Ajax heeft opnieuw gestunt in de Champions League. De ploeg van trainer Suzanne Bakker won woensdagavond dankzij een treffer van Romée Leuchter met 1-0 van de Duitse kampioen Bayern München. Ajax neemt zodoende de koppositie in de poule over van Bayern, dat de eerste nederlaag leidt sinds april.
In de vanwege de regen dichte Johan Cruijff Arena begon Ajax goed. Na enkele minuten hadden de Amsterdammers al een strafschop kunnen krijgen, maar de scheidsrechter zag geen overtreding in de manier waarop Leuchter werd afgestopt. Vlak daarna speelde de Oranje-international zich opnieuw goed vrij, maar vanuit een kansrijke positie schoot ze over.
De tweede grote kans was ook voor Ajax. Een afstandsschot van linksback Ashleigh Weerden belandde op de lat. Een poging van de 16-jarige Lily Yohannes ging daarna over. In de 35e minuut kreeg de Servische Jovana Damnjanovic de grootste Bayern-mogelijkheid van de eerste helft, maar haar schot miste kracht.
Vlak voor rust liet Leuchter het publiek toch juichen. Na een steekpass van Nadine Noordam rondde de 22-jarige clubtopscorer beheerst af voor haar eerste doelpunt in de groepsfase van de Champions League.
Spannende tweede helft
Op jacht naar de gelijkmaker begon Bayern beter aan de tweede helft, maar via Milicia Keijzer had Ajax al snel op 2-0 kunnen komen. Haar poging van dichtbij werd echter gekeerd. Even later miste een afstandsschot van Sarah Zadrazil het Amsterdamse doel maar net. Aan de andere kant was een volgende kans op de 2-0 niet aan Rosa van Gool besteed.
Met meerdere wissels – onder meer de international Jill Baijings en vedette Pernille Harder vielen in – probeerde Bayern iets te forceren. Dat leverde tot in de laatste minuut nog spannende minuten op voor het Amsterdamse doel, maar de landskampioen van Nederland hield stand.
Ajax staat na de nieuwe verrassing op 7 punten, met nog twee wedstrijden te gaan. Paris Saint-Germain, dat vorige maand al met 2-0 werd verslagen door de Amsterdamse vrouwen, volgt met 6 punten. Bayern heeft 5 punten, AS Roma 4. De beste twee teams plaatsen zich voor de kwartfinales.
4.000 gewonden en nu al 32 doden na de ontploffing van piepers en walkietalkies in Libanon. De slachtoffers zijn vooral leden van Hezbollah. Libanon en internationale media wijzen naar Israël als brein achter de aanval. Cosette Molijn ging na de explosies de straat op en vroeg zich af: wat betekent dit voor het al onrustige Midden-Oosten?
Na een paar minuutjes in de ruimte met testauto’s vindt Bonna Newman het wel genoeg. „Laten we hier weggaan”, zegt ze nerveus lachend. Straks herkennen de bezoekers nog de vier auto’s die hier staan, ook al zijn ze bijna volledig afgedekt met zeil.
In de autowereld is veel geheim. Als bekende automerken met Lightyear experimenteren met zonnedaken op hun conceptmodellen, willen ze absoluut niet dat dit bekend wordt. Maar het punt dat directeur Newman even wil maken, is duidelijk: er is interesse van de grote namen uit de auto-industrie. „Jullie zouden deze merken zeker kennen.”
Newman, Amerikaanse, leidt de ‘doorstartversie’ van Lightyear. Iets meer dan anderhalf jaar geleden ging de veelbesproken zonneautostart-up uit Helmond failliet. De onderneming had net een eerste eigen automodel in productie genomen bij een fabriek in Finland, maar dat bleek erg duur. Toen nieuw investeringsgeld niet afkwam, ontstonden acute geldproblemen en moest het snel gegroeide bedrijf honderden mensen ontslaan. De droom van een Nederlandse Tesla, die je door de zonnepanelen minder hoeft op te laden, was voorbij.
Voor het faillissement had Lightyear in totaal meer dan 200 miljoen euro opgehaald, onder meer bij staatsinvesteringsfonds Invest-NL. In februari 2023 volgde een bescheiden doorstart, met 8 miljoen euro van investeerders die nog wilden doorgaan. Niet meer met de ambitie zelf een auto te produceren, zo bleek al snel, maar om de ontwikkelde zonnedaktechnologie te verkopen aan autofabrikanten. Sindsdien bleef het lange tijd vrij stil.
