Alle hypotheses over de herkomst van het coronavirus liggen nog op tafel

Oorsprong pandemie Wetenschappers en politici zijn ernstig verdeeld over de vraag waar het coronavirus SARS-CoV-2 vandaan is gekomen. Maar zonder feiten staan de kampen tandeloos tegenover elkaar.

De Huanan Sea Food Market in Wuhan in december 2020, een jaar na het begin van de pandemie.
De Huanan Sea Food Market in Wuhan in december 2020, een jaar na het begin van de pandemie.

Foto Roman Pilipey/EPA

Het tumult was groot toen FBI-directeur Christopher Wray begin maart in een interview met Fox News zei dat zijn dienst sterk vermoedt dat de coronapandemie die de wereld nu al drie jaar teistert is begonnen met een „lab leak”, een ontsnapping van het coronavirus uit een laboraorium in Wuhan. Maar feitelijk was er niets nieuws onder de zon: al in de zomer van 2021 was de FBI met „moderate confidence” tot de conclusie gekomen dat covid in Wuhan begonnen was „als gevolg van een laboratorium-incident”.

Waarop die conclusie precies is gebaseerd kon Wray echter niet onthullen, omdat hij zijn bronnen moet beschermen. Het interview van Wray geldt als de eerste keer dat een hoge Amerikaanse ambtenaar ‘on the record’ zegt dat het vermoeden bestaat dat het coronavirus is ontsnapt uit een Chinees laboratorium.

Het spraakmakende interview met Wray volgt op een onthulling van de The Washington Post dat het Amerikaanse Department of Energy (DoE) zijn conclusie over de coronavirusoorsprong heeft bijgesteld. Het virus komt uit een laboratorium, denkt het departement nu met „een lage mate van zekerheid”. The Washington Post verwijst naar een geheim rapport dat het departement kortgeleden zou hebben aangeleverd bij het Witte Huis en een aantal belangrijke leden van het Amerikaanse Congres. Maar het blijkt dat de bijstelling van de conclusie al veel eerder heeft plaatsgevonden, in ieder geval al voor augustus 2022, toen de koerswijziging van het DoE werd opgemerkt in een veiligheidsrapport van de Amerikaanse overheid. Op welke informatie dit nieuwe inzicht is gebaseerd, is niet bekend.

Alleen al het bestaan van dit soort ideeën was koren op de molen van de lableakers

De stand van zaken is nog steeds dat Amerikaanse inlichtingendiensten behoorlijk verdeeld zijn in hun oordeel. President Joe Biden liet zijn veiligheidsdiensten in 2021 afzonderlijk een inschatting maken over het waarschijnlijkste scenario waarmee Covid-19 in de wereld is gekomen. De stand van zaken is dat alleen de FBI en het DoE naar het lab leak-scenario neigen, en dat vier andere diensten juist neigen naar natuurlijke overdracht vanuit een wild dier, met „low confidence”. En net als aanvankelijk ook het DoE, konden twee diensten niet tot een oordeel komen op basis van de beschikbare informatie.

De hevige woordenstrijd tussen de twee kampen (lab leak en natural spillover) is nergens zo gepolariseerd geraakt als in de Verenigde Staten.

Handel in diepvriesproducten

Harde feiten over de oorsprong van de pandemie zijn er sinds de zomer van 2021 niet bij gekomen, althans niet in het openbaar. Dat heeft grotendeels te maken met de weigering van China om een gedegen internationaal onderzoek op te zetten. De officiële WHO-missie die in februari 2021 Wuhan bezocht kreeg nauwelijks speelruimte.


Lees ook: Marion Koopmans: ‘Niemand weet wat er nou precies gebeurd is op die ground zero van de pandemie’

Sindsdien houdt China het erop dat corona zich verspreidde via internationaal verhandelde diepvriesproducten. Daarmee zou de bron ook buiten China kunnen liggen, maar daar is geen bewijs voor. China heeft wel actief het onderzoek naar beide andere verklaringen gefrustreerd. Er zijn voorafgaand aan de ruiming van de markt geen virusmonsters genomen. Er is geen alomvattend epidemiologisch onderzoek gedaan naar handelaren en klanten op de markt. Er is geen toegang verleend tot de interne documentatie van het Wuhan Institute of Virology.

