hamas verantwoordelijkheid voor het geweld claimt, naar het rijk der fabelen verwezen
Een in de media aangehaald incident waarbij een Amsterdamse taxichauffeur door Israëlische supporters zou zijn mishandeld, wordt in het relaas niet genoemd. Wel is „een taxi aangevallen” en zijn „vernielingen aan taxi’s aangericht” door Maccabi-supporters die met riemen op de auto’s sloegen. Donderdagnacht weten Amsterdamse jongeren op scooters en in auto’s in ‘hit and run’- acties „ernstige mishandelingen te plegen met gewonden onder Maccabi supporters tot gevolg”. Vijf gewonden zijn behandeld in het ziekenhuis.
Aanhoudingen
Vier Nederlandse verdachten zitten op dit moment vast op verdenking van openlijke geweldpleging. Vijf verdachten zijn later aangehouden op basis van circulerende filmpjes waarop geweldsmomenten zijn vastgelegd. De driehoek schrijft meer aanhoudingen te verwachten.
De Amsterdamse gezagsdragers schrijven ook: „De vraag of er mogelijk sprake is geweest van een georganiseerd verband en een antisemitisch motief is onderwerp van onderzoek.” Daarmee slaat de driehoek een heel andere toon aan dan premier Dick Schoof, die maandagmiddag een persconferentie gaf. Daarin legde hij een direct verband tussen de gebeurtenissen van donderdagnacht, die hij, zonder het feitenrelaas nog te kennen, omschreef als een „antisemitische geweldsuitbarsting”, door „een specifieke groep jongeren met een migratieachtergrond”. Schoof concludeerde bovendien dat Nederland „een integratieprobleem” heeft, dat een deel van de islamitische Nederlanders „niet onze normen en waarden onderschrijven”, en hij kondigde „krachtige maatregelen” aan om dat probleem te bestrijden.
Lees ook
Premier Schoof kiest voor harde taal na de ‘antisemitische geweldsuitbarsting’ in Amsterdam en ziet een ‘integratieprobleem’
De Amsterdamse driehoek schrijft dat politie-onderzoek „de precieze identiteit van de daders” nog moet vaststellen”. Ze onderstreept daarbij „dat antisemitisme niet met ander racisme kan worden beantwoord: de veiligheid van de éne groep mag niet ten koste kan gaan van de veiligheid van de andere. Joodse Amsterdammers worden niet veiliger als Marokkaanse en islamitische Amsterdammers onveiliger en onvrijer worden. Integendeel.”
Moskeeën
Terwijl premier Schoof met nadruk zei dat hij dinsdag eerst zal spreken met vertegenwoordigers van de Joodse gemeenschap en de moslimgemeenschap helemaal niet noemde, tekende de Amsterdamse driehoek op dat zij niet alleen met „Joodse en Israëlische Amsterdammers” heeft gesproken, maar ook met vertegenwoordigers van Amsterdamse moskeeën en islamitische gemeenschappen. „Ook daar zijn de emoties groot. Groepen mensen en gemeenschappen uit onze stad die er niks mee te maken hebben krijgen nu collectief de schuld.”
Burgemeester Halsema betitelt het feitenrelaas als „een eerste stap in het herstel van het vertrouwen dat door relschoppers, ophitsers en hooligans kapot is gemaakt”. De driehoek bereidt een onafhankelijk onderzoek voor „naar de gebeurtenissen van de afgelopen dagen, de voorbereidingen en het optreden van de autoriteiten”. Daarbij zal „nauwe afstemming zijn met de Inspectie Justitie en Veiligheid, die zich richt op de informatiepositie van de NCTV en de politie”, aldus de driehoek.
Lees ook
Politie gepikeerd over kritiek op aanpak gewelddadigheden: ‘Politici moeten dempen in plaats van uitvergroten’
„De enige petitie die ik ooit ondertekende, was voor een kunstgrasveldje in de wijk. Dat is er gelukkig ook gekomen”, zegt een achttienjarige student ‘manager/ondernemer horeca’ die anoniem wil blijven. Ook de acht medestudenten met wie hij een luchtje schept voor de mbo Vakschool Wageningen, zien zichzelf niet snel met een protestbord staan. „Meer iets voor randstedelingen”, denkt medestudent Gijs Tapper (17).
