Arne Slot brengt het zelf in herinnering, zondag laat in de middag. Terug naar waar het voor hem begon bij Feyenoord. Een te korte terugspeelbal van rechtsback Marcus Pedersen tegen het bescheiden FC Drita uit Kosovo, in de tweede kwalificatieronde van de Conference League, juli 2021. 70ste minuut, het staat gelijk, Feyenoord moet scoren – een blamage dreigt. Met zijn risicovolle bal zet Pedersen Drita-aanvaller Arbnor Muja volledig vrij voor Feyenoord-doelman Justin Bijlow.
Tot ongeloof van velen, schiet Muja naast. Daar waar Guus Til die avond drie keer scoort in de Kuip: toch nog een 3-2 zege. „Guus Til is op die manier zeer belangrijk geweest voor mijn carrière”, zegt Slot. Na die benauwde confrontatie, bereikt Feyenoord de finale van Conference League. En legt zo de basis voor de uitstekende jaren erna, waarin de landstitel (2023) en de KNVB-beker (2024) worden gewonnen. Met de tweede plaats dit seizoen, kwalificeert de club zich nu twee jaar op rij voor de lucratieve Champions League.
Even na half vijf zondagmiddag, loopt Slot (45) voor de laatste keer uit de spelerstunnel, het veld op in de Kuip. Zijn linkerhand nonchalant in zijn broekzak, zijn rechterhand vrij om te zwaaien of een duim omhoog te steken. Met een door paaltjes verbonden koord is een route voor hem uitgezet naar een podiumpje. Niet voor het eerst deze dag klinkt massaal ‘Arne bedankt, Arne bedankt’, kort na een 4-0 zege op Excelsior, de laatste wedstrijd van het seizoen. Zijn laatste bij Feyenoord.
Het is een afscheidsreceptie in stijl, geopend met een typische Slot-aanval via vloeiende combinaties en in hoog tempo. De vier doelpunten van Feyenoord – dat Excelsior richting nacompetitie duwt – vallen allemaal na rust, pal voor het grote spandoek dat voor Slot is opgehangen op de tribunes die vanwege een straf leeg moeten blijven. ‘Walk on, walk on’, staat er, een verwijzing naar het lijflied van Liverpool FC, Slots nieuwe club.
Innovatievere koers
„Inspirator van het nieuwe Feyenoord”, zo kondigt stadionspeaker Peter Houtman hem aan. Slot, eind 2020 ontslagen bij AZ omdat hij op dat moment in gesprek was met directe concurrent Feyenoord, werd de wegbereider van een innovatievere koers, ingezet onder toenmalig technisch directeur Frank Arnesen. „We zijn ongelooflijk trots dat je drie jaar onze trainer bent geweest”, zegt huidig technisch en algemeen directeur Dennis te Kloese zondag.
Hij vestigde zich als een coach met persoonlijkheid en progressieve voetbalideeën. „Iedereen riep: het is niks, het wordt niks”, zegt Slot terugblikkend, toen hij in de zomer van 2021 begon bij Feyenoord. Coach Dick Advocaat was het seizoen ervoor, met behoudend voetbal, vijfde geworden. Die zomer vertrok topscorer en aanvoerder Steven Berghuis naar rivaal Ajax.
Toch zag hij potentie. „Er waren wel wat verborgen pareltjes in dat elftal.” Zoals middenvelder Orkun Kökcü en verdedigers Tyrell Malacia en Lutsharel Geertruida. Het was een kwestie van „de juiste jongens erbij zetten” en de „juiste speelwijze” inslijpen. Dan konden ze er „heel veel” uit gaan halen.
Hij tilde Feyenoord, de slapende reus, op goede dagen naar een uitzonderlijk niveau. Waar de club, met veel gremia en interne machtsstrijd, jarenlang druk was om een nieuw stadion te realiseren om zo meer inkomsten te genereren, kwam nu voetbalontwikkeling (en dus waardecreatie op het veld) centraal te staan. Het moment dat Te Kloese de club terugtrok uit het omstreden stadionproject Feyenoord City, is met terugwerkende kracht bijna symbolisch: een maand voor de Conference League-finale van mei 2022.
