Bij Oranje is het bouwen en schaven tegelijk – op en naast het veld

De samenvatting zal het niet halen, maar het is een moment dat iets zegt over de fase waar het Nederlands elftal in zit. Voor het begin van de tweede helft staan zes spelers van Canada tegen de middenlijn aan. En weg zijn ze. Binnen zes seconden na hun aftrap, duikt de ploeg op voor het doel van Oranje. Het levert een hoekschop op voor Canada, donderdag in een oefenwedstrijd in Rotterdam, de voorlaatste test van Oranje voor het EK voetbal.

Het laat twee dingen zien. Niet iedereen bij Nederland staat op te letten, Canada vindt vrij simpel de ruimte tussen de linies. Terwijl er deze week bij Oranje op het trainingskamp in Zeist veel aandacht was voor standaardsituaties – de aftrap is daar onderdeel van in het moderne topvoetbal. „Het kan niet dat zij vanuit een aftrap bijna bij onze goal komen”, zegt middenvelder Jerdy Schouten. „Dat is iets waar we naar gaan kijken.” Want straks op het EK kan zoiets fataal zijn.

De spelsituatie illustreert ook iets anders. Rechtsbuiten Jeremie Frimpong, een relatieve nieuwkomer bij Oranje, let wel op. Uit zijn rug ziet hij de Canadese linksback Alphonso Davies vertrekken. Frimpong anticipeert goed, hij trekt een flinke sprint om zijn tegenstander te verdedigen. De buitenspeler, drijvende kracht bij de Duitse kampioen Bayer Leverkusen, brengt veel energie en loopvermogen op de rechterflank. Met een assist en een doelpunt leidt hij de 4-0 zege op Canada in.

Een week voor het eerste duel op het EK in Duitsland, zondag 16 juni tegen Polen, is Oranje nog volop in ontwikkeling. Het is bouwen en schaven tegelijk – op en naast het veld, deze week in Zeist. Werken naar een nieuwe piek, fysiek en mentaal, na een lang seizoen. Het grote doel: EK-finale, 14 juli, Olympiastadion Berlijn.

Gesprekjes

Het begint klein, in Zeist. Individuele gesprekjes in het hotel, met de bondscoach, Ronald Koeman. Bij de een tien minuten, bij een ander twintig minuten. Dan vertelt hij wat hij van hen verwacht, wat nog beter kan. Of ze in beeld zijn voor de basisploeg.

Iedereen krijgt een rol, alle 26 selectiespelers worden belangrijk gemaakt, tot aan de derde keeper. Een eindtoernooi kan – gevoelsmatig – lang duren, zeker als je niet speelt. Iedereen moet mee in het ‘project’ om negatieve energie te voorkomen.

De hiërarchie is opnieuw bepaald. Georginio Wijnaldum (33), voorheen reserve-captain, zit weliswaar bij de selectie, maar is iets gezakt in de pikorde, na zijn vertrek naar een Saoedische club. Er wordt nu meer verwacht van de lichting eronder. Zo kan het aanwijzen van de plaatsvervangers van Virgil van Dijk (32), Oranje-aanvoerder sinds 2018, worden gezien: Nathan Aké (29) en Frenkie de Jong (27). In die volgorde. Spelers in de kracht van hun loopbaan, actief voor respectievelijk Manchester City en FC Barcelona. Zij weten wat in de internationale top gevraagd wordt, kunnen een voorbeeld zijn.

Al heeft spelmaker De Jong nu andere zorgen. Zijn rechterenkel, die hij op 21 april verstuikte. Tevens de grootste zorg van Koeman, al maakt hij niet de indruk dat hij zich er echt druk over maakt. Stalen blik, iedere persconferentie weer. De realiteit is dat De Jong, cruciaal voor de aanvalsopbouw, nog niet met de groep meetrainde sinds hij zich afgelopen zaterdag meldde in Zeist. Hij doet individuele hersteltrainingen met de fysio op het Voetbal Medisch Centrum in Zeist.

Zijn revalidatie gaat „volgens plan”, zei Koeman zowel vorige week als afgelopen woensdag. Maar met de tijd neemt de onzekerheid in zijn antwoorden toe. Haalt De Jong het duel met Polen? „Ga ik wel vanuit”, zei Koeman vorige week. Deze woensdag waren er iets meer slagen om de arm. „We hebben nog steeds het idee dat hij rondom de eerste wedstrijd fit zal zijn. Misschien later in de komende periode. Als dat niet het geval zou zijn, dan moeten we kijken hoe we daar mee omgaan.”