Nu het bedrijf van z’n investeerders opnieuw een kapitaalinjectie krijgt, van 10 miljoen euro, nieuw personeel gaat werven en de contacten met autobedrijven serieuzer worden, wil Newman vertellen hoe het gaat met de ooit bekendste start-up van het land. Welke toekomst is er voor Lightyear als het geen nieuw Nederlands automerk wordt?
Zonnepanelen buigen
In de fabriekshal in Venray zijn een paar auto’s niet afgedekt: prototypes van oorspronkelijke Lightyear-modellen. „Die gebruiken we nog voor tests, en om aan klanten te laten zien wat er mogelijk is”, vertelt Newman.
Lightyear heeft na de doorstart het bedrijfsmodel radicaal omgegooid. Een eigen auto bouwen bleek te ambitieus, te duur. Newman: „Dus gingen we bekijken welke technologieën we bezaten.”
Lightyear, opgericht in 2016 door vijf studenten van de TU Eindhoven die het bedrijf tot zijn bankroet leidden, bezit een handvol patenten. Met name interessant, dachten Newman en de paar overgebleven werknemers, zijn de wijze waarop het bedrijf zonnepanelen kan buigen, én deze zo stabiel kan maken dat ze in rijdende auto’s kunnen. Bovendien had Lightyear eigen software ontwikkeld om de panelen te integreren in de auto.
Al voor het faillissement speelde het bedrijf met het idee deze techniek te verkopen aan autofabrikanten. Het had daarvoor een dochterbedrijf opgericht. Net voor het faillissement was de productielijn min of meer klaar: in een lege hal van schuifdakfabriek Inalfa in Venray staan hypermoderne machines die zonnepanelen kunnen opbouwen in laagjes, waardoor ze buigbaar zijn.
Newman: „De machines zijn van de plank leverbaar, dat is het fijne.” Lightyear hoeft ze alleen wat aan te passen op de eigen patenten. Slechts twee mensen bedienen de lijn, waarop jaarlijks 100.000 panelen gemaakt kunnen worden.
<figure aria-labelledby="figcaption-0" class="figure" data-captionposition="icon" data-description="Bonna Newman (rechts), directeur van zonnepaneelfabriek Lightyear. Overige foto’s: de productielijn van Lightyear in het Limburgse Venray Foto’s Chris Keulen” data-figure-id=”0″ data-variant=”row”><img alt data-description="Bonna Newman (rechts), directeur van zonnepaneelfabriek Lightyear. Overige foto’s: de productielijn van Lightyear in het Limburgse Venray Foto’s Chris Keulen” data-open-in-lightbox=”true” data-src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2024/09/een-tweede-leven-voor-het-rijdende-zonnepaneel-1.jpg” data-src-medium=”https://s3.eu-west-1.amazonaws.com/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2024/09/19231315/data121960784-d22c08.jpg” decoding=”async” src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2024/09/een-tweede-leven-voor-het-rijdende-zonnepaneel-11.jpg” srcset=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2024/09/een-tweede-leven-voor-het-rijdende-zonnepaneel-9.jpg 160w, http://nltoday.news/wp-content/uploads/2024/09/een-tweede-leven-voor-het-rijdende-zonnepaneel-10.jpg 320w, http://nltoday.news/wp-content/uploads/2024/09/een-tweede-leven-voor-het-rijdende-zonnepaneel-11.jpg 640w, http://nltoday.news/wp-content/uploads/2024/09/een-tweede-leven-voor-het-rijdende-zonnepaneel-12.jpg 1280w, https://images.nrc.nl/MD9wLfXgbJEm_TRSpE5zJPwWJiM=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2024/09/19231315/data121960784-d22c08.jpg 1920w”>
De productielijn van Lightyear in het Limburgse Venray.
Foto’s: Chris Keulen
Dit voorjaar vertrokken de oprichters uit het bedrijf, van wie Lex Hoefsloot de bekendste is. Hij ging rondreizen met zijn gezin. Newman, die een week voor het faillissement bij Lightyear was komen werken, nam de leiding over. „Ik was weer klaar voor de start-upwereld”, zegt ze lachend.
Newman werkte jaren geleden in Silicon Valley, promoveerde aan techuniversiteit MIT op atoomfysica en werkte daarna jarenlang bij TNO aan zonnecel-ontwikkelingen. De oprichters zijn nog aandeelhouder, maar niet meer betrokken bij de bedrijfsvoering.
Wieldoppen
De grote vraag is natuurlijk: waarom zouden automerken deze panelen in hun auto’s willen? Die kent Newman. „In veel landen zijn niet genoeg oplaadpunten, of problemen met een vol stroomnet.” In landen waar de zon veel schijnt, zou het zomaar kunnen dat je in de zomer bijna niet hoeft op te laden, als je tenminste geen enorme afstanden rijdt.
