De 18-jarige Axel Rudakubana heeft maandag schuld bekend voor het doodsteken van drie meisjes in Southport, afgelopen juli. Dat schrijft de BBC. Ook gaf hij toe ricine, een soort vergif, te bezitten en een handboek te hebben van terreurgroep Al-Qaeda. Komende donderdag wordt bekend hoe hoog zijn straf wordt.
De drie kinderen namen afgelopen zomer deel aan een dansles in het plaatsje nabij Liverpool. Vlak voordat zij werden opgehaald, liep de toen 17-jarige dader het gebouw binnen met een mes en stak de drie meisjes neer. Twee van hen stierven dezelfde dag, een ander de volgende dag. Meerdere andere kinderen en twee volwassenen raakten gewond.
Lees ook
Sommige winkels in Southport blijven nog even dicht – uit respect én uit angst voor rellen
Nepnieuws
Na de aanval verspreidden extreemrechtse groeperingen nepnieuws over de verdachte. Die zou een Arabische naam hebben en zowel moslim als asielzoeker zijn. In werkelijkheid is Rudakubana geboren in Wales en liggen zijn wortels in het overwegend christelijke Rwanda. Hij zou mentale problemen hebben gehad.
Kort na de moordaanslag bestookten honderden relschoppers een moskee in Southport met stenen. De woedende menigte stak ook een politieauto in brand en belaagde agenten. Zeker 53 agenten raakten gewond en 27 dienders moesten naar het ziekenhuis worden gebracht.
De rellen sloegen vervolgens over naar andere delen van het Verenigd Koninkrijk. De relschoppers vielen moskeeën en asielzoekerscentra aan. De Britse politie sprak van de meest grootschalige rellen in het land in dertien jaar.
Lees ook
Britse premier neemt fel afstand van beschuldiging van ‘doofpot’ in zaak-Southport
De uitstoot van ammoniak en daarmee van stikstof door de landbouw is met bijna 50 procent te reduceren, mits alle landbouwbedrijven de beste technieken en maatregelen inzetten die binnen vijf jaar beschikbaar zijn of komen om emissies te beperken. Deze reductie, ten opzichte van vijf jaar geleden, kan vooral bij melkveeboeren worden behaald. Als alle innovaties overal worden ingevoerd, kunnen alle provincies hun stikstofdoelen halen. Dat blijkt uit een onderzoek van Wageningen University in opdracht van de gezamenlijke provincies. Het rapport is maandag gepresenteerd door het Interprovinciaal Overleg en naar de Tweede Kamer gestuurd.
Toevallig verschijnen de resultaten kort nadat het kabinet een ministeriële stikstofcommissie heeft ingesteld. Aanleiding is een uitspraak van de Raad van State, vorige maand, die bepaalt dat minder stikstof mag worden uitgestoten dan eerder bepaald. Bovendien wacht politiek Den Haag in spanning op de uitspraak, woensdag, van een rechtszaak van milieuorganisatie Greenpeace, die eist dat het kabinet sneller meer doet aan stikstofreductie.
Er werden 62 innovatieve maatregelen onderzocht op hun effectiviteit. In de melkveehouderij is die vooral aanzienlijk
De landbouw veroorzaakt een groot deel van de uitstoot in Nederland. Volgens het rapport uit Wageningen kunnen in theorie de emissies van ammoniak en methaan met 61 tot 72 procent gereduceerd worden, maar „praktisch haalbaar” is een reductie van emissies van ammoniak met 41 tot 50 procent. Die daling kan volgens de onderzoekers vooral worden bereikt door innovaties in stallen, bij de opslag van mest en het „toedienen” van mest in de bodem.
De kosten van innovaties ter reductie van ammoniak in stallen lopen op tot 270 miljoen euro per jaar, aldus het onderzoek. Daar komen de kosten voor andere innovaties, zoals bij mest, nog bij. Die bedragen maximaal 127 miljoen euro per jaar. Eerder trok minister Femke Wiersma (Landbouw, BBB) maximaal 2,5 miljard euro uit voor innovatie. „Dat geld zal snel op zijn”, aldus Wim de Vries, hoogleraar milieusysteemanalyse aan Wageningen University, die maandag het rapport toelichtte.
De onderzoekers hebben 62 innovatiemaatregelen onderzocht op effectiviteit. Die is vooral in de melkveehouderij aanzienlijk. Het rapport is „een eyeopener”, zegt de Overijsselse gedeputeerde Gert Harm ten Bolscher (SGP) namens de provincies. „Met alle kanttekeningen die je erbij kunt maken, blijkt dat je met innovatie een enorme reductie kunt behalen, meer dan met opkopen of halveren van de veestapel.”
