N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Interview
Nederlands elftal Mede door de adviezen van zijn vader, een voormalig undercoveragent, is verdediger Micky van de Ven (22) tot Tottenham Hotspur en de selectie van Oranje gekomen. „Rust is een wapen dat nooit weigert.”
In de auto van Wormer, een dorp in de Zaanstreek, naar Zeist ging het maandag over zijn nieuwe status. Dat Micky van de Ven (22), tot twee jaar terug nog voetballer van FC Volendam, ineens tot de beste verdedigers van Nederland behoort. Op tv keek hij afgelopen jaren vaak naar Virgil van Dijk en Matthijs de Ligt. „Dan zeg ik: ja maar Mick, jij staat daar nu ook tussen”, vertelt vader Marcel van de Ven, die zijn zoon naar Zeist reed. „Mensen kijken nu op dezelfde manier naar jou.”
Micky van de Ven moet er nog aan wennen, nieuw als alles voor hem is. Kwiek en fris staat hij afgelopen dinsdag langs het trainingsveld op de KNVB Campus in Zeist een groepje journalisten te woord. Hij heeft zo zijn eerste training, in de week dat hij debuteert in de selectie van het Nederlands elftal. Bondscoach Ronald Koeman kon niet om hem heen nu hij bij zijn nieuwe club Tottenham Hotspur, tweede in de Premier League, direct een vaste waarde is.
Hij is het jongste lid in het rijke gezelschap van Nederlandse centrumverdedigers, gewild in de Europese top. Hij is explosief én lang met zijn 1 meter 93. Technisch begaafd, met zijn passing bouwt hij makkelijk op. Links is zijn sterke been, wat een voordeel is, omdat de spoeling links centraal achterin doorgaans dunner is in het topvoetbal. Daar speelt hij dan ook bij Spurs, dat hem deze zomer voor 40 miljoen euro overnam van VfL Wolfsburg.
Hij praat makkelijk en snel, net zo snel als zijn loopbaan het laatste jaar gaat. Halverwege het gesprek zegt hij terloops: „Het is tot nu toe nog een niet zo hele lange maar wel mooie carrière geweest.”
Donderdag kan die worden opgeluisterd met zijn debuut, als Oranje in Eindhoven een kwalificatieduel tegen Griekenland speelt voor het EK 2024. Al is de kans op speeltijd niet groot omdat hij aanvoerder Van Dijk voor zich heeft op zijn positie. Tegelijkertijd is Van Dijk, die veel kritiek krijgt, niet langer onomstreden. Van de Ven kan op termijn zomaar zijn opvolger worden, al geldt dat ook voor de meer ervaren Nathan Aké.
Laatbloeier
Hij vindt zichzelf een laatbloeier. Tot zijn zestiende was hij aanvaller, pas daarna is hij verdediger geworden, vertelt hij. Ook op die positie duurt het jaren voor hij opvalt. In de jeugd wordt hij nooit geselecteerd voor nationale teams, pas in 2021 komt hij in beeld bij Jong Oranje.
Het scheelde weinig of hij was uit het profvoetbal gestapt. Bij FC Volendam, waar hij de jeugdopleiding doorliep, had hij geen uitzicht op speeltijd in het eerste. Om die reden was hij van plan er „ertussenuit te knijpen” en één of twee jaar bij de amateurs te voetballen. „Ik wilde naar Fortuna Wormerveer, die gingen toen wel goed.” Hij komt uit die regio. „Mijn vader heeft heel erg gepusht: Mick, ga nou door, die kans gaat komen.”
Je hebt soms „geluk nodig”, zoals een trainer die het in je ziet zitten, zegt hij. In zijn geval was dat toenmalig Volendam-coach Wim Jonk, op wiens voorspraak hij in juli 2019 zijn eerste profcontract kon tekenen. Hij breekt dat jaar door in de Eerste Divisie, wordt aanvoerder en twee jaar later zijn Feyenoord, Olympique Marseille en Wolfsburg geïnteresseerd. Na een door Van de Ven verloren arbitragezaak – hij wilde contractontbinding bij Volendam afdwingen – maakt hij voor 3,5 miljoen euro de stap naar Duitsland.
