Aan boord bij het Nederlandse Team JaJo tijdens de Ocean Race: ‘Doen we iets verkeerd?’

Reportage

Ocean Race De zesde, korte etappe van de Ocean Race finishte zondag in Scheveningen. Het Nederlandse Team Jajo hield een ‘dagboek’ bij.

Schipper Jelmer van Beek zwaait naar de toeschouwers in Scheveningen, nadat hij met Team Jajo in de VO65-klasse als derde is gefinisht in de zesde etappe van de Ocean Race.
Schipper Jelmer van Beek zwaait naar de toeschouwers in Scheveningen, nadat hij met Team Jajo in de VO65-klasse als derde is gefinisht in de zesde etappe van de Ocean Race. Foto Hedayatullah Amid/NRC

Woensdag 7 juni

Een dag voor de wedstrijd is altijd dubbel, zegt Brend Schuil, die als onboard reporter meezeilt op de boot van Team Jajo, vernoemd naar de hoofdsponsor, bouwbedrijf Jajo Groep. Aan de ene kant is er nog ruimte voor ontspanning; het ene teamlid trekt zich even terug om met familie te bellen, anderen spelen een spelletje samen.

Maar er is ook oplopende wedstrijdspanning, misschien nog wel groter dan anders, omdat het alweer even geleden is dat de bemanning mocht aantreden. Ze zeilen in een VO65-boot, een eenheidsklasse die alleen meedoet tijdens de drie Europese etappes van de Ocean Race omdat er niet voldoende geld kon worden opgehaald om het volledige parcours van zeven races te varen. Na de eerste etappe van Alicante naar Kaapverdië hebben ze vijf maanden moeten wachten tot hun volgende race.

De dagen hiervoor stonden in het teken van de boot wedstrijdklaar maken en het bespreken van zoveel mogelijk scenario’s die zich zouden kunnen voordoen. „Aan boord heb je eigenlijk geen tijd om na te denken als er iets gebeurt”, zegt Schuil daarover. „Je probeert van tevoren goed te bespreken wat je in welke situatie doet.”

En op het laatste moment moet er ook nog veel gebeuren: nadat het team een pizza heeft gegeten op de veranda van hun huis in de buurt van de Deense starthaven Aarhus, worden de laatste weersvoorspellingen doorgenomen. Het belooft een korte, hectische etappe te worden, door drukke vaarroutes en met veel weersveranderingen. Een foutje kan al snel voor grote verschillen zorgen. Daarom vraagt schipper Jelmer van Beek zijn team op de vooravond om volle focus: „Eén grap per uur lijkt me genoeg.” Waarop zijn Britse teamgenoot Joy Fitzgerald reageert: „Waarom kijk je nu naar mij?”

Donderdag 8 juni

De start, zo zegt bemanningslid Nicholas Heiner tegen zijn team, is het allerbelangrijkste. „The rich will only get richer”, waarmee hij maar wil aangeven dat je beter in een goede positie kunt beginnen zodat je daarop kunt voortbouwen, dan gelijk in de achtervolging te moeten. Er is door het team veel getraind op de start, die volledig draait om timing: de boten liggen op zee niet stil, dus de truc is om precies bij de denkbeeldige startlijn aan te komen varen als het startschot valt.

Vlak voor de start blijkt hoe moeilijk dat is: concurrent Wind Whisperer uit Polen moet in de remmen om niet te vroeg over de streep te gaan. Team Jajo heeft daarentegen een perfecte start en pakt direct de koppositie. Die wordt in het eerste deel van de race geleidelijk uitgebouwd.

Maar vanaf het moment dat de noordelijke koers richting Noorwegen wordt ingezet, komen Wind Whisperer en Mirpuri uit Denemarken steeds dichterbij. Hun snelheid ligt hoger, merken ze bij de Nederlandse boot. „Daar word je heel zenuwachtig van”, zegt Schuil, „want al gaat het maar een halve knoop harder, je ziet ze dichterbij komen. En je denkt: waar ligt het aan? Is het de wind, doen we iets verkeerd? Dat vreet aan je.” ’s Avonds steken de twee andere boten Team Jajo voorbij.

