Nederland gaf vorig jaar meer geld uit aan het invoeren van technologie die gebruikt kan worden voor de energietransitie. Daarbij ging het vooral om elektrische auto’s en technologie voor zonne-energie. In 2023 werd voor zo’n 16,6 miljard euro aan technologie ingevoerd, een stijging van 13 procent ten opzichte van 2022. Dat meldt het Centraal Bureau voor de Statistiek op vrijdag.
Vooral aan elektrische en hybride auto’s werd meer geld uitgegeven: die importwaarde was in 2023 6,9 miljard euro, een stijging van 44 procent. Daarnaast hanteert het CBS nog twee categorieën: de invoer van technologie voor zonne-energie en multifunctionele technologie, waarmee verschillende soorten schone energie opgewekt worden. Onder die laatste categorie vallen bijvoorbeeld warmtewisselaars. De invoer daarvan steeg met 13 procent tot 5 miljard euro.
De import van zonne-technologie daalde echter met 16 procent tot 3,9 miljard euro. Het CBS geeft geen redenen, maar de populariteit van zonnepanelen is de afgelopen jaren flink gedaald in Nederland door de discussies over het afschaffen van de salderingsregeling. Dat is een regeling waarmee zonnepaneelhouders korting krijgen op hun energierekening.
Lees ook
Waarom moeten zonnepaneelhouders nu bij alle energieleveranciers terugleverkosten betalen?
Duitsland en China spelen de grootste rol in het leveren van dit soort technologie. Duitsland exporteerde voor 4,8 miljard euro naar Nederland, China voor 3,8 miljard. Er zit wel een verschil in wat de landen leveren. Zo komen elektrische en hybride auto’s vooral uit Duitsland terwijl zonnepanelen juist vanuit China naar Nederland gaan. Na deze twee landen volgen België, de Verenigde Staten en Zuid-Korea als belangrijkste leveranciers.
Israëls aanval op Iran doorkruist de ambities van zijn belangrijkste bondgenoot, de Verenigde Staten, om met Teheran een nieuw nucleair akkoord te sluiten. En daarmee ook de belofte van de Amerikaanse president Donald Trump dat hij – in tegenstelling tot zijn ‘zwakke’ voorganger Joe Biden – conflicten wereldwijd wél zou weten te beslechten. Met ‘peace through strength’ zou Trump even snel als simpel orde op zaken gaan stellen, herhaalde hij vorig jaar op campagne veelvuldig.
In Oekraïne en Gaza is zulke ‘vrede via kracht’ sinds zijn aantreden allesbehalve binnen handbereik gekomen – of zelfs verder uit beeld geraakt. Maar in de al decennia slepende kwestie rond het omstreden Iraanse uraniumverrijkingsprogramma had het Witte Huis – tot vrijdagochtend vroeg – nog hoop dat er een akkoord met Teheran te sluiten viel.
Een eerdere internationale Irandeal – na veel moeite bereikt met steun van China, Rusland en Europa – blies Trump zelf op tijdens zijn eerste termijn. In deze tweede termijn beloofde hij een ‘betere’ variant te sluiten. De afgelopen weken hielden de Amerikanen en Iraniërs onderhandelingen, deze zondag zou in de Omaanse hoofdstad Muscat een zesde gespreksronde plaatsvinden. Nu is het zeer onzeker of die nog doorgaat.
Trump maande de Israëlische premier Benjamin Netanyahu de afgelopen maanden meermaals dit proces een kans te geven. Zowel tijdens een ontmoeting in het Witte Huis als in een telefoontje op 22 mei. Desgevraagd wilde Trump dat laatste gesprek „geen waarschuwing” noemen, maar hij zou Netanyahu naar eigen zeggen hebben verteld: „‘Ik denk dat het nu niet gepast is, want we kunnen het met een zeer sterk document regelen, met inspecties’ [..] en ik zei dat het nu ongepast zou zijn om dit te doen, want we zijn erg dicht bij een oplossing.”
