Microscopen waar je ook náár kunt kijken op een piepkleine tentoonstelling

Van celstructuren tot bacteriën: al sinds Antoni van Leeuwenhoek in de zeventiende eeuw allemaal ‘kleine dierkens’ zag wriemelen is de microscoop niet meer weg te denken uit de wetenschap. Toch staat het instrument zélf zelden in de spotlights.

Daar moest verandering in komen, volgens het enige microbenmuseum ter wereld – het Amsterdamse Micropia, dat afgelopen najaar het 10-jarig jubileum vierde. Samen met Nikon organiseren ze daarom nu een tijdelijke microscopenexpositie.

Die samenwerking ligt er wat dik bovenop, en dat is meteen het grootste nadeel. Nikon wil graag meer ruchtbaarheid geven aan het feit dat het niet alleen op cameragebied maar ook op microscopengebied een lange staat van dienst heeft: 100 jaar geleden lanceerde het bedrijf de eerste eigen microscoop, Joico (met een vergroting tot 765×). Die is ook in de tentoonstelling te zien, net als diverse andere microscopen. Maar omdat Nikon alleen lichtmicroscopen produceert, wordt er met geen woord gerept over die ándere belangrijke wetenschappelijke doorbraak: de uitvinding van de elektronenmicroscoop, waardoor vakgebieden als virologie en nanotechnologie een enorme impuls kregen. Het onderwerp wordt, kortom, wat eenzijdig belicht. Ook had de tentoonstelling best een groter oppervlak mogen beslaan dan alleen het (excusez le mot) microscopisch kleine hoekje van het museum.

Microscopenverzamelaar

Toch is een bezoek aan de tentoonstelling de moeite waard, zeker in combinatie met de rest van het museum (inclusief de wand met honderden petrischaaltjes vol huis-tuin-en-keukenmicroben). Naast informatie over onder meer de verschillende contrasttechnieken en een video over de geschiedenis van de microscopie (de eerste microscoop van Van Leeuwenhoek vergrootte tot 275×) is een deel van de verzameling van Uli Koch te zien. Die Duitse Nikon-fan heeft in de afgelopen 45 jaar een collectie met de meest bijzondere microscopen opgebouwd, waaronder bijvoorbeeld een compact model uit 1958 (gebruikt op Antarctica en in de ruimte) en een 40 kilo zwaar bakbeest uit 1964 waarmee opnames van levende cellen te maken waren (en die volgens Koch destijds even duur was als twee Volkswagen Kevers).

Ook leuk zijn de foto’s en video’s uit de Small World Competition van Nikon, een wedstrijd die sinds 1975 wordt georganiseerd en toont hoe mooi de wereld er door een lichtmicroscoop kan uitzien. De bekende Nederlandse microfotograaf Wim van Egmond vertelt in een video onder andere hoe hij de celdeling van sieralgen wist vast te leggen en hoe hij de geboorte van een watervlo filmde zónder het dier daarbij plat te drukken onder het dekglaasje van de microscoop. Andere prijswinnende beelden tonen de microfauna in termietendarmen en tumoren in een muizenbrein.