Lees ook
Gigantische ‘mestzakken’ als noodoplossing voor het mestoverschot: ‘Sommige boeren tikten ze af met een Idealbetaling’
Veestapel
Ondanks de mogelijke winst door innovatie blijft het volgens de onderzoekers nodig de veestapel te reduceren. „De kans dat je zonder veestapelreductie wegkomt, is niet al te groot”, aldus Wim de Vries. Aannemen dat iedereen meedoet met de innovaties, is volgens hem „een wat al te optimistische inschatting”. Bovendien is de vraag of de innoverende boeren precies doen wat nodig is.
Kortom: „In de praktijk is het vrijwel onmogelijk overal een breed palet aan maatregelen correct te implementeren, dus is het realistisch aan te geven dat een gedeeltelijke veestapelreductie nodig is om de landelijke opgaven te realiseren”, aldus de onderzoekers.
Ook is de vraag of alle provincies en Den Haag innovaties willen of kunnen doorvoeren. Jan Willem Erisman, hoogleraar milieu en duurzaamheid aan de Universiteit Leiden, is sceptisch. „Zulke reducties vallen vaak tegen, vooral als je innovaties niet verplicht, maar ze alleen stimuleert en laat doorvoeren op vrijwillige basis.”
De politiek is nodig om te zorgen dat de agrarische sector hier enthousiast voor wordt
„De variatie in resultaten is ook vaak groot”, legt Erisman uit. „Dezelfde maatregel kan totaal verschillend uitpakken. Sommige boeren krijgen geen duidelijke informatie of worden inconsistent geadviseerd. Bovendien hebben sommige boeren lak aan regels en zoeken ze een uitweg. Neem het einde van de derogatie voor mest: boeren mogen minder mest uitrijden. En nu bouwt een aantal op eigen terrein een tijdelijke mestopslag, anticiperend op een nieuwe derogatie.”
Erisman verwacht zelf meer van maatregelen als het toedienen van minder krachtvoer aan melkkoeien. „Meer krachtvoer betekent meer eiwit, daardoor meer stikstof. Een sterke vermindering van dat voer is effectief.”
Lees ook
Een innovatie die het stikstofprobleem oplost, is die er wel?
Doelen
Boeren verplichten tot innovatie is niet de beste methode om te reduceren, meent de Noord-Hollandse gedeputeerde Jelle Beemsterboer (BBB), voorzitter van de bestuursadviescommissie Landelijk Gebied van de samenwerkende provincies. „De politiek is nodig om te zorgen dat de agrarische sector hier enthousiast voor wordt. En boeren moeten de vrijheid krijgen om hierin te investeren.”
Ook onderzoeker Wim de Vries is voorstander van voorlopig „beter de wortel dan de stok” te hanteren. Elke boerderij is daarbij anders.
De landbouw moet ook aan vaste doelen worden gehouden. De Vries: „Dan weet je als boer waar je aan toe bent. Je moet zoals in de schoolklas een cijfer halen om over te gaan. Dat betekent dat als je een acht moet halen en je staat al op zevenhalf, je minder hoeft te doen dan als je een drie staat.”
Wel groeit het enthousiasme onder boeren over innovaties, meent de Overijsselse gedeputeerde Ten Bolscher. Hij krijgt weleens appjes van boeren die vertellen dat ze een flinke uitstootreductie hebben bereikt, bijvoorbeeld door een diervoermaatregel. „Daar spreekt trots uit.”
Investeren in innovatie kan op korte termijn lastig worden als gevolg van de stikstofuitspraak van de Raad van State vorige maand, stelt Ten Bolscher, over het zogenoemde ‘intern salderen’. Als een agrariër bijvoorbeeld een emissiearme stal wil bouwen, kan die reductie, zo lijkt het, niet worden aangewend voor die nieuwe stal, maar moet deze reductie meteen worden afgeroomd ten behoeve van de natuur. „Daar zitten we nu mee.”
Lees ook
Landbouwminister Wiersma komt met ‘indicatieve verdeling’ landbouwbudget
Een kluit van tien jonge mannen met hoodies wijkt op het podium van de Oosterpoort in Groningen uiteen. En daar kruipt de Amsterdamse popsensatie Roxy Dekker tevoorschijn, de eerste regels zingend van haar hit ‘Gaan We Weg’ met rapper Ronnie Flex, die naast haar danst: „Wat doen we hier? Hoe zijn we hier beland? Kwart over vier en ik ben uit balans…” Kort gonst de aarzeling door de volgepakte grote zaal: huh, is zíj de winnaar? Maar de confetti knalt en algauw gaan de handen in de lucht voor het tintelfrisse refreintje van de grote zomerhit. „Gaan we weg? Ik hou niet eens van house. Ik dans alleen door jou. Als je down bent, ben ik down, down, down.”
