Naseem heeft eindelijk vrienden gemaakt in Leiden, maar straks gaat de opvang dicht

Hij was bijna begonnen met zijn spullen inpakken. De afgelopen weken dacht locatiemanager Peter Zwaan dat de 3 Octoberhal, een Leidse sporthal die sinds acht maanden dienstdoet als noodopvang voor asielzoekers, per 28 april zijn deuren zou moeten sluiten. Om de teleurstelling over de sluiting te dempen vierden bewoners en personeel vorige week maandag zelfs al een afscheidsfeestje.

Maar of een afscheid ook écht een afscheid is, is in de asielopvang zelden zeker, weet Zwaan. Afgelopen woensdag, vier dagen voor de officiële einddatum, hoorde hij van de gemeente dat de locatie toch nog twee maanden open mag blijven.

De zomer komt eraan en dus moeten de komende maanden veel noodopvanglocaties voor asielzoekers sluiten. Recreatieparken en hotels, die nu vaak als noodopvang worden gebruikt, willen in de zomermaanden toeristen ontvangen.


Ook voor een aantal andere noodopvanglocaties, zoals de Leidse sporthal, loopt het tijdelijke contract met het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COA) nog dit voorjaar af. Tot en met 1 juni 2024 moeten 31 van in totaal 385 locaties sluiten, blijkt uit COA-cijfers die NRC opvroeg. In totaal vangen die locaties nu ruim vierduizend asielzoekers op. Ook later dit jaar lopen heel wat contracten af.

Demissionair staatssecretaris Eric van der Burg (Asiel, VVD) schreef twee weken geleden al aan de Tweede Kamer dat vóór 1 juli dit jaar 12.000 extra opvangplekken voor asielzoekers beschikbaar moeten komen. In de Kamerbrief spreekt hij van een „acute situatie in de asielopvang”. Dit komt niet alleen doordat veel locaties moeten sluiten en te weinig nieuwe worden geopend. Ook de instroom van asielzoekers groeit. In de eerste maanden van 2024 was die aanzienlijk hoger dan in dezelfde periode vorig jaar. En de uitstroom van statushouders – die al een verblijfsvergunning hebben – gaat te traag.

Het COA is „constant in gesprek” met gemeentes en ‘locaties’, zoals hotels, om opvangplekken te regelen. Of om de locaties wat langer open te houden, zoals in Leiden lukte. „Je schuift het probleem dan eigenlijk op. Je kunt even ademhalen, maar bent zo twee maanden verder”, zegt een woordvoerder van het COA. Daarna moet je mensen toch weer „van hot naar her” gaan slepen. „Je probeert hun alles zo goed mogelijk uit te leggen, maar het is niet fijn.”

Vierpersoonskamers

In de opvanglocatie in Leiden zitten naast asielzoekers ook statushouders. De omstandigheden zijn „sober”, vertelt Zwaan, terwijl hij een rondje loopt over het terrein. Er zijn enkel vierpersoonskamers, dus veel privacy is er niet. Voor een bezoek aan een dokter moeten de bewoners naar de andere opvang in Leiden. En zelf koken, dat gaat moeilijk in een sporthal zonder keuken.

Toch zijn de bewoners positief over het verblijf. Ja, niet kunnen koken is vervelend, zegt Abdulrahman (24) die om de hoek van de opvang zit te roken. „That’s it”. Net als andere asielzoekers die NRC sprak wil hij niet met zijn volledige naam in de krant. De werknemers zijn aardig, de bewoners zijn hecht, op het veld naast de hal kunnen ze voetballen. Het is er in ieder geval „veel beter” dan in zijn geboorteland Syrië. „Hier heb ik tenminste een beetje stabiliteit.”

Naseem verblijft sinds augustus in Nederland. Via Jordanië, Turkije, enkele Balkanlanden en Ter Apel kwam hij uiteindelijk in Leiden terecht.

Foto’s Mona van den Berg

Buiten aan een picknicktafel draait de Palestijn Naseem een sjekkie. Hij verblijft sinds augustus in Nederland. Via Jordanië, Turkije, enkele Balkanlanden en Ter Apel kwam hij uiteindelijk in Leiden terecht. „Ik heb al mijn familie achtergelaten, ik was helemaal alleen.” Hij is blij dat hij in Leiden wat vrienden heeft gemaakt. Daardoor voelt hij zich minder eenzaam. „Ik heb hier eindelijk stabiliteit”, zegt ook hij – tot straks de opvanglocatie sluit.

Syriër Iyad (47) zou een mogelijke sluiting van de locatie in Leiden ook erg vinden. „Ik heb hier na maanden eindelijk een baan geregeld”, zegt hij op de tribune in de sporthal. Hij wacht alleen nog op zijn BSN-nummer, dan kan hij aan de slag als tuinman. Dat was ook zijn beroep in zijn geboorteland. „Gelukkig zijn we nog even welkom hier.”


Lees ook
Krijgt elke gemeente nu een eigen azc?

In de  crisisopvang voor asielzoekers in een Gronings studentencomplex wordt de laatste hand gelegd aan de inrichting. De opvang moet tijdelijk onderdak bieden aan tachtig tot honderd asielzoekers.

Meer opvangplekken

Sinds 1 februari dit jaar is de spreidingswet van kracht. Die moet zorgen voor meer opvangplekken en een eerlijker verdeling ervan over het land. Maar tot november overleggen gemeenten nog over de verdeling van de 96.000 (reguliere) plekken waar demissionair staatssecretaris Eric van der Burg bij de invoering van de wet om gevraagd heeft. Zij staan niet te springen om vaste opvanglocaties te realiseren. Ze zorgen wel voor tijdelijke locaties, maar dat zijn er niet genoeg. Bovendien zijn die ongeveer twee keer zo duur als reguliere opvangplekken.

Open, dicht, toch open. Locatiemanager Peter Zwaan in Leiden is de „hectiek” wel gewend. Hij werkt sinds 2012 voor het COA en heeft al meerdere keren meegemaakt dat een locatie op het laatste moment tóch open mocht blijven. Daarom had hij deze keer de beveiliging alvast ingeroosterd voor ná de beoogde sluitingsdatum. Aan personeelsleden die eigenlijk op een andere locatie zouden gaan werken, maakte hij subtiel duidelijk dat ze misschien toch hier moesten blijven. „Het zou kunnen dat…”, klonk het veel de afgelopen weken, zegt-ie. Met een glimlach: „Na zoveel jaar leer je om in meerdere scenario’s te denken.”

De noodopvang in de Leidse 3 Octoberhal zou 28 april sluiten, maar blijft nog twee maanden open.
Foto Mona van den Berg