Hij stemt voor, zei Eerste Kamerlid Auke van der Goot (OPNL) in een stemverklaring, maar „het is een stem met een winstwaarschuwing voor de begroting van volgend jaar. Wij zien dit als een eerste stap. De financiën van de gemeenten baren ons nog steeds grote zorgen”.
Aarzelend en met de nodige scepsis stemde een ruime meerderheid van de Eerste Kamer deze dinsdag in met de begroting (van 2025) van het Gemeentefonds, een van de laatste departementale begrotingen die ze moest behandelen, zeven maanden nadat de Miljoenennota werd gepubliceerd. Dat fonds is goed voor gemiddeld 70 procent van de inkomsten van gemeenten.
De branche waarschuwt: problemen worden doorgeschoven en boven de sector hangt ‘een nieuw zwaard van Damocles’
Het betreft een gevoelige begroting, want de gemeenten liggen al langer met het Rijk op ramkoers over hun financiële positie. Vanaf 2026 krijgen ze van het Rijk jaarlijks 2,3 miljard euro minder in het Gemeentefonds. Daarnaast maken vrijwel alle gemeenten meer kosten voor jeugdzorg dan het Rijk vergoedt, door de alsmaar stijgende vraag. En daarbovenop komt dat opeenvolgende kabinetten steeds meer taken naar de lokale overheden hebben overgeheveld.
De gemeenten dreigden eerder naar de rechter te stappen wegens ‘ingebrekestelling’ – wettelijk moet het Rijk de kosten van gemeenten vergoeden voor taken die ze namens dat Rijk uitvoeren – als geen extra geld beschikbaar zou komen bij de Voorjaarsnota. Ook heroverwogen ze hun deelname aan het woonakkoord (opgesteld om de woningbouw te versnellen) en de zorgakkoorden (om de gezondheidszorg goed en betaalbaar te houden).
Lees ook
In alle gemeenten is door geldgebrek ‘een auto-ongeluk in slow motion’ gaande
Deels
In de eind vorige week gepresenteerde Voorjaarsnota wordt duidelijk dat de financiële problemen deels worden opgelost. Gemeenten krijgen er vanaf 2026 ruim 400 miljoen bij om het ‘ravijnjaar’ een beetje te dempen. Ook komt er in 2025 400 miljoen en in de jaren 2026 en 2027 tussen de 800 en 900 miljoen per jaar beschikbaar voor jeugdzorg. De onafhankelijke commissie-Van Ark pleitte eind januari in een rapport voor extra geld voor jeugdzorg. Reden: bezuinigingen werden al ingeboekt, terwijl de bijbehorende hervormingen van de jeugdzorg, mede door vertraging bij het Rijk, nog niet werden doorgevoerd. Door nu extra geld beschikbaar te stellen, voorkomt het kabinet een rechtszaak en daarmee de vrij uitzonderlijke situatie dat de ene overheidslaag de andere aanklaagt.
Maar helemaal van de baan zijn juridische stappen niet. De financiële problemen van de gemeenten zijn allerminst opgelost. Zo adviseerde de commissie-Van Ark ook de tekorten op de jeugdzorg over 2023 en 2024 (bij elkaar zo’n 1,5 miljard euro) eerlijk te verdelen tussen Rijk en gemeenten. Maar daarover wordt pas beslist in augustus wanneer de Miljoenennota van 2026 wordt opgesteld.
En in 2028 dreigt de financiële positie van de gemeenten alweer compleet te veranderen
En in 2028, als het huidige kabinet bijna aan het einde van zijn regeerperiode zit, dreigt de financiële positie van gemeenten er alweer heel anders uit te zien. Niet alleen wordt de extra rijksbijdrage voor de jeugdzorg dan gehalveerd, de gemeenten krijgen dan ook een extra bezuiniging van 500 miljoen euro voor de kiezen. Omdat de vraag naar jeugdzorg stijgt en de kosten ervan door inflatie hoger worden, valt daar meer op te besparen als de hervormingen dan hun werk doen, redeneert het kabinet. Vanaf 2028 moeten ook een eigen bijdrage (260 miljoen per jaar) en kortere behandeltrajecten (68 miljoen per jaar) bijdragen aan het beteugelen van de kosten van jeugdzorg. Vooral die eigen bijdrage is omstreden. Begin vorig jaar werd een vergelijkbaar voorstel van toenmalig staatssecretaris Maarten van Ooijen (Jeugd, ChristenUnie) juist teruggetrokken. Het zou ouders naar schatting honderden euro’s per jaar kosten.
‘Tijdelijk’
Jeugdzorg Nederland is teleurgesteld. Het noemt de extra investeringen in de Voorjaarsnota op de eigen website „tijdelijke oplossingen voor structurele problemen”. De branchevereniging waarschuwt daarnaast dat de financiële problemen worden doorgeschoven naar 2028 en dat daarmee „een nieuw zwaard van Damocles boven de sector komt te hangen”.
De Vereniging van Nederlandse Gemeenten schrijft in een verklaring „voorzichtig optimistisch te zijn, [maar] nog niet alle problemen zijn opgelost en er resteert een gat.” Tijdens de Algemene Ledenvergadering op 18 juni spreken de gemeenten verder over de besluiten uit de Voorjaarsnota en hoe nu verder. Dat het ‘ravijn’ maar ten dele is gedempt, betekent dat veel gemeenten toch zullen moeten bezuinigen. Slechts 40 van de 342 gemeenten wisten vorig jaar alle vier de jaren in de meerjarenbegroting sluitend te krijgen, bleek uit onderzoek van NRC.
Ook in de Eerste Kamer klonken twijfels. „Er moet nog veel gebeuren”, zei senator Madeleine van Toorenburg (CDA), tevens waarnemend burgemeester van Nuenen, Gerwen en Nederwetten. „Het ravijnjaar is nu een daljaar”, zei senator Robbert Lievense (BBB), oud-raadslid in Schouwen-Duiveland. Juist dat was reden voor de SP om tegen de begroting te stemmen. Gemeenten zijn nu al aan het bezuinigen, zei Rik Janssen. „Het kabinet had oplossingen kunnen bieden om dat tegen te gaan. Iets dat verder gaat dan wat er nu in de Voorjaarsnota ligt.”
Lees ook
In de Tweede Kamer sissen de wethouders van boosheid over het miljardentekort dat is ingeboekt