Waarschuwing
Dat Israël desalniettemin wilde overgaan tot militaire actie, werd deze week duidelijk voor het Witte Huis. In het etmaal voor de aanval werden Amerikaanse manschappen en diplomaten in veiligheid gebracht. „Ik zou een conflict graag voorkomen”, zei Trump donderdag nogmaals. „We zijn best dicht bij een redelijk goed akkoord. Ik heb veel liever een akkoord. Zo lang als ik denk dat er een akkoord [mogelijk] is, wil ik niet dat ze [de Israëliërs] erin gaan, want dat zou het verknallen.”
In weerwil van die laatste waarschuwing uit Washington, bombardeerde Israël enkele uren later onder anderen al Iraanse verrijkingsinstallaties, een hoge Iraanse militair en twee atoomgeleerden.
Al waren ze op voorhand tegen, impliciet geven de Amerikanen wel degelijk rugdekking aan deze Israëlische aanval
De teleurstelling was vervolgens af te lezen aan de officiële reactie van Buitenlandminister Marco Rubio. Hij sprak in een persverklaring van een „unilaterale actie” door Israël. „Wij zijn niet betrokken in aanvallen op Iran en onze hoogste prioriteit is om Amerikaanse manschappen in de regio te beschermen. Israël heeft ons ingelicht dat zij geloven dat deze aanval nodig was voor zijn zelfbescherming.” In die zuinige verklaring ontbrak de gebruikelijke zinsnede dat Israël „recht op zelfbescherming geniet” en dat de VS het land altijd zullen helpen verdedigen.
Maar al waren ze op voorhand dan tegen, impliciet geven de Amerikanen wel degelijk rugdekking aan deze Israëlische aanval. Die wordt immers uitgevoerd met vliegtuigen en wapens die grotendeels door de VS geleverd zijn. En ook de Iraanse vergeldingsaanvallen worden nu afgeslagen met luchtafweersystemen van Amerikaanse makelij.
Lees ook
Vrees voor verdere escalatie na massale Israëlische aanval op Iraanse nucleaire en militaire doelen
En mochten Iraanse raketten en drones hier op grote schaal doorheen prikken, dan komt Trump meteen onder binnenlandse druk te staan de Israëliërs bij te staan. Voor de Republikeinen, en bovenal voor hun zeer trouwe blok van evangelisch-christelijke kiezers, geldt de veiligheid van Israël als een politieke en religieuze halszaak.
Risico’s voor Trump en zijn partij
Dat de Amerikaanse steun aan zijn land in het verleden schier onvoorwaardelijk is gebleken, gaf Netanyahu blijkbaar het vertrouwen dat hij Trump op dit punt kon trotseren. Zoals hij zich ook door diens voorganger Biden nimmer liet bijsturen in zijn vernietigingsoorlog tegen Gaza.
Vrijdagochtend probeerde Trump in een eerste reactie de schade te beperken. Hij greep de actie van Israël aan om Iran terug naar de onderhandelingstafel te dwingen. Op zijn eigen platform Truth Social schreef hij dat Teheran „kans op kans” heeft gehad en dat nog veel ergere Israëlische aanvallen dreigen. „Iran moet nu een deal sluiten, voor er niks meer van over is. Red wat ooit bekend stond als het Iraanse Rijk. Geen dood en destructie meer. DOE HET GEWOON, VOOR HET TE LAAT IS.”
Lees ook
Wiens belangen dient Trump tijdens zijn reis naar de Golfstaten?
Voor Trump kleven aan de escalatie die Israël heeft gekozen echter grote risico’s. De president heeft een isolationistische inborst en vindt het Midden-Oosten als zakenman hoogstens interessant als economisch wingebied. Mocht het Midden-Oosten nu verder ontvlammen, dan kan dat de electorale kansen van zijn partij raken. Bijvoorbeeld als Amerikaanse militairen in de regio doelwit mochten worden. Of als de olieprijs door deze nieuwe spanningen oploopt en de prijzen aan de Amerikaanse benzinepomp stijgen.
Van de vredesonderhandelingen die de VS entameerden tussen Rusland en Oekraïne dreigde hij al weg te lopen. In het Midden-Oosten valt Trumps campagnepose als vredestichter nu verder in duigen.
