N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Tegenwoordige tijd De trend van instaproof nepnatuurschoon past bij een samenleving waarin echt en nep samenvallen, ziet Sarah Meuleman.
Soms zadelt de tijdgeest ons op met een raadselachtige paradox, zoals de comeback van de nepplant. In de Victoriaanse tijd maakten de rijken nog goede sier met hun ambachtelijk gemaakte zijden reuzenvarens, maar toen de kunstplant in de twintigste eeuw een plastic make-over kreeg, golden de glimmende gedrochten al gauw als een hoogtepunt van wansmaak, in dezelfde categorie als hondenpantoffels, draaiasbakken en het waterbed.
Tijden veranderen. Bedrijven gaan tegenwoordig steeds vaker voor onderhoudsvriendelijk kunstgroen, in steden worden restaurantgevels aangekleed met instaproof nepnatuurschoon en als de halve plantafdeling van de Ikea ineens van plastic blijkt, weet je dat het menens is.
Plastic soep
Maar, wacht, we waren toch juist bezorgd om het klimaat? We waren ons toch rot geschrokken van de plastic soep en knuffelden collectief het Amazonewoud? Hoe kan een hernieuwde waardering voor onze kwetsbare natuur hand in hand gaan met een explosieve vraag naar giftig plastic dat zich vermomt als plant?
Vooral millennials kiezen massaal voor nep. Sommigen lopen nog achter de feiten aan, zoals een collega die wekenlang zijn nieuwe Xenos-cactus water gaf voordat hij doorhad dat het water bleef staan. Want er is één essentieel verschil met het plastic groen uit oma’s tijd: het lijkt net écht.
De nieuwe generatie kunstplanten is zo gemaakt dat de blaadjes er asymmetrisch en doorleefder uitzien. Perfectly imperfect heet die trend, al jaren hét toverwoord in marketing. In de plantenzaak is het meest gave exemplaar het duurst, maar in het universum van de nepplant geldt precies het omgekeerde. Zo maakt het bedrijfje Slightly Browning Fake Plants een varen met de naam ‘Two Week Vacation’.
Zo maakt het bedrijfje Slightly Browning Fake Plants een varen met de naam ‘Two Week Vacation’
Inderdaad, zoals je varen eruitziet nadat je twee weken bent weggeweest, inclusief vergeelde blaadjes, opgekrulde randjes, een kaal takje hier en daar. Niemand gelooft nog in perfect natuurschoon, maar wie durft te twijfelen aan de echtheid van een half verdorde plant?
Overtuigende planten. Yep, precies wat we nodig hebben. In een samenleving waar echt en nep zich steeds moeilijker van elkaar laten onderscheiden, heeft de meest overtuigende plant gelijk. Wanneer de zeggingskracht van representatie die van het gerepresenteerde overstijgt, zullen nepplanten ons beter dienen dan de echte en zal de stijlvolle nepcactus op de vensterbank plantiger lijken dan elke levende plant ooit had kunnen zijn.
Zo is er eigenlijk geen sprake van een paradox: we houden ons in tijden van klimaatcrisis graag bezig met de natuur, maar liever niet op een, eh, natuurlijke manier. Tuinieren heeft anno 2023 niets meer met (de) aarde te maken. Mijn twaalfjarige dochter heeft haar kamer vol plastic klimop gehangen en noemt het goblincore. Daarnaast heeft ze een app waarin ze voor tien planten zorgt. De uitdaging? Niet vergeten om ze regelmatig water te geven. Goh. Toen ik haar vroeg of ze niet liever een échte plant in haar kamer wilde, antwoordde ze met rollende ogen: „Nee mam, die gaan alleen maar dood.”