Sowieso ziet Tapper het nut niet in van bijvoorbeeld een A12-bezetting door klimaatactivisten. „Dat roept alleen weerstand op.” Zelf zat hij één keer op een trekker tijdens een boerenprotest – „Dat reed tenminste nog” – om vrienden uit boerenfamilies te steunen. „Niet per se voor mezelf, al vond ik het leuk om te zien hoe dat ging”, aldus Tapper.
Tussen 2020 en 2023 deden jongvolwassenen (18-25) vaker mee aan „politieke acties” dan in de periode 2012 tot en met 2019. Het aantal jongeren dat meedeed aan ten minste één actie in de voorgaande vijf jaar steeg van 38 naar 44 procent. Vooral vrouwen in die leeftijdsgroep deden vaker mee aan protestmarsen en handtekeningenacties. Die cijfers maakte het CBS vrijdag bekend, na een enquêteonderzoek onder 7.500 respondenten.
Greta-effect
Een verklaring kan het ‘Greta-effect’ zijn, zegt Jacquelien van Stekelenburg, hoogleraar sociale verandering en conflict aan de Vrije Universiteit Amsterdam. Jongeren lieten zich inspireren door de protesten van de Zweedse klimaatactiviste Greta Thunberg die in 2018 begonnen. „Als zij dat kan, kunnen wij het ook”, dachten „vooral meiden”, aldus Van Stekelenburg. Het hielp ook dat Greta de klimaatproblematiek als generatiekwestie bij medejongeren neerlegde onder het mom van ‘jullie toekomst’, stelt de hoogleraar.
Ook protesteerden jongeren mee omdat vrienden en klasgenoten meededen. „En als iemand protesteert is de kans op herhaling groter, ook voor andere kwesties. Sowieso wordt er tijdens klimaatmarsen bijvoorbeeld ook weleens steun betuigd aan Palestina.” Zo worden barrières om de eerste keer te protesteren (spanning, onervarenheid, publieke aandacht) makkelijker overwonnen.
Als veel vrienden, klasgenoten en medestudenten meedoen, zijn jongeren eerder geneigd om aan te sluiten
Er zijn tegenwoordig meer demonstraties, maar minder grote betogingen, stelt Van Stekelenburg vast. Protesten met 150.000 tot 200.000 activisten zijn er de afgelopen tien tot vijftien jaar amper, omdat demonstraties tegenwoordig ook gelijktijdig buiten Amsterdam en Den Haag worden georganiseerd. Denk aan de Occupy-beweging die te vinden was op tientallen veldjes door Nederland. Bovendien vergt groot protest veel voorbereiding vergt. Op de grootste klimaatdemo in 2023 kwamen 85.000 mensen af. Bij de Haagse antikernwapendemonstratie van 1983 zo’n 550.000.
Uit de CBS-cijfers blijkt verder dat 18-25-jarigen die hbo of wo volg(d)en vaker handtekeningen verzamelen en meelopen in protesten (52 procent) dan mensen die de basisschool, het voortgezet onderwijs of een mbo-opleiding (hebben) doorlopen (28 procent). Theoretisch opgeleiden zitten vaker in politiek geëngageerde bubbels en maken zich doorgaans drukker om populaire thema’s als mensenrechtenschendingen, aldus Van Stekelenburg. Ook de negen mbo-studenten uit het begin van dit artikel verwijzen naar de campus van de Wageningen University & Research, omdat ze vermoeden dat daar veel „linkse activistische” studenten rondlopen.
Caesarsalade
Op een brug van de Wageningse universiteitscampus staat sinds mei een pro-Palestijns kampement met twee tenten en drie houten hutten. Met rode verf is er op een badkuip stop the bloodbaths geschreven. ‘Caesarsalade’ roept een voorbijganger lachend als hij een spandoek met ceasefire now ziet.
„Het tentenkamp is de talk of the town , iedereen vindt het een beetje juicy” (smeuïg), zegt een 20-jarige studente Milieuwetenschappen op de brug. Ze hoort bij de actiegroep die de tenten heeft geplaatst, maar wil anoniem blijven. „We hoeven niet veel reclame te maken, gelijkgestemden weten ons wel te vinden.” Omdat „veel mensen” ook tegen de actie zijn, kiest ze zorgvuldig wie ze over haar activisme vertelt. Sommige vriendinnen durven of willen niet over Gaza praten, merkt ze, „terwijl het mijn leven beheerst”. „Gelukkig” steunt haar vader de Palestijnse zaak inmiddels wél, na „veel drama.”