Op een telefoon wordt een playlist ‘rustgevende muziek voor gestreste katten’ aangezet, met een spuitbusje worden kalmerende feromonen verneveld. „Allemaal om het doneren zo katvriendelijk mogelijk te maken”, zegt een medewerker van Animal Bloodbank Benelux. Op de behandeltafel ligt Georgia, een grijze poes, opgerold in twee dekentjes, klaar om bloed te doneren. Zachtjes laat ze zich een miauw ontvallen.
Het Medisch Centrum voor Dieren (MCD) in Amsterdam distribueert sinds zo’n twee jaar namens de ABB donorbloed voor honden en katten. Voor honden had het MCD altijd al wel een zakje liggen. Maar Marrit Meester (51), dierenarts op de spoedeisende hulp, heeft „meermaals” meegemaakt dat ze katten binnenkreeg die niet vier uur konden wachten op de koerier met bloed, die vanuit de bloedbank in Nijverdal of zelfs van verder moest komen. „Verschrikkelijk als je weet dat je een dier misschien had kunnen redden.”
In het kader van Bloeddonordag op 14 juni, waarbij aandacht gevraagd wordt voor het belang van bloeddonaties bij mensen, heeft het ABB in samenwerking met verschillende klinieken van AniCura ook een dag voor dierenbloed in het leven geroepen. Dat het nodig is liefdevol gehouden huisdieren bloot te stellen aan zulk ongerief, blijkt uit de lijst aandoeningen die ze opnoemt waarvoor donorbloed of -plasma noodzakelijk is. Van rattengif of een ongeluk tot een auto-immuunziekte en meer. „Omdat we steeds verder gaan in het behandelen van onze huisdieren, hebben we ook steeds vaker en meer bloed nodig”, zegt Meesters. In Nederland is de vraag naar donorbloed afgelopen jaar met 90 procent gestegen, „bovenop een explosieve groei van 600 procent het jaar ervoor”, laat de woordvoerder van het MCD weten.
Hoeveel bloed een hond of kat geeft, hangt af van de grootte van het beestje.
Foto Saskia van den Boom
De dag blijkt een mediamagneet. In de behandelkamer staan rondom poes Georgia twee fotografen en twee verslaggevers. Op de gang, waar op een brancard een witte golden retriever met knalrood gips om de linkerachterpoot wordt langsgereden, moet stilte zijn, vanwege opnames voor de NOS.
Voorpoot
Dat een dier niet zelf kan kiezen om bloed te doneren, is evident. „De enige andere optie om donorbloed te krijgen, is door proefdieren te houden”, zegt Meesters. „Maar dat willen we juist niet.”
„Dag lieve burrito”, zegt baasje Angelica May tegen Georgia, terwijl ze tussen haar oren kriebelt. May werkt zelf bij het MCD als dierenarts en besloot in te gaan op de oproep van de ABB om een huisdier te laten doneren, om ándere dieren te kunnen redden. Ze heeft Georgia zelf ook gered, van de straten van een stad in Brazilië. „Toen was ze nog niet zo knap hoor, meer Sméagol [Gollum] uit Lord of the Rings”, zegt ze. „Ze was half kaal en had overal schimmel – en toen wij en onze andere katten ook.”
In Nederland is de vraag naar donorbloed voor dieren afgelopen jaar met 90 procent gestegen
Na het scheren begint het zoeken van de ader in de linker voorpoot. In eerste instantie tapt Meesters maar een heel klein beetje bloed af. Dat bloed wordt in twee vakjes van een tester gedruppeld. Dat is om te kijken of Georgia geen FIV (kattenaids) of FeLV (kattenleukemie) heeft. Voor baasjes is uitgebreid gratis bloedonderzoek een voordeel voor het donorschap.
Georgia test negatief. Ze mag doneren. Ze krijgt een beetje verdoving – „een drupje ketamine, een beetje diazepam” – toegediend, waarop haar pupillen zich vergroten. „Gaat goed hè liefje”, zegt Meesters. De dekentjes worden afgewikkeld, waarna de tondeuse langs haar hals gaat. Het bloed uit haar nek vloeit in een „uit de pediatrie afkomstig” plastic zakje. „Dat scheiden we in rode bloedcellen en plasma.”
