PSV is terug. Terug bij af

Analyse

Financiële strategie In strijd met zijn eigen doctrine verkocht PSV-directeur Marcel Brands noodgedwongen het tafelzilver. De uitgeklede ploeg speelt zondag tegen koploper Feyenoord. Was de strategie de afgelopen jaren te risicovol?

PSV-coach Ruud van Nistelrooij afgelopen zaterdag met spits Fabio Silva, die sinds januari wordt gehuurd.
PSV-coach Ruud van Nistelrooij afgelopen zaterdag met spits Fabio Silva, die sinds januari wordt gehuurd.

Foto Maurice van Steen/ANP

Marcel Brands, algemeen directeur van PSV, heeft een uitgesproken mening over de financiële strategie van een voetbalclub. „Het kapitaal moet op het veld staan”, zegt hij in april 2018 in Voetbal International, dan nog in zijn rol als technisch directeur. Met spelers als Hirving Lozano, Steven Bergwijn en Gastón Pereiro is PSV vlak daarvoor kampioen geworden na een overtuigende 3-0 overwinning op Ajax. „Het is fantastisch dat Ajax zoveel geld op de bank heeft, maar ik denk dat het belangrijker is kampioen te worden”, sneert Brands naar de veel rijkere rivaal uit Amsterdam.

Nu, een kleine vijf jaar later, heeft Marcel Brands halverwege het seizoen een groot deel van het kapitaal van PSV verkocht. Zondag speelt de nummer drie van de Eredivisie tegen koploper Feyenoord in De Kuip. Zonder Cody Gakpo, die voor 50 miljoen euro naar Liverpool ging. Ook Noni Madueke is er niet bij, hij speelt inmiddels bij Chelsea – zijn transfersom wordt geschat op 38 miljoen. Als vervangers huurde PSV, een team „in opbouw” volgens trainer Ruud van Nistelrooij, de Portugese centrumspits Fábio Silva (20) en de Belgische aanvaller Thorgan Hazard (29). Ook verdediger Patrick van Aanholt (32), wisselspeler bij Galatasaray, kwam voor een paar maanden naar Eindhoven.

Het is het transferbeleid van een club die ervoor kiest te cashen, ook al is het gevolg dat de kans op de titel – en dus op deelname aan de Champions League – daarmee aanzienlijk kleiner wordt. Precies de strategie die Brands eerder veroordeelde. Maar de clubleiding, inclusief de algemeen directeur, vindt dat PSV geen keuze meer heeft. Te vaak zijn investeringen verkeerd uitgepakt, sportief én financieel.

Hoe is PSV, een club die wordt gesteund door grote multinationals uit de regio zoals ASML, VDL en Philips, in deze benaderde positie terechtgekomen? En wat zijn de vooruitzichten?

Het advies van Brands – zet het kapitaal op het veld – wordt in Amsterdam vrijwel direct ter harte genomen. Terwijl hij in 2018 naar Everton verkast om daar directeur te worden, gebruikt Ajax de financiële buffers die het heeft opgebouwd om agressief te investeren. De spelerssalarissen – de beste voorspeller van sportieve resultaten – gaan in één klap naar 60,5 miljoen euro, een ruime verdubbeling. Ter vergelijking: PSV werkte dat seizoen ervoor met een salarisbudget van rond de 20 miljoen euro.

John de Jong, die de rol van Brands overneemt, slaagt erin gewilde spelers als Hirving Lozano, Luuk de Jong en Steven Bergwijn te behouden. „De mooiste transfer is soms een speler die blijft,” zegt algemeen directeur Toon Gerbrands nadat PSV zich ten koste van Bate Borisov heeft geplaatst voor de poulefase van de Champions League. Zo’n 35 miljoen euro levert dat PSV minimaal op. Het „systeem-PSV”, zoals Gerbrands het noemt, functioneert uitstekend.

Toch beginnen bestuurders en commissarissen zich op dat moment al zorgen te maken. Dat de investeringen van Ajax direct zullen leiden tot de landstitel en de halve finale van de Champions League, kan niemand dan nog vermoeden. Maar in Eindhoven weten ze ook dat PSV incidenteel kan concurreren met een club die twee keer zoveel geld in de selectie steekt. De vraag is dus: hoe kan PSV, dat structureel minder omzet dan Ajax (60 om 90 miljoen op dat moment) de kloof verkleinen?

PSV, dat met Jumbo-directeur Ton van Veen en miljardair Robert van der Wallen invloedrijke zakenmannen in de raad van commissarissen heeft, doet met succes een beroep op het lokale bedrijfsleven. De club gaat met ‘Brainport Eindhoven’ op de borst spelen, als gezamenlijk uithangbord voor Philips, ASML, Jumbo, VDL en de High Tech Campus. De sponsorovereenkomst levert PSV miljoenen extra op. Daarnaast gaat de club bij deze ‘partners’ onder gunstige voorwaarden – aflossing hoeft pas na tien jaar – nog eens 30 miljoen euro aan leningen aan.