Toch duiken er af en toe nog nieuwe aanwijzingen op. Pikant was het in september 2021 uitlekken van het zogeheten Defuse-onderzoeksvoorstel dat stamt uit 2018. Daarin wilden Amerikaanse en Chinese virologen samenwerken om coronavirussen genetisch aan te passen. Er zijn geen aanwijzingen dat dit onderzoek ooit van start is gegaan, maar alleen het bestaan van dit soort ideeën was al koren op de molen van de lableakers.

Nieuwe informatie kwam ook uit een preprint (een kladversie van een wetenschappelijke publicatie) van een team onder leiding van de Chinese onderzoeker George Gao, die in februari 2022 verscheen. Ze namen meer dan duizend monsters op de Huanan Sea Food Market kort na de ontruiming. Ze vonden coronavirusresten, maar alleen op voorwerpen en in het riool; alle 457 dierlijke monsters die ze verzamelden bleken negatief.

Van een wild dier op de mens

Het sentiment keerde terug naar natuurlijke virusoverdracht van een wild dier op de mens door een analyse onder leiding van de Amerikaanse onderzoeker Michael Worobey die later werd gepubliceerd in Science. Waar Chinese onderzoekers eerst tot de conclusie kwamen dat de vroegste coronabesmettingen in Wuhan geen link hadden met de markt, kwam Worobey via een ruimtelijke analyse tot de slotsom dat de Huanan-markt toch het epicentrum moet zijn geweest. Binnen in de overdekte markt hebben de onderzoekers ook geconstateerd dat de op het eerste oog vrij willekeurig verspreide besmettingen clusteren rond stalletjes waar eerder coronagevoelige dieren werden verhandeld. De auteurs zijn er stellig van overtuigd dat hun werk sterk bewijs levert voor een natuurlijke overdracht van het virus vanuit wilde dieren. Fijntjes wijzen ze erop dat de laboratoria van het Wuhan Institute of Virology ver buiten de door hen gedetermineerde hotzone liggen.

Als een duveltje uit een doosje leken opeens nieuwe coronavirussen tevoorschijn te komen


Lees over de analyse van Worobey: Coronavirus lijkt toch van de overdekte markt van Wuhan te komen

Op de keper beschouwd is de studie van Worobey geen hard bewijs. En als het inderdaad klopt dat de eerste besmettingen in Wuhan clusterden rond de Huanan-markt, dan is het nog geen uitgemaakte zaak. Want binnen het gebied waar de eerste besmettingen voorkwamen, ligt ook het laboratorium van de Wuhan CDC, waar coronavirussen werden verzameld. Dat instituut verhuisde in december 2019 naar een nieuw gebouw op nog geen 400 meter van de Huanan-markt.

Ook nu nog komen er nog altijd weer nieuwe snippertjes informatie bij. In juli vorig jaar doken in de genetische databank GenBank plotseling nieuwe sarsachtige virussen op die tijdens veldexpedities van voor 2018 verzameld waren bij wilde vleermuizen in zuidelijk China. Waarom was het bestaan van die monsters tot dan toe verzwegen? Viroloog Eddie Holmes van de University of Sydney bood daarvoor deze week op Twitter uitleg. Een van de betrokken onderzoekers, Jie Cie, is postdoc geweest in zijn lab. Jie deed onderzoek naar de oorsprong van sars, het coronavirus uit vleermuizen dat in 2003 een gevaarlijke grote uitbraak veroorzaakte.

Pas na vier jaar openbaar

Het manuscript werd in 2018 door drie verschillende tijdschriften afgewezen; de peerreviewers wilden complete virusgenomen zien. Omdat Jie die niet kon leveren besloot hij met zijn team dat het geen zin meer had te proberen het nog ergens gepubliceerd te krijgen.

De incomplete genetische informatie van 163 virussen deponeerden ze in juli 2018 bij GenBank, dat een embargo van vier jaar hanteert voordat de gegevens openbaar worden. Zo kwam het dat in juli 2022 ineens als een duveltje uit een doosje nieuwe coronavirussen tevoorschijn leken te komen, schrijft Holmes.

Ook verscheen deze maand een preprint van de groep van Shi Zhengli met opnieuw een aantal voorheen ongepubliceerde sarsachtige coronavirussen die tussen mei 2015 en april 2019 zijn verzameld. Het artikel gaat over viruskweek, maar opvallend is dat in de bijlage een tabel is opgenomen van de herkomst van de monsters, en dat daar niet langer geheimzinnig gedaan wordt over de exacte locatie waar de virussen zijn aangetroffen.

