Wilders krijgt wat hij wil: in debat over antisemitisme is het ‘benoemen’ van het integratievraagstuk terug

Premier Dick Schoof spreidt zijn armen uit, hij glimlacht, kijkt om zich heen en zegt dat hij „de dank” aanvaardt die hij net daarvoor heeft gekregen van Geert Wilders. In de grote vergaderzaal van de Tweede Kamer, woensdag in het debat over het antisemitische geweld in Amsterdam, heeft hij een voorbereid antwoord voorgelezen op een vraag van Wilders: kun je op grond van antisemitisme iemand zijn Nederlandse paspoort afnemen, als hij een dubbele nationaliteit heeft?

Op het papier van Schoof staat: „Ik kan me voorstellen dat daar het etiket terrorisme bij hoort.” In dat geval kan iemand nu al bij een veroordeling de Nederlandse nationaliteit kwijtraken. Het kabinet zal ook onderzoeken, zegt Schoof, of antisemitisme of andere discriminerende geweldsmisdrijven in de wet een extra grond kunnen worden voor denaturalisatie.


Lees ook

Premier Schoof kiest voor harde taal na de ‘antisemitische geweldsuitbarsting’ in Amsterdam en ziet een ‘integratieprobleem’

Premier Dick Schoof tijdens een persconferentie na afloop van de ministerraad, in het ministerie van Algemene Zaken.

„Geweldig nieuws”, twittert Wilders meteen daarna. „Fantastisch.”

Frans Timmermans van GroenLinks-PvdA noemt het toneelstukje een „een-tweetje” van Schoof en Wilders en vanuit de bankjes van de coalitiepartijen klinkt daarop verontwaardigd, eensgezind geloei. PVV, VVD en BBB willen die mogelijkheid van denaturalisatie alle drie. De vierde coalitiepartij, NSC, is er volgens waarnemend partijleider Nicolien van Vroonhoven mee akkoord dat wordt onderzocht of de wet kan worden aangepast. Pas daarna wil NSC zich erover uitspreken.

Het woord dat steeds weer terugkomt, is ‘benoemen’, zoals het al twintig jaar klinkt in debatten over migratie en integratie

Vanaf de gewelddadige nacht in Amsterdam hadden partijleiders als Wilders, Dilan Yesilgöz en Caroline van der Plas zich fel geuit over de jongeren die Israëlische voetbalsupporters hadden aangevallen. Ze dachten ook al te weten waar het door kwam en wat er nu moest gebeuren. De integratie van moslims in Nederland was mislukt, zei VVD-leider Yesilgöz en ze wees naar de islamitische weekendscholen waar volgens haar „gif geïnjecteerd wordt in onze jongeren”. Geert Wilders wilde weten waar de voorstellen bleven van het kabinet om „criminele moslims te kunnen denaturaliseren”. Van der Plas schreef aan BBB-leden: „Het antisemitisme en de lust om Joden in elkaar te slaan en nog erger, te willen doden, zit bij een deel van de bevolking heel diep.”

Denk-leider Stephan van Baarle twitterde op zijn beurt niet over het antisemitisme van die nacht, maar vond wel dat het „genocidale Maccabi-tuig aangepakt en uitgezet” had moeten worden.

Ineens is er nuance

Op woensdag, in de grote zaal van de Tweede Kamer, gaan de politieke leiders ermee door. Wilders heeft het over „islamitische Jodenhaters” en een „razzia”. Yesilgöz zegt wat ze al dagenlang zegt: in het weekend leren islamitische kinderen volgens haar dat „Hitler zijn werk niet heeft kunnen afmaken”. Van der Plas zegt dat de gebeurtenissen in Amsterdam haar doen denken aan „de jaren dertig en veertig” van de vorige eeuw. Stephan van Baarle begint over het „genocidale tuig”.

Yesilgöz zegt dat ze de eerste is om zich uit te spreken tegen ellende veroorzaakt door sommige Maccabi-aanhangers

Je zou kunnen zeggen: een voorspelbaar debat. Maar bij sommige leiders klinken ineens nuances waar niemand op lijkt te hebben gerekend. Yesilgöz zegt aan het begin van haar verhaal dat ze „de eerste is” om zich uit te spreken „tegen ellende veroorzaakt door sommige Maccabi-aanhangers”. „Dat deugt niet en de daders moeten gestraft worden.”

Christine Teunissen van de Partij voor de Dieren loopt naar de interruptiemicrofoon en zegt dat Yesilgöz „op geen enkele manier het wangedrag van de Maccabi-supporters veroordeelt”.

Ze heeft, dat is voor iedereen duidelijk, niet geluisterd naar Yesilgöz. Die zwaait geïrriteerd met haar papier. „Letterlijk!” roept ze. „Letterlijk! Het deugt niet en het moet aangepakt worden. Letterlijk!” Teunissen weet zich geen raad.

Later in het debat verrast Stephan van Baarle van Denk ook zo’n beetje iedereen. Híj begint met een veroordeling van het geweld tegen de supporters: „Als mensen worden aangesproken op het feit dat ze Joods zijn, is dat verschrikkelijk en moet dat aangepakt worden.” Hij zegt ook: „Uitspraken die we hoorden zoals ‘kankerjood’ en ‘we gaan op Jodenjacht’, dat kan niet, dat mag niet en dat moeten we afkeuren.”

Ook Geert Wilders past zijn verhaal een beetje aan. „Het is niet zomaar”, zegt hij, „dat wij zeggen: iedereen raakt zijn paspoort kwijt.” Zijn voorstel over denaturalisatie geldt „voor de daders van geweld, niet voor iedereen”.

Motie voor ontslag Halsema

Het woord dat in het debat steeds weer terugkomt, tientallen keren, is ‘benoemen’. Zoals het al zo’n twintig jaar klinkt in de Tweede Kamer, in debatten over migratie en integratie. Dit keer moet benoemd worden dat het Marokkanen waren die achter de supporters aangingen, vindt Wilders. „Het was een Jodenjacht, ik ga het niet anders benoemen”, zegt Van der Plas. Mirjam Bikker van de ChristenUnie heeft gezien „dat er ook Marokkaanse jongens waren die zich misdroegen”. „Dat moeten we kunnen benoemen.”

In het debat vraagt Geert Wilders wéér om het ontslag van de Amsterdamse burgemeester Femke Halsema. Hij dient er zelfs een motie over in. De stemming daarover is pas volgende week, maar er lijken nauwelijks partijen te zijn die de PVV steunen.

Maar de SGP, zegt partijleider Chris Stoffer, overweegt dat wél. „Ik vind het echt een hele zware motie”, zegt hij, „en in normale omstandigheden zou ik die ook niet steunen.” Maar nu denkt hij: „Worden wel de goede afwegingen gemaakt? Of gaat er iets enorm mis?”


Lees ook

Premier Dick Schoof wil ‘niemand voor het hoofd stoten’ en verandert zijn toon

Premier Dick Schoof vlak voor de persconferentie na afloop van de ministerraad, op maandag 11 november.