Pleister en klaar. Het duurde een kwartiertje, na tien minuten zal de verdoving ook uitgewerkt zijn. Ze krijgen in het dierenhuis geen roze koek, zoals mensen, maar wel een beetje glucose, dat werkt hetzelfde. „Viel mee hè”, zegt Meesters.
<figure aria-labelledby="figcaption-0" class="figure" data-captionposition="below" data-description="De vraag naar donorbloed voor dieren is hard gestegen.” data-figure-id=”0″ data-variant=”grid”><img alt data-description="De vraag naar donorbloed voor dieren is hard gestegen.” data-open-in-lightbox=”true” data-src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/06/bloed-doneren-is-voor-huisdieren-geen-pretje-maar-ze-redden-er-wel-levens-mee-1.jpg” data-src-medium=”https://s3.eu-west-1.amazonaws.com/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2025/06/12162646/data133567946-eca93e.jpg” decoding=”async” src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/06/bloed-doneren-is-voor-huisdieren-geen-pretje-maar-ze-redden-er-wel-levens-mee-9.jpg” srcset=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/06/bloed-doneren-is-voor-huisdieren-geen-pretje-maar-ze-redden-er-wel-levens-mee-7.jpg 160w, http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/06/bloed-doneren-is-voor-huisdieren-geen-pretje-maar-ze-redden-er-wel-levens-mee-8.jpg 320w, http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/06/bloed-doneren-is-voor-huisdieren-geen-pretje-maar-ze-redden-er-wel-levens-mee-9.jpg 640w, http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/06/bloed-doneren-is-voor-huisdieren-geen-pretje-maar-ze-redden-er-wel-levens-mee-10.jpg 1280w, https://images.nrc.nl/Hgqu32STF1qL5U5puZ2k5jaT0FM=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2025/06/12162646/data133567946-eca93e.jpg 1920w”>De vraag naar donorbloed voor dieren is hard gestegen.
<figure aria-labelledby="figcaption-1" class="figure" data-captionposition="below" data-description="Een pootje wordt geprikt omwille van een bloeddonatie. ” data-figure-id=”1″ data-variant=”grid”><img alt data-description="Een pootje wordt geprikt omwille van een bloeddonatie. ” data-open-in-lightbox=”true” data-src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/06/bloed-doneren-is-voor-huisdieren-geen-pretje-maar-ze-redden-er-wel-levens-mee-2.jpg” data-src-medium=”https://s3.eu-west-1.amazonaws.com/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2025/06/12162651/data133567974-68deda.jpg” decoding=”async” src=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/06/bloed-doneren-is-voor-huisdieren-geen-pretje-maar-ze-redden-er-wel-levens-mee-13.jpg” srcset=”http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/06/bloed-doneren-is-voor-huisdieren-geen-pretje-maar-ze-redden-er-wel-levens-mee-11.jpg 160w, http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/06/bloed-doneren-is-voor-huisdieren-geen-pretje-maar-ze-redden-er-wel-levens-mee-12.jpg 320w, http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/06/bloed-doneren-is-voor-huisdieren-geen-pretje-maar-ze-redden-er-wel-levens-mee-13.jpg 640w, http://nltoday.news/wp-content/uploads/2025/06/bloed-doneren-is-voor-huisdieren-geen-pretje-maar-ze-redden-er-wel-levens-mee-14.jpg 1280w, https://images.nrc.nl/4uvHkTkgg1HJJeBIDYeU7xPh3jM=/1920x/filters:no_upscale()/s3/static.nrc.nl/wp-content/uploads/2025/06/12162651/data133567974-68deda.jpg 1920w”>Een pootje wordt geprikt omwille van een bloeddonatie.
Foto’s Saskia van den Boom
Doneren hoeft dus geen drama te zijn. Maar „natuurlijk”, zegt de woordvoerder, was precies op het moment dat de NOS er was een kat aan de beurt die „vreselijk krijste”. Vanaf het moment dat hij uit zijn mandje werd getild. „Ik zei nog tegen die journalist, dit kun je niet uitzenden hoor”, zegt de woordvoerder van het MCD. „Zelfs het baasje noemde haar eendramaqueen.”