„Explosieve importproducten” als Gaza en Black Lives Matter, conflicten van duizenden kilometers verderop, komen via sociale media sneller in Nederland terecht, zegt hoogleraar Van Stekelenburg. „Filmpjes raken sneller een emotionele snaar en worden omgezet in morele verontwaardiging en daarmee energie om te demonstreren.”
Maar „alleen ontevredenheid maakt niet opstandig”, nuanceert ze. Er is een bereidwillige groep nodig die een protest wil organiseren en mensen moeten de intentie hebben om in actie te komen. Overigens is er geen vakbond meer nodig om een protest aan te zwengelen, „iedereen kan een Facebook-groep starten”.
‘Brave burger’
Lot van Berkel (25), studente Milieuwetenschappen, heeft veel vrienden die naar snelwegblokkades gaan, maar vindt dat als „brave burger toch te eng”. Maar ze is „heel erg fan” van petities, omdat „je dan toch een beetje je plicht doet”. Het CBS stelde bij deze protestvorm een stijging van 26,9 naar 35,2 procent vast.
Theologiestudent Lennard van der Toorn (18) is minder te spreken over petities. „Dan ben je gewoon een van die duizenden mensen die online een krabbel zet”, zegt hij even verderop. De christen ziet meer heil in de Mars voor het leven, een stil protest tegen abortus op het Malieveld, waar hij elk jaar aan deelneemt. „Het is fysiek, je gaat ernaartoe. Ik krijg het gevoel dat ik een steentje bijdraag.”
Lees ook
Na aangekondigde klimaatactie van Extinction Rebellion blijft Rijksmuseum dicht tijdens de Museumnacht
Wordt op het filmpje inderdaad een taxichauffeur mishandeld voor het Eden Hotel aan de Amstel, woensdagnacht? Of is het een Israëlische toerist, zoals de site Joods.nl op donderdagmiddag twitterde?
Eén fragment, twee onbevestigde lezingen. Het tafereel is slecht in beeld gebracht, maar wel duidelijk is dat tot twee keer toe iemand naar de grond wordt gewerkt. Er staan twee auto’s, een is een zwart busje met een blauw kenteken waarvan de deur openstaat.
Veel is nog onduidelijk over de werkelijke toedracht van het incident. Waar deed het zich voor? En wanneer? De politie is nog bezig met een onderzoek.
Wel wordt op sociale media uit de pro-Palestijnse hoek geregeld verwezen naar een RTL-bericht, dat de mishandeling zou bevestigen. De beelden uit het filmpje voor het Eden Hotel worden daarin gebruikt. Ilse Openneer, hoofdredacteur van RTL Nieuws, laat weten dat de politie „via een omweg het incident rondom een taxichauffeur bevestigde”. Joods.nl zegt nu niet te kunnen reageren over hoe is vastgesteld wie het slachtoffer is.
In een reportage van youtuber Salaheddine, die zondag online werd gezet, zeggen taxichauffeurs dat een collega inderdaad is mishandeld. Meerdere collega’s zelfs. Dat zou op het Rokin zijn gebeurd, dus niet bij het Eden Hotel, toen Maccabi-supporters in de nacht van woensdag op donderdag een Palestijnse vlag van een kraakpand trokken. Diezelfde nacht zegt een taxichauffeur in een filmpje van een dashboardcamera dat hij is belaagd. Te horen is dat hij scheldend verkondigt wraak te zullen nemen. Maar van mishandeling is hier geen sprake.
Mekki Aulad Ahmed van de Branchevereniging Beroepschauffeurs Ondernemers, zegt tegen Salaheddine dat hij beelden heeft van ernstige misdragingen door Maccabi-fans. Die werden volgens hem gemaakt door chauffeurs , maar hij deelt ze alleen met de politie. Niet met Salaheddine, ook niet met NRC. Hij kent de beelden bij Eden Hotel, maar wil niet zeggen of die met een taxichauffeur te maken hebben.