Zelf was De Jong zondag bij de NOS terughoudend – „ik ben nog niet fit, dus ik kan niet zeggen dat het goed gaat.”

Middenveld

Die twijfel neemt Koeman mee in de laatste week voor het EK. Ondertussen lopen mogelijke vervangers warm. Jerdy Schouten, middenvelder bij PSV, toonde zich tegen Canada een prima alternatief met zijn passing, inzicht en rust. „Rooie Frenkie”, noemden ze hem bij zijn oude club Telstar, zegt oud-directeur Pieter de Waard. Net als De Jong speelt hij met veel flair.

Maar de tegenstand van het zwakke Canada is onvergelijkbaar met die op het EK, waar in de poule naast Polen ook Frankrijk en Oostenrijk wachten. Dat Schouten nog geen gesprekje met de bondscoach heeft gehad, duidt erop dat Koeman nog niet helemaal weet hoe hij het middenveld gaat invullen. Schouten, donderdag: „Ik weet nog niet precies wat de trainer met mij van plan is.”

Komende maandag zal waarschijnlijk Joey Veerman een kans krijgen als spelmaker tegen IJsland, de laatste test voor het EK. Zijn splijtende passes zijn een wapen, maar hij is door een gebrek aan explosiviteit kwetsbaar in de omschakeling. Door clubverplichtingen sloten middenvelders Tijjani Reijnders (AC Milan) en Teun Koopmeiners (Atalanta) pas vrijdag aan bij Oranje – ook zij zijn een optie voor de positie van De Jong. Beiden spelen maandag vermoedelijk, de contouren van de basisploeg zullen dan duidelijk worden.

Oranje, zevende van de wereld, is subtop. Uitstekende verdedigers, goede middenvelders, aanvallend magertjes. De ploeg komt uit een „heel onrustig” jaar, zoals Koeman het noemt. Veel blessures, veel wisselingen, weinig vastigheden. Pas nu heeft hij voor het eerst in anderhalf jaar de mogelijkheid om doelgericht te werken.

Doelgericht

De nadruk in de trainingen lag deze week op hoe de tegenstander wordt afgejaagd. Wat doen de aanvallers van Oranje als zij de bal niet hebben? „Denken ze mee? Verdedigen ze ruimtes, zodat de tegenstander niet tussen de linies door kan spelen?” Een jaar geleden in de Nations League tegen Italië werd dat, tot frustratie van Koeman, slecht uitgevoerd. Hij zegt nu: „Wil je ver komen in een toernooi, dan zal dat aspect perfect moeten zijn.”

Perfect was het nog niet tegen Canada, met name in de openingsfase niet. Maar progressie is te zien: Oranje veroverde vijftien keer de bal hoog op het veld, het hoogste aantal sinds november 2019, blijkt uit data van bureau Stats Perform. Schouten en aanvaller Memphis Depay veroverden het vaakst de bal: beiden vier keer.

Koeman is tevreden: goede trainingsweek, prima oefenpot, iedereen fit, op De Jong na. „We hebben een elftal dat moeilijk te verslaan is”, zegt hij vaak. Tegelijkertijd is hij reëel. „Er zijn aanwijsbare redenen om zuinig te zijn”, zei hij vorige week.

De duizenden lege stoeltjes in de Kuip, donderdag, onderstrepen het gebrek aan enthousiasme. Het is het eerste normale eindtoernooi voor Oranje in jaren, na het uitgestelde EK in 2021 in coronatijd en het ‘winter-WK’ eind 2022 in Qatar, waar de mensenrechtensituatie een belangrijk thema was. Dit EK zal het vooral om voetbal draaien – iets waar Oranje de laatste jaren niet in uitblinkt.

„Ik denk dat we in Nederland nooit kunnen voldoen aan de verwachtingen”, reageerde Koeman donderdag geprikkeld op een vraag of ze de ruime zege op Canada nodig hadden voor de beeldvorming. „We zijn met onszelf bezig, niet wat anderen daarvan vinden.”

De stadionspeaker was kort na de wedstrijd opgewekter. „Op naar een historisch EK met elkaar”, riep hij.