Bloedgroepen
Kan een Maine Coon bloed aan een Britse korthaar geven en een Deense dog aan een pomeriaan? Ja. Alle kattenrassen kunnen aan elkaar doneren en alle hondenrassen ook, wel is er sprake van verschillende bloedgroepen. Bij katten A, B en AB – de verkeerde bloedgroep toedienen heeft een dodelijke afloop. Bij honden ligt het net iets gecompliceerder. „Het enige nadeel is dat ze een sommige bloedgroepen sneller afbreken.”
Om te kunnen doneren worden wel eisen gesteld aan de dieren. Katten moeten op zijn minst drieënhalve kilo wegen, honden meer dan twintig. Van een chihuahua valt gewoon niet zoveel te halen. „Terwijl greyhounds juist héél veel rode bloedcellen hebben”, weet May.
Kan een Maine Coon aan een Britse korthaar bloed geven en een Deense dog aan een pomeriaan?
Toen ze nog op de „eerstelijns hulp” werkte, kwam er eens „op een zondag” een baasje met een klein Maltezertje die heel hard bloed nodig had. Ze wisten dat ze een greyhound in het systeem hadden. „We hebben zijn baasje gebeld, of hij het goed zou vinden om zijn hond te brengen en bloeddonor te laten zijn. Dat heeft hij gedaan. Dat was zo ontroerend.” De Maltezer werd gered. „We hebben een medaille gemaakt voor die hond waar Superhero op stond.”
Op flyers die overal in het MCD liggen staat: ‘Uw dier kan een leven redden’. Peanut, een zwartwitte kat met één oog, krijgt na een vrij moeizame donatie een rood sjaaltje omgehangen met ‘I am a blooddonor, I am a lifesaver’. Hij is „best wel high”, zegt Meesters. Hij heeft een beetje extra sedatie gekregen. Uiteindelijk is een ader gevonden in zijn achterpoot. Klein leed voor een groot belang vindt zijn baasje, ook werkzaam in het MCD. Die is niet zo onder de indruk van de ingreep. „Ik heb hem zelf gecastreerd”, zegt ze schouderophalend.
Lees ook
Meer huisdieren en hun baasjes doorverwezen naar het dure ‘dierenziekenhuis’? Dan krijgen dierenartsen van investeerder Evidensia een bonus
FIFA-voorzitter Gianni Infantino gebruikt grote woorden, afgelopen dinsdag in een zaaltje in Miami. „We schrijven geschiedenis”, zegt hij, staand naast de gouden trofee voor het WK voor clubs. Daarin is niet alleen twee keer zijn naam gegraveerd, de wereldvoetbalbond claimt in een tekst op de beker ook dat het toernooi het „hoogtepunt” vormt van álle internationale clubcompetities. Een „big bang” in de historie van voetbal, stelt Infantino in Miami.
Of het ingrijpend vernieuwde club-WK, dat deze zaterdag begint in de Verenigde Staten, die verwachtingen waarmaakt is de vraag. Anders dan Infantino doet geloven, is er veel scepsis. Spelersvakbonden vinden het onverantwoord dat de FIFA een omvangrijk toernooi van vier weken organiseert in vrijwel de enige periode dat (top)spelers kunnen rusten. „Absurd” noemde bondscoach Ronald Koeman het evenement onlangs. „Je maakt spelers kapot.”
De publieke belangstelling is vooralsnog beperkt. Wedstrijdtickets worden tegen spotprijzen aangeboden, schreef het gezaghebbende The Athletic deze week. Of de openingswedstrijd op zaterdag in het Hard Rock Stadium in Miami tussen Inter Miami FC, met de beoogde ster van het toernooi Lionel Messi, en het Egyptische Al-Ahly uitverkocht raakt is twijfelachtig.
Vijf vragen over het omstreden toernooi dat, volgens de FIFA, is bedacht door Infantino.