Vrijdag 9 juni

Het is vrijdagmorgen als voorzeil A4, een grote asymmetrische spinaker die ingezet kan worden bij veel wind, volledig afscheurt. De boten zijn net de boei voor de kust bij het Noorse plaatsje Langesund gepasseerd, liggen nog altijd binnen vijftien nautische mijl (28 kilometer) van elkaar en met de oostelijke wind is nu het moment om voluit te varen. „Ik denk dat we op 10 procent zaten van het stuk waarop we dat zeil nodig hadden”, zegt Jorden van Rooijen. „Het was heel pijnlijk om de andere boten weg te zien varen.”

Zonder voorzeil A4 kan Team Jajo niet dezelfde koers varen als de andere boten, omdat ze dan de zeilen die ze nog wel hebben niet optimaal gebruiken. Navigator Max Deckers verzint een list: als enige van de vijf boten zet hij een westelijkere koers in, om een drukke vaarroute voor vrachtverkeer heen. Met de omweg hoopt hij op een later moment betere wind te vinden waardoor hij de opgelopen achterstand kan goedmaken.

„In het begin zag het er nog niet zo goed uit”, zegt Deckers, maar toch zet het team door. Als de navigator vrijdagavond gaat slapen en na een uurtje weer wakker wordt, kijkt hij op zijn beeldscherm om te zien waar de rest is. „We lagen weer naast de koplopers. Dat gaf een enorme boost.”

In de tussentijd heeft Van Rooijen zich met een ander bemanningslid over het gescheurde zeil gebogen. Vier uur lang gebruiken ze boormachines om gaten te maken en de gescheurde stukken met tiewraps aan elkaar te ‘naaien’. „Je gebruikt gewoon alles wat je aan boord hebt”, zegt Van Rooijen. Op een filmpje is te zien hoe hij in de mast hangt als het zeil weer wordt gehesen. Terwijl de wind om zijn oren suist, voelt hij aan het gerepareerde deel. Zijn gezicht straalt. „It fucking works”, zegt hij grijnzend.

Team JaJo tijdens de zesde etappe van de Ocean Race.
Foto Hedayatullah Amid/NRC

Zaterdag 10 juni

De nacht van vrijdag op zaterdag is er een van continu wisselende weersystemen. Dan weer staat er nauwelijks wind, dan weer veel. Om in die omstandigheden de ideale route te varen, zijn er veel koerswijzigingen nodig, en elke keer moet daarvoor het hele team in actie komen. Ook als ze in het schema van ‘vier uur op, vier uur af’ aan de beurt zijn om te rusten.

Slapen is er nu nauwelijks meer bij. Schipper Van Beek dut op zijn hand, steunend op de kaartentafel, even in, navigator Deckers doet een hazenslaapje op een bankje in het ruim en bemanningslid Rutger Vos dommelt aan dek even in. „Elke tien minuten is nu meegenomen”, zegt reporter Schuil. „Je gaat continu door.”

Die ochtend vaart de boot door de volle mist, het is ijskoud. Maar ze liggen tweede, en doen nog vol mee voor de winst. Er volgt een dag met weinig wind, waardoor het team hard moet werken. „Als je met weinig wind de aandacht verliest, kom je stil te liggen”, zegt schipper Van Beek. „Dus iedereen moest supergefocust zijn.”

Zondag 11 juni

Naast het Nationaal Monument voor de Koninklijke Marine richten mensen hun verrekijkers richting zee. Ze turen over de rijen strandgasten die op het strand van Scheveningen genieten van het warme weer. Een paar honderd meter uit de kust ligt een driemaster voor anker, ter markering van de finish van de zesde etappe.

Op de Jajo-boot werkt de bemanning nu vooral op adrenaline. „Je weet dat er een euforisch gevoel komt als je in je thuishaven komt binnenvaren”, zegt Van Rooijen. „Dat houdt je op de been.”

Langs de Nederlandse kust krijgt het team gezelschap van tientallen kleinere bootjes die het laatste deel van de route meevaren. Ze moeten vol gas geven om de zeilboot bij te houden. Aan boord is het genieten begonnen. „Vanaf IJmuiden voeren er zoveel bootjes mee, dat was echt geweldig”, zegt Van Beek met een glimlach.

Team JaJo wordt derde, achter Wind Whisperer en Mirpuri. Een uitslag waarmee de bemanning niet helemaal tevreden is. Maar ze zijn blij dat ze er zijn. Eenmaal aangelegd klimt reporter Schuil de kade op, en geeft zijn vriendin een dikke zoen. „Het was geweldig”, zegt hij, „maar nu ik hier ben, voel ik me echt pffff.”

De Ocean Race trok in Scheveningen veel belangstellenden.
Foto Hedayatullah Amid/NRC