Met hoeveel autofabrikanten het bedrijf contact heeft gehad? Newman begint te lachen. „De vraag is meer met wie we geen contact hebben gehad.”
Volgens de directeur is Lightyear zelf door bijna alle grote automerken van de wereld benaderd; het bedrijf heeft nog niks gedaan aan werving. „We hoeven bijna niet te reizen, zij komen naar Venray.” Op de Vivatech-beurs in Parijs sprak ze met de directeur van Peugeot. „Zij was gestuurd door haar technische mensen, die onze stand hadden gezien.”
Het heeft uiteindelijk geleid tot drie contracten met autofabrikanten, voor uitgebreide testsessies. Hoe werkt het, hoeveel energie levert het op, hoe koppel je de panelen aan de software die Lightyear ook heeft ontworpen? Proof of concept, noemen ze dat in het wereldje.
Dat zijn dus die geheime auto’s in de productiehal – kleine stukjes van de wieldoppen zijn nog zichtbaar onder het zeil. Tegen de wand staan een paar zilveren frames van autodeuren. „Er zijn ook merken die willen dat we panelen op deuren testen”, zegt Newman. Daar koos Lightyear destijds zelf niet voor – de helft van de tijd is elke deur in de schaduw – maar het kan prima.
Meer testcontracten zijn nabij, zegt Newman – overigens altijd voor zonnecellen die niet in China gemaakt zijn. Dat willen de merken absoluut niet. „Voor ons liggen er kansen, omdat niemand meer afhankelijk wil zijn van Chinese toeleveranciers.”
Verkooppersoneel
Omdat Lightyear denkt dat duidelijk is welke kant het op gaat – contracten om echt op grote schaal panelen te leveren – is het nieuw geld gaan ophalen. „We willen vooral verkooppersoneel aannemen”, zegt Newman, die met Lightyear wil groeien naar dertig à veertig medewerkers.
Het kan best, zegt Newman, dat ze een deel van het personeel van voor het faillissement terughaalt. Dat is ook al gebeurd: in de fabriek botst ze bijna op werknemer Bart, net klaar met lunchen. „Hij is teruggekomen na een korte pauze”, grapt ze – na een ontslag, dus.
Voor het benodigde geld benaderde Lightyear de veelal kleine investeerders die bij de doorstart de 8 miljoen bij elkaar brachten. 70 procent van hen ging weer mee, vertelt ze, waaronder het Koreaanse investeringsfonds Sunbo, dat tussentijds nog een niet bekendgemaakt bedrag in Lightyear stopte. „We hebben niet extern gezocht naar geld, om het snel te doen en ervoor te zorgen dat deze investeerders hun belangen niet zien verwateren.”
Als het een grote opdracht heeft voor panelen, wil Lightyear verder kijken. „Dan wordt het ook makkelijker om grotere bedragen bij elkaar te krijgen”, aldus Newman.
Ze vertelt dat ze zelf weer vaak in de Verenigde Staten is om haar netwerk in de wereld van venture capital te onderhouden. „We moeten nu de banden smeden met investeerders, om snel te kunnen schakelen wanneer er een grote klant is.” Ook op de Amerikaanse automarkt ziet Lightyear kansen. „Elektrisch rijden groeit daar snel.”
Wereldleider
In zekere zin is Lightyear weer van voor af aan begonnen. Had het dit niet beter direct zo kunnen aanpakken, in plaats van het erg ambitieuze plan een eigen auto te bouwen? Newman: „Ik merk heel goed dat het eerder bestede geld ons erg helpt. We zijn wereldleider in deze technologie, we kunnen hier een auto laten zien die rijdt op zonnestroom.”
Lees ook
Zes lessen uit het einde van een bewierookte start-up
Ze wijst op de laatste modellen van de Lightyear 0, die ook in de hal staan: „Zonder de ervaring op de weg met deze auto’s waren we minder geloofwaardig geweest voor de gevestigde autofabrikanten.” Maar na een korte stilte. „Wat Lightyear eerst probeerde te doen… dat was héél erg moeilijk.”
Teleurstelling van de week: Tommy Wieringa schrijft het geschenk van de Maand van de Filosofie. Niks mis met Wieringa als schrijver en columnist, maar waren de filosofen soms op? We hebben als filosofen één maand per jaar om ons vak te vieren en uit te rollen over Nederland. Dan schuiven we een boegbeeld naar voren en wat mij betreft zou dat een filosoof moeten zijn. Het is overigens de tweede keer op een rij dat niet aan een filosoof de eervolle taak is toebedeeld: vorig jaar schreef journalist Tom-Jan Meeus het geschenk.