Lees ook
Politie gepikeerd over kritiek op aanpak gewelddadigheden: ‘Politici moeten dempen in plaats van uitvergroten’
Misverstand
Kort nadat de gewelddadigheden in volle hevigheid losbarsten, in de nacht van donderdag op vrijdag, staan de beelden van de mishandelingen van Maccabi-aanhangers al online. Over de heftige beelden, die daders en medeplichtigen vaak zelf hebben gefilmd, bestaat in principe geen misverstand, maar online worden ze aangevuld met onbevestigde taferelen of beelden van niet-gerelateerde geweldsincidenten.
Zo bestond ook al direct een misverstand over de beelden die de eerste confrontatie laten zien na de wedstrijd. Bij het verlaten van Amsterdam Centraal Station gaat het mis voor het Victoria Hotel. Aanvankelijk werd dit door diverse media geduid als een aanval van een lokale knokploeg. Duidelijk is inmiddels, dankzij uitleg van de maker en ondersteunende beelden van youtuber Bender, dat hier klappen werden uitgedeeld door leden van de harde kern van Maccabi. Echter, volgens Maccabi-fans werden hun ‘kwetsbare groepen’ opgewacht, zo zeiden ze tegen Het Parool. „We schoven onze sterksten naar voren”, zei één van hen.
Voor een hotel aan de Vondelstraat filmt iemand van buiten naar binnen en post beelden met de tekst ‘Why hiding?’
Duidelijk is dat mensen bij hotels werden aangevallen. De Telegraafsprak vrijdagochtend mensen die in een hotel aan het Damrak hebben geschuild. Een Engelse toerist vertelde indringers naar buiten te hebben gejaagd. Binnen zaten doodsbange Israëliërs. Ook bij een hotel aan de Vondelstraat filmt iemand van buiten naar binnen en post beelden met de tekst „Why hiding?” en smileys die huilen van het lachen.
Eén beeld dat de suggestie wekte van binnendringende jongemannen werd gemaakt bij de ingang van het Marriott-hotel aan de Stadhouderskade. Door sommige X-accounts werd dit geduid als aanvallers die op zoek waren naar Israëliërs. Marriott stelt maandag in een verklaring echter dat dit angstige gasten waren die „vluchten voor hun veiligheid”. Er zijn geen aanvallers binnen geweest, volgens een woordvoerder.
Dat een ‘insider’ hielp om Maccabi-supporters te lokaliseren, bleek een nacht eerder toen tientallen mannen uit Amsterdam de confrontatie zochten bij Holland Casino. Dit zou te maken zou hebben met de vermeende mishandeling van een taxichauffeur. Een beveiliger, zo bevestigde het casino vrijdag, had zich in een appgroep met betrokken geweldplegers gemengd. Hij zal niet meer worden ingehuurd.
Bijlmer
Ten minste één van de zeer excessieve beelden die de wereld overgaan, komt niet uit de nacht van donderdag op vrijdag. Dat is die van de mishandeling op station Bijlmer Arena vorig jaar, waarbij een man de rails op wordt geschopt. Het rechts-radicale account Visegrad24 herstelt zich na het delen van deze video in een latere post, maar stelt ook dat het de boodschap over gewelddadige immigranten onderstreept. Een bus met Maccabi-supporters verwart het account namelijk met „bendes migranten uit het Midden-Oosten”.
Dr. Eli David, volgens de eigen bio een van de „top-100 van de meest invloedrijke mensen op X met bijna 750.000 volgers”, deelt de beelden ook, maar komt daar niet op terug. Ook verspreidt hij beelden van een bestuurder die iemand opzettelijk aanrijdt, naar aanleiding van een tweet van Joods.nl. Die beelden zijn volgens verschillende mensen die reageren ongerelateerd. Opvallend is dat boven in de opname „20u geleden uit Foto’s” staat, terwijl Joods.nl ze om half elf ’s ochtends op donderdag deelt.
Mogelijk biedt het feitenrelaas van het Amsterdamse college van B en W, dat uiterlijk dinsdagochtend wordt verwacht, meer helderheid – bijvoorbeeld rond de taxichauffeur. Maandagmiddag liet de politie hier geen informatie over los.
Lees ook
Op 7 oktober verdedigde de Amsterdamse VVD Halsema nog, nu legt partij de schuld voor ‘Jodenjacht’ bij ‘links stadsbestuur dat heeft weggekeken’