1 Waarom is dit toernooi zo belangrijk voor de FIFA?
Een uitgebreid WK voor clubs is al heel lang een vurige wens van de wereldvoetbalbond. De FIFA geldt traditioneel als de machtigste organisatie in het voetbal, met 211 leden – de nationale voetbalbonden – en het alleenrecht op de organisatie van een van de meest bekeken sportevenement ter wereld: het WK voor landenteams. Kijk alleen naar het lijstje wereldleiders dat Infantino recent bezocht, onder wie de Amerikaanse president Donald Trump en de Saoedische kroonprins Mohammed bin Salman, en je krijgt een indruk van de status van de FIFA-baas.
Maar in een belangrijk deel van de sport speelt de FIFA slechts een marginale rol: het clubvoetbal. Dat wordt gerund door regionale en nationale voetbalbonden, evenals zelfstandige competities zoals de Premier League. Meest prominent op dit vlak: de UEFA, organisator van de Europese clubtoernooien. Vooral de Champions League is dankzij wereldwijde belangstelling en almaar vettere tv-contracten in de voorbije decennia uitgegroeid tot een ongeëvenaarde cash cow, met als gevolg dat de UEFA tegenwoordig méér omzet genereert dan de FIFA (gemiddeld zo’n 4,5 miljard euro per jaar tegenover een geschatte 3 miljard euro).
Het WK voor clubs is daarmee onderdeel van een machtsstrijd tussen de FIFA en de UEFA. Meer specifiek tussen Infantino en UEFA-baas Aleksander Ceferin. Soms wordt die openlijk gevoerd. Zoals vorige maand tijdens een FIFA-congres in Paraguay, toen Ceferin en zijn gezelschap ostentatief de zaal verlieten uit protest tegen Infantino, die veel te laat arriveerde omdat hij met Trump was meegereisd naar Saoedi-Arabië.
Vaker gaat het omfloerst, wanneer de FIFA-baas oreert over de noodzaak het voetbal te ‘mondialiseren’ – een impliciete klacht over de financiële en sportieve dominantie van Europese clubs.
2 Als het club-WK al zo lang een droom is van de FIFA, waarom heeft het dan zo lang geduurd?
Het toernooi bestaat al sinds 2000. Eerdere edities hadden meestal zo’n zes á zeven deelnemers, uit de verschillende werelddelen. De laatste keer werd het gehouden in Saoedi-Arabië, een belangrijke bondgenoot van Infantino en gastland van het WK in 2034.
Terugkerend probleem met dit evenement: het interesseerde vrijwel niemand. En dus besloot Infantino het toernooi radicaal uit te breiden, een formule die hij ook gebruikt om de inkomsten uit het ‘traditionele’ WK op te pompen. Dit keer doen 32 clubs mee, waarvan twaalf uit Europa. Het evenement duurt vier weken, middenin de Amerikaanse zomer. Net als het echte WK wordt de grondig vernieuwde editie vanaf nu om de vier jaar gespeeld en niet meer elk seizoen.
Om het toernooi aantrekkelijk te maken voor topclubs heeft de FIFA het voorzien van een gouden randje. De deelnemers mogen 1 miljard dollar prijzengeld verdelen, waarbij ‘sportieve en commerciële’ criteria bepalen hoeveel startgeld klaarligt per club. Europese clubs toucheren tot wel tientallen miljoenen om alleen maar aan de aftrap te verschijnen, terwijl Auckland City uit Nieuw-Zeeland ten minste 3 miljoen euro kan bijschrijven.
3 Waar komt dat geld vandaan?
Het korte antwoord: uit een mediacontract, sponsors en kaartverkoop. Kijk iets langer naar de geldschieters en de indruk ontstaat dat bondgenoten Infantino te hulp zijn geschoten om een financieel drama te voorkomen. Het duurde opvallend lang voordat de FIFA een tv-deal aankondigde. De partij die uiteindelijk werd gepresenteerd, de Britse streamingsdienst DAZN, heeft de ambitie het ‘Netflix van de sport’ te worden. Maar in grote delen van de wereld, waaronder de VS, is DAZN nauwelijks bekend.