Gevangen vleermuis

Dat was in februari 2020 wel anders toen Shi in Nature publiceerde over RaTG13, dat met 96 procent genetische overeenkomst tot nu toe geldt als het wilde coronavirus dat het nauwst verwant is aan SARS-CoV-2. Over de herkomst van RaTG13 was het artikel schimmig. Er zwelden geruchten aan dat het virus was geïsoleerd uit een hoefijzerneusvleermuis die gevangen was in een mijn in de provincie Yunnan. In die mijn zouden eerder zes mensen ziek zijn geworden met, achteraf gezien, corona-achtige klachten. Shi publiceerde in november 2020 op verzoek van Nature een addendum waarin dit werd bevestigd.

RaTG13 is evolutionair te ver verwijderd van SARS-CoV-2 om een directe voorouder van het pandemische virus te zijn. Die is nog altijd niet geïdentificeerd, ook niet onder de nieuw beschreven virussen.

Dat nu langzamerhand bekend wordt dat er nog veel meer van dat soort virussen zijn gevonden, levert helaas nog steeds geen concrete aanwijzingen over de bron van de pandemie. Maar het laat wel zien dat sarsachtige coronavirussen een grote diversiteit kennen en heel wijd verspreid zijn in de natuur. In theorie vergroot dat ook het risico van een natuurlijk naar de mens overspringend virus.

Incidentele blootstelling

Een bevestiging daarvoor komt uit weer een ander onderzoek dat vorige maand als voorpublicatie beschikbaar kwam bij het International Journal of Infectious Diseases. Daaruit blijkt dat plattelandsbewoners in Myanmar al voor het uitbreken van de pandemie antistoffen tegen sarsachtige coronavirussen hadden, toenemend naarmate ze meer in het bos kwamen en vaker met wilde dieren in aanraking waren. Van de 693 deelnemers had 12 procent antistoffen tegen sarsachtige coronavirussen, waarschijnlijk omdat ze daaraan incidenteel zijn blootgesteld. Bij geen van de deelnemers werd een actieve infectie vastgesteld.

Het onderzoek bevestigt volgens de auteurs dat er een scenario mogelijk is waarbij iemand die weerstand heeft ontwikkeld tegen wilde coronavirussen mogelijk zonder het zelf door te hebben (asymptomatisch) de infectie kan meedragen naar gebieden waar mensen geen weerstand hebben opgebouwd (lees: Wuhan).

Als een land informatie heeft over de oorsprong van de pandemie, is het essentieel dat die informatie wordt gedeeld

Tedros Adhanom Ghebreyesus WHO

En dan is er nog het merkwaardige incident uit een nieuwsartikel in Nature half februari, dat meldde dat de WHO het onderzoek naar de oorsprong van Covid-19 stilletjes was gestopt. Maar woordvoerders van de Wereldgezondheidsorganisatie ontkenden dat vervolgens in alle toonaarden. „Ik wil heel duidelijk stellen dat het werk van de WHO om de oorsprong van de Covid-19-pandemie te identificeren doorgaat – in tegenstelling tot recente berichten in de media en opmerkingen van politici”, zei Tedros Adhanom Ghebreyesus, directeur-generaal van de WHO eind vorige week in zijn wekelijkse toespraak. Nature blijft er overigens bij dat het oorspronkelijke nieuwsartikel accuraat was.

Tedros zegt dat de onderzoeken die wetenschappelijke adviesgroep SAGO van de WHO in een rapport voorstelde (onder meer onderzoek bij diermarkten in en rond Wuhan, bij toeleveranciers en wildfokkerijen van die markten en grondige controlebezoeken aan virologische laboratoria) nog steeds moeten worden uitgevoerd, en dat hij daarover nog altijd in gesprek is met de Chinese leiders. „Alle hypotheses over de oorsprong van het virus blijven tot dan op tafel.”

Tedros deed ook opnieuw een beroep op China, maar ook op de Verenigde Staten, wier inlichtingendiensten mogelijk over meer details beschikken: „Als een land informatie heeft over de oorsprong van de pandemie, is het essentieel dat die informatie wordt gedeeld met de WHO en de internationale wetenschappelijke gemeenschap.”