Het vrouwenelftal oogt kwetsbaar, kort voor het EK, maar kan leunen op talent en ervaring

Bondscoach Andries Jonker is niet de man die snel opgeeft of zich laat ontmoedigen. Toen de KNVB hem in december geheel tegen zijn zin in liet weten het contract met hem niet te willen verlengen, besloot hij níet vroegtijdig op te stappen. Jonker bleef aan en schroefde de ambitie voor zijn laatste klusje nog wat op. Komende maand wil hij in Zwitserland Europees kampioen worden met het nationale vrouwenelftal.

Toen zijn team drie weken geleden een bijzonder slechte generale repetitie voor dat EK beleefde, weigerde Jonker pessimistisch te zijn. „We raken er niet van in de war”, zei hij tegen de NOS, na de ontluisterende 4-0 nederlaag tegen Duitsland in de Nations League. „Dat helpt helemaal niks.”

Vier dagen later, op 3 juni, kwamen de Oranjevrouwen niet verder dan 1-1 tegen het op papier veel zwakkere Schotland. Jonker probeerde het opnieuw positief te bekijken. Nederland had geen slechte wedstrijd gespeeld, zei hij, maar slechts een zwakke tweede helft.

Het EK begint over anderhalve week. De slechte reeks staat een succesvol toernooi volgens Jonker niet in de weg. Het gebeurt bij alle teams nu eenmaal, analyseerde hij, „dat ze de draad even kwijt zijn. We moeten rustig blijven, even vakantie nemen en weer gaan trainen. Dan komt het, over het algemeen, vanzelf weer goed”.

Afgelopen donderdag kwam het Nederlands elftal voor het eerst sinds die twee teleurstellende interlands bij elkaar. Jonker nodigde 26 spelers uit voor een driedaags trainingskamp op het KNVB-hoofdkwartier in Zeist. Dit weekend zal hij de definitieve EK-selectie van 23 bekendmaken.

Hoe staat Oranje er voor, twee weken voor de eerste poulewedstrijd tegen Wales? Is scheidend bondscoach Jonker in staat om zijn ambitie waar te maken?

Drie kwetsbare plekken en één lichtpuntje.

1Ziekenboeg

Om verschillende redenen heeft bondscoach Jonker de laatste maanden nooit kunnen beschikken over zijn gedroomde EK-selectie.

Veel van de meest waardevolle spelers lijken bijna chronisch kwetsbaar voor blessures. Onder anderen topscorer Vivianne Miedema, middenvelder Danielle van de Donk en keeper Daphne van Domselaar ontbraken in het afgelopen half jaar langere tijd door, in sommige gevallen, zware blessures.

Na een vakantieperiode van twee weken lijkt op dit moment iedereen „fris en fit” te zijn, zoals Jonker na de laatste Nations League-wedstrijden van de speelsters had gevraagd. Hij had zelfs geëist dat ze een vakantiebestemming zouden kiezen waar een krachthonk was. Ze moesten allemaal een voetbal meenemen om te blijven oefenen.

Toch kon Lineth Beerensteyn donderdag nog niet aan de groepstraining meedoen. De aanvaller van Vfl Wolfsburg komt terug van een niet nader toegelichte blessure. Ze heeft al sinds eind april geen wedstrijden meer gespeeld.

2Geen eenheid

Het waren niet alleen de fysieke kwetsuren die een hecht en goed lopend team in de weg stonden, maar ook de keuzes van de bondscoach zelf. Jonker kreeg in de eerste jaren na zijn aanstelling, in september 2022, vaak de kritiek dat hij jong talent te weinig kansen gaf om door te breken tot het nationale elftal – ‘doorselecteren’ in voetbaljargon.

Vorig najaar maakte hij daar wél serieus werk van. Hij riep voor verschillende vriendschappelijke interlands (jong) talent op, onder wie de 19-jarige Ajax-spits Lotte Keukelaar en PSV-aanvaller Nina Nijstad (22). Van het legertje debutanten hebben er maar twee de voorlopige EK-selectie gehaald: de 19-jarige verdediger Veerle Buurman (PSV) en de tien jaar oudere Ilse van de Zanden (FC Utrecht).

Toch lijkt Jonker in de laatste wedstrijden toch weer terug te grijpen op vertrouwde krachten op leeftijd, zoals recordinternational Sherida Spitse (35 jaar, 243 interlands). Ook haalde hij Shanice van de Sanden, uit de gratie geraakt onder zijn voorganger Mark Parsons, terug bij de selectie – de 32-jarige aanvaller speelt in de Mexicaanse competitie.

Los van de zoektocht naar nieuw talent heeft Jonker sowieso vaak aan zijn ideale samenstelling gesleuteld. Oud-international Leonne Stentler houdt dat als analist bij de NOS nauwkeurig bij, vertelt ze. „In de laatste negen wedstrijden van Oranje heeft Jonker wel 45 wisselingen in zijn basisopstelling gemaakt.”

