Ruim drie jaar na zijn oudere broer is ook de jongste Charlton aan dementie overleden, op 86-jarige leeftijd. De lange verdediger Jack heeft zijn hele voetballeven gekopt, de kleine (aanvallende) middenvelder Bobby was befaamd om zijn verwoestende schot. Samen wonnen ze in 1966 voor eigen publiek de eerste en voorlopig laatste Engelse wereldtitel. De broederlijke omhelzing na afloop was kort en krachtig. Vrienden waren ze zeker niet.
Bobby Charlton was de betere voetballer van de twee mijnwerkerzoons. Volmaakt ‘tweebenig’ ook, hij trainde soms met een pantoffel om zijn rechtervoet, zo kon hij zijn linkervoet beter ontwikkelen. Hij won met Manchester United in 1968 de Europa Cup 1, de voorloper van de Champions League. Met twee treffers in de finale tegen Benfica was hij man of the match.
Een jaar later werd hij tot Sir Bobby geridderd. Zijn ploeggenoten Denis Law en George Best leidden een te losbandig leven om in de adelstand te worden verheven. Ze kregen wel alledrie een standbeeld voor het stadion in Manchester. Maar bij de afscheidswedstrijd van Charlton ontbraken Best en Law; ze wilden „niet hypocriet” zijn.
Jarenlange ruzie
De keurige, serieuze en volgens velen arrogante Bobby was ook een tegenpool van de boerse (drinke)broer Jack Charlton, bijgenaamd ‘De Giraffe’ vanwege zijn lange nek. Hun privéleven werd gedomineerd door een jarenlange ruzie tussen Bobby’s vrouw en hun beider moeder. Pas toen moeder Charlton overleed zochten de broers (zonder echtgenotes) af en toe weer contact met elkaar.
Sinds 1984 was Bobby Charlton bestuurslid/vraagbaak bij United. Na zijn afscheid als speler was hij al vaste gast op de eretribune van Old Trafford, de thuishaven van de Mancunians , die hij van 1956 tot 1973 had gediend. Hij speelde in totaal 606 wedstrijden voor United, een recordaantal dat door Ryan Giggs pas zo’n vier decennia later zou worden verbeterd. Bobby Charlton kwam in actie op vier WK’s en hij speelde 106 interlands – ook een record, maar dat werd al in 1973 verbeterd door ploeggenoot Bobby Moore. Bobby Charlton scoorde 49 keer in het nationale shirt – een record dat pas in 2015 werd verbeterd, door Wayne Rooney.
Behalve door zijn schot, zijn dribbels, zijn vechtlust en zijn vele titels wordt Bobby herinnerd als een van de Busby Babes die de vliegramp in München overleefde. In de winter van 1958 brak een toestel met de voltallige selectie van Manchester United in tweeën op een besneeuwde, spiegelgladde landingsbaan. Er vielen 23 doden, onder wie acht spelers. De jonge Charlton was tijdens de tussenstop uit Belgrado op het laatste moment van vliegtuigstoel gewisseld. Hij had slechts schaaf- en snijwonden.
Ook trainer Busby overleefde de ramp. Samen bouwden ze, langzaam maar zeker, een nieuw team op dat in 1965 en 1967 eerst twee landstitels behaalde voordat het in 1968 de hoofdprijs won. De Europa Cup-zege op Wembley was tien jaar na de vliegramp, met alle emoties van dien.
Koppen en dementie
Ondertussen houden de discussies over dementie bij oud-internationals de gemoederen aardig bezig in Engeland. Jack en Bobby behoren tot een triest rijtje van gevallen wereldkampioenen. Nobby Stiles, Martin Peters en Ray Wilson leden ook aan dementie en konden zich in 2016 op de vijftigste verjaardag van de beroemde WK-finale op Wembley niets meer herinneren. De Charltons waren toen nog volledig bij kennis, hoewel Jack het na afloop ongetwijfeld op een zuipen zal hebben gezet.
De ziektebeelden leidden na het jubileumfeest in 2016 tot speciale attentie en onderzoek van de Engelse voetbalbond. Onder leiding van de in 2019 (niet aan dementie) overleden oud-doelman Gordon Banks werd de ziekte extra onder de aandacht gebracht. Neurowetenschappers zijn het er wereldwijd over eens: het vele koppen tegen toen nog zware, leren ballen was hoe dan ook slecht voor de gezondheid.
Is het toeval dat drie (en met Jack en Bobby Charlton later dus vijf) van de elf wereldkampioenen dementie kregen? Al die kopduels in al die jaren topvoetbal – met name verdediger Jack Charlton had er een patent op – moesten wel leiden tot hersenbeschadiging, redeneren veel neurowetenschappers. Met één kanttekening in dit verhaal: de 1,70 meter lange Bobby was bepaald geen kopspecialist.