Scherper aan de wind varen

De steun van het bedrijfsleven geeft PSV de ruimte voor deel twee van het plan. Zo agressief investeren als Ajax kan PSV niet, maar het wil financieel wel wat scherper aan de wind varen. Op die manier moet de club zich eens in de twee á drie jaar plaatsen voor de Champions League, waardoor spelers meer waard worden, transferinkomsten stijgen en Ajax niet te ver wegloopt.

Dus haalt PSV vaker spelers uit het hogere segment. Aanvaller Armindo Bruma en verdediger Timo Baumgartl komen in 2019 voor samen zo’n 25 miljoen euro – op enkele uitschieters na een trendbreuk met de investeringen in de tien jaar ervoor. Ook de beloningen gaan omhoog. In vijf jaar tijd verdubbelt het salarisbudget naar zo’n 40 miljoen euro, net als de afschrijvingen op transfersommen – van 15 naar 30 miljoen.

Alleen: de strategie werkt niet. Vier jaar op rij haalt PSV de groepsfase van de Champions League niet, soms op een haar na, waardoor de club tientallen miljoenen aan inkomsten misloopt. ‘Dure’ spelers als Bruma en Baumgartl stellen teleur – en kunnen niet voor mooie bedragen worden doorverkocht. Officieel ‘begroot’ PSV deelname aan de Europa League. Maar de realiteit is dat PSV jaarlijks zo’n 40 miljoen euro moet verdienen op de transfermarkt om verliezen te voorkomen, iets wat door de lucratieve verkoop van voornamelijk zelfopgeleide spelers zoals Steven Bergwijn overigens meestal lukt.

Als PSV in het coronaseizoen 2020-2021 toch voor 23 miljoen euro in het rood duikt en vervolgens wéér wordt uitgeschakeld in de voorronde van de Champions League, heeft de rvc genoeg gezien. Ze eist van de directie een „niet-vrijblijvend plan” voor herstel van het eigen vermogen, dat door het verlies is gezakt tot een magere 17 miljoen euro. In voetbaltaal betekent die opdracht: spelers verkopen en het salarisbudget omlaag. Pas op de plaats dus.

‘We willen over Ajax heen’

Maar wie het zinnetje in het jaarverslag over het hoofd ziet, krijgt niet de indruk dat PSV gaat versoberen. Integendeel. „Wij verwachten door deze keuze onze concurrentiepositie nationaal en internationaal te versterken”, zegt Gerbrands maart vorig jaar, bij de presentatie van een nieuw partnerfonds: vijf partijen stellen opnieuw een lening van dertig miljoen euro ter beschikking. Niet veel later stapt hij vroegtijdig op, om plaats te maken voor Marcel Brands.

„We willen het gat met Ajax niet kleiner maken, nee. We willen er overheen”, zegt technisch directeur De Jong in juli. Hij bedoelt sportief, niet financieel, maar de opmerking veroorzaakt irritatie bij de commissarissen. Waarom wekt hij zulke hoge verwachtingen, vragen zij zich af, terwijl hij weet dat PSV moet verkopen.

Het zal de opmaat blijken van de vertrouwensbreuk die eind augustus ontstaat tussen de rvc en De Jong. Een deel van de commissarissen, Ton van Veen voorop, is al langer ontevreden over wat De Jong met de extra budgetten op de transfermarkt bereikt. Nu vinden ze dat hij te weinig doet om interesse te wekken voor de meest waardevolle spelers van PSV. Als Leeds United in de laatste week van de transferperiode alsnog een bod van 30 miljoen euro doet op Gakpo, wijst PSV dat af. De Jong denkt dat de aanvaller later voor meer verkocht kan worden, hoewel hij beseft dat uitstel een risico is. Bovendien is Gakpo cruciaal voor de titelkansen. Hij blijft en krijgt een flinke salarisverhoging. Voor de rvc is de afgeketste transfer het bewijs dat de versoberingsoperatie bij De Jong niet in goeie handen is.

Brands heeft deze winter gedaan wat de rvc in de zomer al had willen zien. Behalve Gakpo en Madueke heeft hij onder anderen bankzitters Philipp Max en Yorbe Vertessen verhuurd. Het is de reden waarom Brands deze week iets uit te leggen had aan de achterban en enkele door de club geselecteerde media – NRC was niet welkom. „Het is duidelijk dat het gat tussen opbrengsten en kosten te hoog werd”, zei hij in VI.

De financiële reserves zijn (enigszins) aangevuld, maar de selectie is flink uitgekleed. PSV heeft in Ibrahim Sangaré nog een waardevolle speler, naast uitblinker Xavi Simons. Maar Simons heeft een clausule in zijn contract die bepaalt dat hij komende zomer voor iets meer dan 10 miljoen euro terug kan keren naar zijn vorige club, Paris Saint-Germain. PSV wil hem overtuigen te blijven. Maar als dat al lukt, zal de club hem daar flink voor moeten belonen.