Zangeres Roxy Dekker won afgelopen weekend de Popprijs op festival Noorderslag in de Groningse Oosterpoort, van oudsher de ‘nieuwjaarsreceptie’ voor de muziekindustrie. En ze had ’m daarvoor best geknepen, gewaarschuwd als ze was voor traditionele morele verontwaardiging over ‘Popprijs-kapers’. Geen muziekprijs maakt zoveel los. Het is een typische splijtzwam van artistieke inhoud versus culturele impact.
Feit is dat Dekker haar stempel op popjaar 2024 drukte met vier nummer 1-hits. En op Spotify was haar liedje ‘Sugardaddy’ het meest beluisterd met ruim 66 miljoen streams. Ze is een fenomeen aldus het rapport van de jury, die bestond uit diverse muziekkenners – van radio-deejays tot programmeurs. Het klonk haast als een verontschuldiging hoe de jury stelde simpelweg niet om het ongekende succes van de twintigjarige Amsterdamse zangeres en TikTokker heen te kunnen. „Als geen ander wist zij de tijdgeest te vangen in scherpe, humoristische teksten vol zelfspot over haar eigen generatie.”
Te vroeg?
Maar zie de meningen nu eens over elkaar buitelen: deze belangrijke prijs voor de artistiek über-prille Roxy Dekker zou te vroeg komen. Ze maakte immers pas acht liedjes en moet haar eerste club-optreden op eigen naam nog geven (in april staat ze in Paradiso en de Melkweg in Amsterdam). Of kijk Noorderslag toch eens mainstream worden. „De vervlakking en verschraling van de muziek gaat maar door, mede door de TikTok aanhangers die een zouteloze smaak hebben!”, meent iemand bij de poll die het Dagblad van het Noorden heeft opgesteld met de vraag of Dekker de Popprijs verdient. 62 procent zag liever een andere winnaar.
De zangeres zelf was zaterdagavond uit Amsterdam naar Groningen komen racen. Ze had opgetreden in de Ziggo Dome met de populaire jongensgroep Bankzitters. Tegen het publiek: „Ik ben blij dat er toch mensen enthousiast zijn. Ik was er een beetje bang voor.” Vechtend tegen haar tranen: „O, ik wil nu niet janken hoor. Maar dit is zo bijzonder, een jaar geleden stond ik hier op het allerkleinste podium.” Dan zingt ze, in tegenstelling tot de langere shows van eerdere winnaars, met haar deejay nog slechts twee liedjes.
Lees ook
Roxy Dekker is dé nederpop-sensatie van dit moment: ‘Niet weer een gouden plaat. Ik kon het gewoon even niet meer aan’
Controversieel
De discussie rondom de Popprijs-winnaar staat in een lange traditie. Bands worden omarmd, streamsucces gewantrouwd. De winst van zangeres Dekker brengt ook de gedenkwaardige, controversiële Popprijs-winnaar van 2017 in herinnering: hiphopcollectief New Wave met fakkeldragers Ronnie Flex en Lil’ Kleine. Ze wonnen toen om hun verbijsterende hoeveelheid streams. Maar ze riepen ook een golf van weerzin op tijdens de prijsuitreiking: was de jury gek geworden te kiezen voor stuiterende, puberaal grofspuiende rappers? Bij hun jolige optreden liep de zaal in De Oosterpoort leeg.
Ook het succes van Dekker leunt sterk op sociale media en knappe virale marketing. Jongeren lopen met haar weg, de oudere muziekliefhebber ziet liever erkenning voor artiesten met een bredere impact. Maar ook de winnaar van vorig jaar, Joost Klein kreeg kritiek, ook al ving ook hij „de tijdgeest”, aldus de jury. En zo verging het ook Goldband, het jaar ervoor al werd hun muziek beschouwd als ‘soundtrack van de postcoronatijd’.
Dit jaar werden de zangeressen Froukje (sterk popjaar met veel highlights van grote shows en een sterk album) en Eefje de Visser (sterk album en opvallende concerten, liep de prijs volgens kenners in 2021 al mis doordat de prijs door corona niet werd uitgereikt) het hoogst ingeschat.