Ze realiseert zich dat Jonker met blessureleed kampt en sommige speelsters wegens hun drukke clubkalender rust gunde, maar Stentler weet ook dat het zonder „vast systeem en fundament” lastiger wordt om „automatismen in te passen”. „Je moet elkaar straks tegen Wales meteen blindelings kunnen vinden. Ik denk dat de resterende voorbereidingstijd daarvoor veel te kort is. Jonker heeft hier bewust een risico genomen.”

Daarnaast, zegt Stentler, is Jonker niet standvastig geweest in zijn spelsysteem. De ene keer het vertrouwde aanvallende 4-3-3 van de Hollandse school, de andere keer de 3-5-2-opstelling en in een wedstrijd tegen Oostenrijk was het weer 3-4-3.

Jonker zegt dat hij zich wil kunnen aanpassen aan de tegenstander, ook tíjdens een wedstrijd, als het scoreverloop daar om vraagt. Op het WK van twee jaar geleden in Australië en Nieuw-Zeeland, vertelde hij onlangs in de podcast Vrouwen1, kwam zijn team daardoor vaak verrassend voor de dag. „Je zag de tegenstanders ermee worstelen.”

Stentler erkent dat vaak wisselende spelsystemen „een wapen” kunnen zijn, maar ook „een groot risico” als speelsters nog niet goed aan elkaar hebben kunnen wennen. „Ik vind dat Jonker ergens voor moet kiezen en vanuit die speelwijze het eigen spel moet maken.”

Bondscoach Andries Jonker.

Foto Koen van Weel

3Gezag van de bondscoach

De irritatie was eind februari duidelijk te zien bij Jonker, toen hij voor het eerst publiekelijk reageerde op het naderende afscheid als bondscoach. „Verrast. Verbaasd. Teleurgesteld”, zei Jonker op een persconferentie in Zeist. Ook aanvoerder Spitse en later andere speelsters spraken hun teleurstelling uit over het aanstaande vertrek van hun coach. In elk geval over de timing en de wijze waarop Nigel de Jong, directeur Topvoetbal van de KNVB, dat besluit heeft genomen.

„Echt absurd”, vindt ook oud-international Stentler. „Ook al zou je goede redenen hebben om na het EK uit elkaar te gaan, dan had de KNVB die nóóit zo in januari naar buiten moeten brengen. „Daarmee saboteer je de kansen van Jonker.”

Inmiddels doen de speelsters er naar buiten toe het zwijgen toe, maar volgens Stentler heeft de KNVB met de aanstaande exit van de bondscoach „met het volle verstand” het risico genomen dat de sfeer in de groep wordt aangetast en dus ook het gezag van Jonker. „Onbegrijpelijk”, zegt ze.

De speelsters lijken professioneel met het vertrek van Jonker om te gaan, maar tussen de regels door lees je al langer irritatie over zijn werkwijze. Vivianne Miedema schreef in een column dat de ene speelster „natuurlijk meer happy” met de bondscoach is dan de andere. En middenvelder Van de Donk noemde de managementstijl van Jonker in het ADAmsterdams en hard”. „Dat vind ik niet altijd leuk, maar over het algemeen heeft hij wel gelijk.”

De KNVB heeft met Arjan Veurink inmiddels een opvolger voor Jonker klaarstaan. Een opmerkelijke aanstelling, omdat Veurink op dit moment de rechterhand is van bondscoach Sarina Wiegman bij het nationale elftal van Engeland, een van de belangrijkste tegenstanders van Oranje, straks in Zwitserland.

Twee assistenten van Jonker kondigden niet veel later de route andersom aan: Arvid Smit en Janneke Bijl zullen zich na het EK bij de staf van Wiegman voegen.

4Topspelers

Naast drie zwakke plekken heeft Oranje beslist ook één sterke kant. Jonker beschikt nog altijd over een aantal onmiskenbaar grote talenten. Zij spelen al een paar jaar op het hoogste niveau in grote Europese competities. Speelsters als Miedema (Manchester City), Van de Donk (Olympique Lyon), Beerensteyn (Wolfsburg) en Jackie Groenen (PSG) zijn straks in Zwitserland bekend met veel tegenstanders. Ze zijn gewend op hoog niveau en onder druk te spelen. Daphne van Domselaar en Victoria Pelova wonnen onlangs met Arsenal de Champions League, onder hun Nederlandse coach Renée Slegers.

Niet alleen vanwege de grote staat van dienst van zijn routiniers ziet Jonker genoeg kansen om in Zwitserland het hoogst haalbare te halen. Voor de gouden generatie van 2017 – die toen Europees kampioen in eigen land werd – is het de laatste kans op nog een hoofdprijs in hun indrukwekkende carrière. En, zo zei de bondscoach in het gesprek met Vrouwen1, ook voor de jongere garde ligt er een uniek moment: „Zij hebben nog één keer de steun van al deze toppers.”