N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Het aantal operationele kernkoppen is afgelopen jaar gestegen, nadat sinds het einde van de Koude Oorlog vooral een dalende trend was te zien. Er zijn naar schatting 12.512 kernkoppen wereldwijd, waarvan er 9.576 operationeel zijn en dus kunnen worden ingezet – een stijging van 86 ten opzichte van januari 2022. Dat meldt het Stockholm International Peace Institute (SIPRI) in een jaarlijks rapport dat maandag verscheen.
Het grootste deel van de stijging kwam op het conto van China, dat zo’n zestig nieuwe nuclear warheads produceerde. De totale voorraad van het Aziatische land groeide daarmee van 350 naar 410; een toename van 17 procent. Verder vervaardigde Rusland twaalf nieuwe kernkoppen, Pakistan en Noord-Korea ieder vijf en India vier. Omdat landen niet altijd transparant zijn over deze militair gevoelige wapens zijn veel van de cijfers van SIPRI op schattingen gebaseerd.
‘Een van de gevaarlijkste perioden in de geschiedenis’
De organisatie zegt zich zorgen te maken over de toename, nadat sinds het einde van de Koude Oorlog juist jarenlang een bescheiden trend van nucleaire ontmanteling was te zien. „We glijden af naar een van de gevaarlijkste perioden in de geschiedenis van de mensheid”, zei SIPRI-directeur Dan Smith bij publicatie van het rapport. Hij riep de mondiale gemeenschap op om geopolitieke spanningen en potentiële wapenwedlopen tegen te gaan.
De Verenigde Staten en Rusland zijn met zijn tweeën goed voor bijna 90 procent van het mondiale nucleaire arsenaal. Naast de VS en Rusland bezitten zeven landen atoomwapens: het Verenigd Koninkrijk, China, India, Pakistan, Israël en Noord-Korea. Laatstgenoemde is het enige land dat tijdens de 21ste eeuw kernproeven uitvoerde: sinds 2006 deed het regime van Kim Jong-un dat zesmaal. Slechts twee keer werden atoombommen daadwerkelijk ingezet in een oorlog: bij de Amerikaanse bombardementen op de Japanse steden Hiroshima en Nagasaki in 1945.
Het Verenigd Koninkrijk bouwde geen nieuwe kernwapens, maar gaat dat naar verwachting in de toekomst wel doen. In 2021 kondigde Londen aan dat het nucleaire arsenaal voortaan uit maximaal 260 kernkoppen mag bestaan, waar dat eerder nog 225 was. Daar werd aan toegevoegd dat het aantal kernkoppen dat de Britten bezitten niet langer openbaar gedeeld wordt. SIPRI denkt niet dat het Verenigd Koninkrijk sindsdien al is begonnen met het produceren van nieuwe atoomwapens.
Gevaarlijke retoriek
Het onderzoeksinstituut maakt zich ook zorgen over het taalgebruik rondom kernwapens. „De meeste van de atoommogendheden verharden hun retoriek over het belang van kernwapens en sommigen doen zelfs expliciete of impliciete dreigementen over het mogelijke gebruik ervan”, schrijft SIPRI-onderzoeker Matt Korda. „Deze nucleaire competitie heeft het risico dramatisch verhoogd dat atoombommen voor het eerst worden ingezet sinds de Tweede Wereldoorlog”. Sinds de inval van Oekraïne zinspeelt de Russische president Vladimir Poetin geregeld op het afvuren van nucleaire wapens. Ook de Noord-Koreaanse dictator Kim Jong-un uit met enige regelmaat dreigende taal rondom de inzet van zijn kernwapenarsenaal.