Speculeren
Zeker, de prijs is vaak uitgedeeld aan bands met veel dienstjaren zoals De Dijk, Racoon, The Nits. Maar het is een van de grootste misverstanden over de Popprijs dat het een oeuvreprijs zou zijn. Anders dan veel andere muziekprijzen kun je er in je carrière nooit op rekenen. Dat weet ook Golden Earring, dat in 2021 na vijftig jaar zonder deze prijs stopte. En ook Doe Maar, Boudewijn de Groot, rockband De Staat en de poëtische rapper Typhoon kregen de popprijs nooit. Andere misvatting: dat internationale erkenning telt. Natuurlijk won deejay Martin Garrix eens met zijn imposante wereldcijfers, maar ook muziek als exportproduct is geen doorslaggevend gegeven.
De Popprijs gaat traditioneel naar de artiest die ‘de belangrijkste bijdrage heeft geleverd aan de Nederlandse popmuziek’. En dat kan op talloze manieren: door vernieuwing, artistieke prestaties, eigentijdsheid of door knappe schaalvergrotingen naar groot publiek. Maar wat altijd hetzelfde blijft, is de discussie erover.
Afslankmedicijnen leveren méér op dan alleen gewichtsverlies. Dat was bekend. Maar Amerikaanse onderzoekers hebben nu het effect op een lange lijst aandoeningen in kaart gebracht. Deze atlas van effecten van zogenoemde GLP-1-medicijnen staat maandag in Nature Medicine.
De onderzoekers hebben in een databank van veteranen naar 175 gezondheidskenmerken van ruim twee miljoen gebruikers gekeken. De verbanden die ze vonden ondersteunen anekdotisch bewijs voor allerlei effecten van GLP-1-medicijnen, die inmiddels door circa één op de acht Amerikanen worden gebruikt en waarvan Ozempic het bekendste merk is.
De studie leest als een winst- en verliesrekening: de medicijnen die ontwikkeld zijn om obesitas en diabetes type 2 te behandelen, hebben allerlei positieve bijwerkingen, onder meer op hart- en bloedvaten en het beteugelen van verslavingen.
Maar de lijst toont ook legio vervelende en gevaarlijke bijwerkingen. Misselijkheid en braken komen veel voor. In zeldzamere gevallen kan de maag voedsel niet meer goed verwerken of krijgen mensen nierstenen of een lage bloeddruk.
De gunstige effecten zijn desalniettemin zo talrijk, dat tijdens de perspresentatie iemand vroeg of GLP-1-medicatie niet in het kraanwater zou moeten. „Deze medicijnen hebben ook risico’s, er belanden gebruikers in het ziekenhuis”, bracht hoofdonderzoeker Ziyad Al-Aly daar tegenin. „Niet iedereen heeft evenveel voordeel, en mensen zonder obesitas hebben op veel ziekten al een lager risico.” De epidemioloog van Washington University benadrukte dat artsen per individu moeten beoordelen of de risico’s opwegen tegen de verwachte gezondheidswinst.
Lees ook
Populair afslankmiddel blijkt medicijn met vele talenten
GLP-1-medicijnen werken op ontvangers (receptoren) die in het hele lichaam zitten, met name in de darmen en de hersenen. Semaglutide is één GLP-1-middel, maar er zijn er meer, en er zijn nieuwe op komst, ook in combinatie met andere middelen. Steeds duidelijker wordt dat ze effecten hebben die optreden los van het gewichtsverlies. „GLP-1-medicijnen zijn ontworpen voor één ding, maar de biologie van het lichaam is complex en er lijkt sprake van een web van effecten.”
Optimisme voerde de boventoon bij de presentatie. Opvallend is de gunstige werking op ontstekingen bijvoorbeeld, maar ook op verslaving aan alcohol en drugs. „Er is een school die obesitas een eetverslaving noemt”, zegt Al-Aly. Geen gekke gedachte, zegt hij, aangezien GLP-1-receptoren in het brein invloed hebben op impulsbeheersing en het beloningssysteem.
In de grote groep gebruikers was verder te zien dat zij iets minder vaak alzheimer en parkinson ontwikkelden. Het zijn wél bescheiden effecten. En ook voor de meeste andere ziekten nam het risico met hooguit 10 à 20 procent af. „Maar dat doet niets af aan de potentie van deze medicijnen voor ziekten waarvoor nu nauwelijks effectieve behandelingen zijn, zoals dementie”, zei Al-Aly.
Over de langetermijneffecten zegt deze studie nog weinig. De onderzochte veteranen – voornamelijk oudere witte mannen – gebruikten de medicijnen tussen 2017 en 2024.