Voor de duidelijkheid; ik voel me niet gepasseerd, ik heb het geschenk al eens mogen schrijven. Ook geldt uiteraard dat je niet per se een filosoof hoeft te zijn om filosofisch te kunnen denken of schrijven. En ja, er zijn grotere problemen in Nederland dan wie geschenkje zus of zo schrijft. Maar het staat voor iets waar ik me zorgen over maak, namelijk dat in tijden van bezuinigingen op cultuur, en op boeken in het bijzonder, er (nog meer) van dit soort veilige keuzes gemaakt (gaan) worden. Wieringa is een begenadigd schrijver, maar in alle opzichten een veilige keuze. Hij schreef het Boekenweekgeschenk, won diverse prijzen. De immer in zwaar weer verkerende boekhandels zullen ongetwijfeld met een bekende naam opgelucht ademhalen. Toen Jon Fosse de Nobelprijs voor Literatuur won heb ik tenminste één boekhandelaar horen verzuchten dat het niet bepaald vlotjes verliep met de verkoop van zo’n onbekende naam en zulk onbeminnelijk proza.
Afgelopen week stond er een vlammend stuk van schrijver Jamal Ouariachi in NRC, waarin hij betoogde dat een bloeiende literatuur begint bij de liefde en zelfwaardering van schrijvers voor hun eigen vak. Literaire schrijvers laten zich systematisch een kleine, onderbetaalde en onbenullige rol toebedelen en verwijten intussen anderen cultuurhaat. Een betoog waar menig schrijver vast wel iets in zal herkennen, ik althans wel. Zo werd ik afgelopen week uitgenodigd voor een evenement, ik informeerde naar de vergoeding; die was er niet. Maar dat was voor de honderd gasten die mij voorgingen, onder wie zeer prominente en drukbezette BN’ers uit de culturele sector geen belemmering geweest, ze kregen er volgens henzelf en de organisatie veel Brabantse gezelligheid voor terug.
Wat Ouariachi zegt over het schrijfvak, geldt ook de filosofie. Want houden we als filosofen wel echt van ons vak als we het aan anderen gaan overlaten om filosofie te bedrijven, als we, op dat ene moment in het jaar dat we iemand als uithangbord naar voren kunnen schuiven, kiezen voor een niet-filosoof? En: is op veilig spelen in deze tijd wel de beste manier om publieksfilosofie te bedrijven en onder de aandacht te brengen?
Publieksfilosofie komt uiteraard in vele varianten, is veelkleurig en veelzijdig. Deze tijd vraagt wat mij betreft om opleving van de kont tegen de krib-achtige vrijdenkersmentaliteit, een filosofie die de boel durft op te schudden te midden van een landschap vol boeken en mensen die ons vertellen hoe we in een aantal stappen betere mensen kunnen worden aan de ene kant en manipulatieve brulapen op sociale media aan de andere kant. In het beste geval slaagt de publieksfilosofie erin om een verrassende en originele denkinterruptie te plegen die je kijkrichting kantelt en de normale gang van zaken bevraagt. Een publieksfilosofie, kortom, die durft te ontregelen, óók met de keuze van de auteur van het geschenk.
Begrijp me niet verkeerd, ik heb niets tegen bekende mensen of Wieringa. Mijn punt is dat ze niet het geschenk-uithangbord zouden moeten hoeven zijn van een vak dat niet het hunne is. Wat ze wel kunnen doen? Wel nu, ik hoorde in de podcast De Communicado’s dat de warme aanbeveling van Peter Pannekoek het theaterstuk De Zaak Shell 5.000 (!) extra verkochte kaarten opleverde. Uitstekend, trek een heel blik cabaretiers, schrijvers en bekende namen open voor meer warme aanbevelingen, graag ook voor de Maand van de Filosofie, dat kunnen we in tijden van bezuinigingen goed gebruiken.
Zelfliefde is trouwens een mooi filosofisch thema. Ik heb ooit geleerd dat de filosoof Rousseau een onderscheid maakt tussen amour propre en amour de soi. Amour propre is zelfliefde waarbij de eigenwaarde afhankelijk is van het oordeel van anderen, amour de soi garandeert absolute vrijheid, omdat die niet via de omweg van anderen tot stand komt. Filosofen lijken zich afhankelijk te hebben gemaakt van de handel. Vergeet het credo ‘Ken uzelve’, maak daar de komende tijd van: hou van uzelve!
Stine Jensen is filosoof en schrijver. Ze schrijft om de week een column op deze plek.