Op reclameborden bij de wedstrijd, eind mei, tussen Los Angeles FC en het Mexicaanse Club America etaleert de FIFA het vernieuwde WK voor clubs. Los Angeles won en kwalificeerde zich. Foto Allison Dinner
Opvallend is dat het staatsinvesteringsfonds van Saoedi-Arabië dat direct onder de kroonprins valt, PIF, in februari bekendmaakte via een dochterbedrijf een belang te hebben genomen in DAZN. Geschatte waarde van de deal: 1 miljard dollar. De FIFA presenteerde het PIF onlangs bovendien als belangrijke sponsor van het club-WK, evenals staatsvliegmaatschappij Qatar Airways. Infantino onderhoudt nauwe banden met de emir van Qatar.
4 Los van de herkomst zal de voetbalwereld toch wel blij zijn met het prijzengeld?
De clubs die deelnemen wel. Maar de vrees bestaat dat de toch al scheve financiële verhoudingen toenemen door het hoge prijzengeld. Europese clubs als Real Madrid, Chelsea en Manchester City kunnen, afhankelijk van hoe ver ze komen, meer dan 110 miljoen euro verdienen. En hoewel de absolute bedragen kleiner zijn, is de impact op deelnemers uit kleine competities misschien nog wel groter. Neem Auckland City. Die club speelt in een amateurcompetitie in Nieuw-Zeeland en heeft plotseling miljoenen te besteden.
Daar komt bij dat de plaatsingscriteria ingewikkeld en betwistbaar zijn. Twaalf deelnemers uit Europa, deels geselecteerd op basis van prestaties in de Champions League, voelt vreemd voor een toernooi dat mede is bedoeld om Europese dominantie te bestrijden.
De VS kregen als gastland een extra ticket. Dat is gegaan naar Inter Miami, de club van Lionel Messi. Heeft Inter Miami de MLS (de competitie in de VS en Canada) gewonnen? Nee, die wordt beslist in de play-offs, LA Galaxy won de finale. Maar de FIFA heeft beschikt dat het ticket gaat naar de club die in het reguliere seizoen de meeste punten haalde, en dat is Inter Miami. En dus heeft Infantino sterspeler Messi erbij op zijn opgepoetste voetbalfeest.
5 Waarom kijkt de voetbalwereld niet echt uit naar dit WK?
De kritiek is dat het te veel is: een in sportief opzicht relatief onbelangrijk maar groots opgezet toernooi ná het seizoen, in de hete Amerikaanse zomer. Door de komst van de Nations League, de uitbreiding van de Europese clubtoernooien en de expansie van de EK’s en WK’s voor landenteams, stond de internationale speelkalender al onder druk. Het uitgebreide club-WK verscherpt die discussie. Spelersvakbonden en nationale competities zijn fel tegen het toernooi, onder meer vanwege het risico op overbelasting.
Met name voor spelers in de Europese top, is er nauwelijks nog een rustmoment in de zomer. Dat geldt onder anderen voor Manchester City-aanwinst Tijjani Reijnders en Internazionale-verdediger Denzel Dumfries. Zij speelden vorige zomer het EK met Oranje, nu het WK voor clubs en volgend jaar rond deze tijd waarschijnlijk het WK voor landenteams in de VS, Canada en Mexico. Ofwel: drie zomers achter elkaar amper hersteltijd.
Als titelverdediger City de finale haalt op 13 juli in New Jersey, kan Reijnders dit seizoen op 69 wedstrijden uitkomen. Daarbij werd hij geholpen door de FIFA: die stelde een extra transferperiode in zodat clubs zich vóór het club-WK nog konden versterken. Dit gebeurde niet eerder en onderstreept het belang van het toernooi voor de FIFA. Reijnders kon hierdoor afgelopen week de overstap maken van AC Milan naar Manchester City.
Dumfries zei vorig weekend tegen de pers dat hij het na zo’n lang seizoen – hij speelde onder meer de Champions League-finale – „best lastig” vindt om het club-WK te spelen. De speelkalender zit „te vol”, zei hij. Maar Infantino kan niet wachten: hij denkt dat het toernooi de wereld zal „verbinden”.