Met zijn vader spreekt hij veel over zijn ontwikkeling, hoe hij zich mentaal kan voorbereiden op hectische situaties in wedstrijden. Marcel van de Ven (52) is voormalig undercoveragent, hij schreef een boek over een geheime eenheid binnen de politie die zware criminaliteit bestreed: De Kooi. Hij is nu ‘prestatiecoach’ en wordt als deskundige gevraagd in tv-programma’s als Hunted en 112 Vandaag. Vanuit die ervaringen geeft hij zijn zoon advies. „We hebben het daar over bij een kopje koffie, als vader en zoon. Niet dat hij op spreekuur moet komen”, zegt vader Van de Ven.
„Hij zegt altijd: accepteer de chaos”, vertelt zoon Micky in Zeist.
„In het stadion moet je ermee leren omgaan als er emoties zijn”, licht zijn vader telefonisch toe. „In mijn werk had ik te maken met veel adrenaline en stress, bij geweld en ernstige incidenten. Als je chaos accepteert, kun je makkelijker met situaties omgaan.”
„Rust is een wapen dat nooit weigert, zegt hij ook altijd”, vertelt Micky.
„Als je rustig bent, kun je blijven handelen”, legt zijn vader uit. „Als hij onder druk staat, weet hij het zo toch voetballend op te lossen.”
‘Waar doe ik het eigenlijk voor?’
Dat neemt niet weg dat hij het in zijn eerste seizoen (2021-2022) bij Wolfsburg moeilijk heeft. Hij speelt niet onder Mark van Bommel, destijds de coach. Hij zit steeds bij de selectie, maar valt niet in. „Ik wist bij een serie wedstrijden dat ik niet eens warm hoefde te lopen. Je geeft volle bak, maar die kans komt maar niet. Ik dacht: waar doe ik het eigenlijk voor?”
Net 20 jaar zat hij vaak alleen in zijn appartement in het grauwe, industriële Wolfsburg. „Na de wedstrijd kwam ik thuis, had ik niet gespeeld, ging ik met mijn vrienden vanuit Nederland gamen. Om afleiding voor het voetbal te hebben. Zei ik tegen mijn vrienden: ik wil het niet over voetbal hebben, niks, nul.” Dat hij maanden is uitgeschakeld door een hamstringblessure helpt ook niet.
Maar in zijn tweede seizoen, onder coach Niko Kovac, speelt hij vrijwel alles. Beelden gaan de wereld over als hij met een magistrale sprint terug op de eigen doellijn een goal voorkomt tegen Union Berlin. Uit metingen blijkt dat hij de snelste centrale verdediger van de Bundesliga is, met een topsnelheid van 35,8 kilometer per uur. Bij Volendam liep hij in een training al eens de 60 meter in 7 seconden.
Bij Spurs krijgt hij dit seizoen van coach Ange Postecoglou direct het vertrouwen – en de vrijheid om van achteruit op te bouwen. „Hij zegt: maken jullie een fout, dan is het mijn verantwoordelijkheid.”
Hij zit middenin het Londense voetbalwalhalla, in de meest toonaangevende competitie. Allemaal mooi, zegt hij, maar de weken zijn gelijkmatig: elke dag naar de club, trainen, steeds beter worden, toewerken naar duels. „Elke week opnieuw.” Na de interlandperiode betrekt hij een woning in een dorpje net buiten Londen.
Hij kan nog veel verbeteren, zegt Van de Ven. De passing met zijn rechterbeen, hoe hij zich positioneert, zijn lichaamshouding, zijn timing. Hij hoopt deze week te leren van De Ligt en Van Dijk. Toen zijn vader hem maandag afzette in Zeist, zei die: „Geniet ervan en laat zien wat je kan”.