Met ontwikkelaar Slot, kon Feyenoord op een andere manier geld verdienen. „We hebben in de afgelopen jaren ons eigen budget weten te creëren”, zegt hij zondag. In zijn eerste jaar kon van de „zes miljoen” die ze volgens hem voor Berghuis kregen, zo’n vijf miljoen worden geherinvesteerd. Het jaar erop verkochten ze al voor „zeventig miljoen”, waarvan „dertig miljoen” kon worden gestoken in nieuwe spelers.
Begin dit jaar sprak hij over de groei in spelerssalarissen en transfersommen in de lobby van een luxueus hotel in de heuvels van de Spaanse badplaats Marbella, waar Feyenoord verbleef voor een trainingskamp. Onderdeel zijn van die transformatie vond hij „leuk”, zei hij. „Om de club van uitgavepatroon A naar uitgavepatroon D te krijgen. Niet omdat er een rijke sjeik is opgestaan, maar omdat we het allemaal zelf via voetbalprestaties voor elkaar hebben gekregen.”
Slot kwam op krukken aanlopen, nadat hij bij een partijtje voetvolley een kuitspier had gescheurd. Middenin het gesprek kon hij het niet laten om middenvelder Quinten Timber, die hij in een potje versloeg, tegenover andere spelers op zijn overwinning te wijzen. Met luide stem: „Zelfs als ik nu tegen hem moet spelen, win ik nog.”
Daarna op rustigere toon, in een interview met NRC en een andere krant: „Hier hou ik zoveel van. Daarom vind ik het zo vervelend dat ik geblesseerd ben. Het is zo leuk om die gasten uit te dagen.”
In een verder leeg hotel praatte hij, met Flamenco-muziek op de achtergrond, bijna in monoloog over voetbal – de wijze van druk zetten, standaardsituaties, mentale weerbaarheid. Een betoog is bij hem nooit zomaar voorbij, er komt bijna altijd méér uitleg, extra context. Niet voor niets duurden zijn persconferenties in de Champions League, eerder dit seizoen, vaak het langst van alle trainers.
Moeilijke momenten
In die drie seizoenen sprak hij op een gedetailleerde, doordachte wijze over voetbal zoals in jaren niet was gebeurd bij Feyenoord – in ieder geval niet publiekelijk. Hij bleef vrijwel altijd vanuit de logica redeneren, op basis van inhoud en data – bijna nooit in platitudes. Het is dit retorisch talent dat hem onderscheidt – de kunst van het overbrengen van een voetbalvisie. „Alles wat hij zei, namen wij klakkeloos aan”, zei Bryan Linssen, aanvaller in Slots eerste seizoen, eerder.
Dat charisma hielp hem ook door moeilijke momenten. Hij vond de juiste toon en woorden na het aanstekerincident in de halve finale van de KNVB-beker tegen Ajax, in april 2023. Nadat Ajax-speler Davy Klaassen was geraakt en hevig bloedde, werd het duel tijdelijk gestaakt – de KNVB scherpte een dag later de maatregelen aan. „Je kunt er elk woord op plakken”, zei Slot die avond, zichtbaar aangedaan. „Schamen, schandalig, belachelijk, ik kan niet het juiste woord vinden wat ik hierbij voel.”
Dat sterke karakter is nu weg, degene waar altijd naar kan worden gekeken als de druk oploopt. Of als niemand de oplossing meer ziet. Dan ging hij praten, met dat ogenschijnlijke aura van onoverwinnelijkheid.
Op de melodie van Live is Life zong Liverpool FC-coach Jürgen Klopp zondag bij zijn eigen afscheid al Slots naam op een vol Anfield. Daar krijgt hij een spelersgroep die al volledig is gevormd naar Klopps pressingvoetbal. Spelers „die al veel hebben gewonnen en veel hebben meegemaakt”, zegt Slot. „Die ook nog eens, daar gaat het met name om, negen jaar lang een geweldige trainer hebben gehad, waar ze een ontzettend goede band mee hebben en prijzen mee wonnen. Dat aspect, daar denk ik veel over na, hoe ga ik daar mee om?”
Het zijn zorgen voor later. Hij loopt zondag nog een ereronde door de Kuip, Feyenoord-sjaal om zijn nek. Als hij na de persconferentie journalisten een hand heeft gegeven, zegt hij tegen zijn gezin – vrouw, dochter, en zoon: „Gaan jullie mee?” Op naar Liverpool.