Bij Sparta voltrekt zich in de schaduw van Feyenoord een stille sensatie

Reportage

Sparta – Feyenoord Ondanks de 3-1 nederlaag tegen Feyenoord op Het Kasteel, koerst Sparta af op de beste klassering in de Eredivisie sinds 1996.

Sparta-supporters in het uitverkochte Kasteel tijdens de stadsderby tussen Sparta en Feyenoord (1-3)
Sparta-supporters in het uitverkochte Kasteel tijdens de stadsderby tussen Sparta en Feyenoord (1-3)

Foto Jeroen Putmans/ANP

Een toeschouwer zegt het met enig opportunisme, op de derde verdieping van Het Kasteel, zondagmiddag na de 3-1 thuisnederlaag van Sparta tegen Feyenoord. „Volgend jaar gaan we met twee Rotterdamse clubs Europa in.”

In het uitvak nemen de Feyenoord-fans op dat moment al een voorschot op de mogelijke landstitel, nu de koploper met nog zeven speelronden te gaan acht punten voorsprong heeft op achtervolgers Ajax en PSV. Een stunt lijkt er even in te zitten voor Sparta, maar Feyenoord-doelman Timon Wellenreuther stopt kort voor rust bij 1-1 een strafschop van Vito van Crooij. Cruciale redding, na rust domineert Feyenoord.

„Welkom bij de enige echte stadsderby”, roept de stadionspeaker even voor half drie, net voor de Sparta Marsch wordt ingezet. Op de reguliere Sparta-tribunes zit veel Feyenoord-volk, die opspringen bij goals. Hier en daar leidt het tot wat spanningen. „Teringlijers uit Zuid”, roept een rood aangelopen fan van het doorgaans toch chique Sparta, na de gelijkmaker van Sparta-verdediger Mica Pinto – een schitterend afstandsschot.

In de schaduw van het succes van Feyenoord, voltrekt zich dit seizoen een stille sensatie in Spangen. Sparta, dat stevig op de zesde plaats staat, kan de play-offs voor de strijd voor een ticket voor de tweede voorronde van de Conference League bijna niet meer mislopen. De ploeg van coach Maurice Steijn koerst af op de beste klassering in de Eredivisie sinds 1996, het jaar waarin het zesde werd onder leiding van Henk ten Cate.

Een groot rood-wit doek hangt bij de aftrap in een van de hoeken van Het Kasteel, als vuurwerk de lucht inschiet: Sparta viert dit weekend haar 135-jarig bestaan. ‘De club van Rotterdam’, staat er, naast de Rotterdamse vlag. Al knalde ruim een uur na de wedstrijd Feyenoords-lijflied Mijn Feyenoord (‘Niets is sterker dan dat ene woord’) uit een van de businessruimtes in Het Kasteel.

Complimenten van Arne Slot

Sportief en bestuurlijk woelige jaren liggen achter de rug. Vorig jaar rond deze tijd leek Sparta nog af te koersen op degradatie, maar door vier zeges onder de eerder ingestapte Steijn in plaats van de opgestapte Henk Fraser werd dat ternauwernood voorkomen. Nu klinken de complimenten van Feyenoord-coach Arne Slot. Voor de goede defensieve organisatie en de „energie” die Sparta in wedstrijden stopt. „Ze zijn ook extreem gevaarlijk met de lange bal op de spits in de omschakeling én de standaardsituaties.”

Achter de opmars zit onder meer een ander scoutingbeleid waarbij meer gebruik wordt gemaakt van data, vertelt Gerard Nijkamp, sinds december 2021 technisch directeur van Sparta. Waar onder de vorige technische leiding de scouting meer gebaseerd was op wat het oog ziet.

Al is het startpunt een analyse geweest hoe de club zich wil profileren, vertelt Nijkamp. „Wie zijn de mensen die hier op zondag in het stadion zitten? Wat willen zij hier zien? Wat hoort bij het karakter van deze club en wat hoort bij deze buurt?” Daar kwam uit dat ze „fysiek straatvoetbal” nastreven.

Dat is wat in Rotterdam-West past, zegt Nijkamp. „Het vroegere straatvoetbal zie je hier nog echt terug, ook bij ons in de opleiding.” Dus dribbelen, acties maken, met lef spelen. „Bij straatvoetbal hoort dominantie, durf, bravoure. Dat hoort ook bij deze club, anders zijn, anders denken.”

Op basis van die aanvallende speelstijl (4-3-3) heeft Sparta spelersprofielen gecreëerd, waarin staat wat er per positie wordt gevraagd. Als voorbeeld: de rechter vleugelverdediger moet veel opkomen en voorzetten geven. Dat maakt het voor Sparta makkelijker om specifiek te zoeken op data van spelers die daarin floreren.

Met Jesper Gudde heeft de club sinds begin vorig jaar een hoofdscout in dienst die hierin thuis is, hij zat daarvoor bij data-analysebedrijf SciSports. Data is niet leidend, benadrukt Nijkamp. Het helpt de technische leiding om te bepalen of ze wel of niet naar een wedstrijd zullen afreizen om een speler live te bekijken.

Marktwaarde van spelers

Een van de uitgangspunten van Sparta is dat bij balbezit van de tegenstander er direct druk moet worden gezet. „Daar kun je data bij vinden dat herleidt naar een type speler”, zegt Nijkamp, die eerder bij PEC Zwolle en FC Cincinnati werkte. „Op basis daarvan krijgen we een eerste schifting van spelers die voor ons interessant zijn en vervolgens gaan bekijken op video.”

Duel tussen Feyenoord-spits Santiago Giménez (links) en Sparta-verdediger Mike Eerdhuijzen.
Foto Pieter Stam de Jonge / ANP

Zo ging dat onder anderen bij spits Tobias Lauritsen en middenvelder Joshua Kitolano, die beiden afgelopen zomer overkwamen van de Noorse club Odds BK. Het zijn twee voltreffers. Lauritsen is een sterk aanspeelpunt en scoorde al tien keer, Kitolano toont zich een multifunctionele middenvelder met veel diepgang – al viel hij zondag geblesseerd uit.

Hun marktwaarde is inmiddels al gestegen, van ongeveer een half miljoen richting twee, drie miljoen. Precies wat Nijkamp voor ogen heeft. „We moet gewoon meer waarde creëren.” Dat gebeurde eerder ook met Sven Mijnans, een talentvolle aanvallende middenvelder die werd opgepikt bij amateurclub VV Spijkenisse. Afgelopen winter werd hij voor 2 miljoen verkocht aan AZ, met bonussen kan dit nog oplopen tot 2,5 miljoen.

Sparta heeft naar eigen zeggen het twaalfde spelersbudget (salarishuis) van de Eredivisie, met 5,2 miljoen euro. „Wij leven boven onze stand”, zegt Nijkamp. „Gaat het een jaar minder, dan kan je ook zomaar vijftiende staan. Dat moeten we ons realiseren en niet blindvaren op de huidige resultaten.”

Hij maakte het eerder bij Zwolle mee, waar onder zijn technische leiding de KNVB-beker en de Johan Cruijff Schaal werd gewonnen. Daar vroeg hij zich op een gegeven moment ook af: waar moeten we nu naartoe? „Daar stonden we qua budget ook op de twaalfde, dertiende plaats, terwijl het verwachtingspatroon hoger lag. Werden we een keer veertiende, was iedereen sacherijnig.”