Bij de marathon van Rotterdam slaat de rouwstemming in twee uur om in een feest

Talloze in de lucht gestoken telefoons leggen vast hoe Lee Towers – gouden das, gouden pochet, gouden microfoon – voor de laatste keer in zijn carrière de microfoon van zijn mond vandaan beweegt om ruimte te maken voor een uithaal in zijn uitvoering van You’ll never walk alone. Er klinkt luid gejuich. Niemand die let op Aseneth Rotich, die een paar meter verderop haar ogen neerslaat. De weduwe van de in februari verongelukte marathonloper Kelvin Kiptum heeft bij de start van de marathon van Rotterdam geen oog voor het prachtige uitzicht op de met duizenden toeschouwers gevulde Erasmusbrug.

Het hele weekend is Rotich eregast op uitnodiging van Golazo, de Belgische organisator van de stadsmarathon. Vrijdag is ze bij de persconferentie en krijgt ze in een ongemakkelijke ceremonie het eerste exemplaar uitgereikt van een racehorloge dat ter ere van haar overleden man is uitgebracht. Ze ondergaat het ogenschijnlijk onbewogen, en zo staat ze zondag ook langs het parcours.

Maar als Towers zijn lied ten gehore brengt, krijgt ze het even te zwaar: snel veegt ze een paar tranen weg. Van een lid van de marathonorganisatie krijgt ze een troostend schouderklopje. Even later staat Rotich alweer met een emotieloze uitdrukking te kijken hoe de eerste groep elitelopers, onder begeleiding van feestelijke muziek, vertrekt voor hun race. Als ze zijn gepasseerd en het parcours leegvalt, draait Rotich zich om en loopt weg.

Het ging dit weekend in Rotterdam veel over de man die er niet was maar wel had moeten zijn. In november vorig jaar presenteerde de organisatie vol trots de komst van Kelvin Kiptum, de Keniaan die toen net in Chicago het wereldrecord op de marathon had aangescherpt tot 2.00.35. In Rotterdam zou hij een nieuwe poging gaan doen om sneller dan ooit te lopen. Sterker: hij wilde in de Nederlandse havenstad de eerste atleet worden die in een officiële wedstrijd de klassieke afstand van 42.195 meter zou afleggen in minder dan twee uur – een magische grens.

In Rotterdam, zo kondigde men aan, zou alles in het werk worden gesteld om de omstandigheden te creëren voor een historische race: de zoektocht naar goede tempomakers begon, een commissie werd ingesteld om te onderzoeken óf en wáár het parcours nog sneller kon worden.

Maar voordat de plannen concreet konden worden, kwam het noodlot. Op de avond van 11 februari was Kiptum in Kenia onderweg naar huis, nadat hij ergens voetbal had gekeken, toen de auto die hij bestuurde van de weg raakte. Het voertuig klapte tegen een boom, de 24-jarige Kiptum was op slag dood. Zijn 36-jarige coach Gervais Hakizimana, die naast hem zat, overleed niet veel later aan zijn verwondingen. Een derde, vrouwelijke passagier op de achterbank overleefde de crash. Nog altijd is de precieze toedracht van het ongeluk niet duidelijk.

‘In shock’

Het nieuws van Kiptums overlijden kwam als een schok voor de atletiekwereld, ook in Rotterdam. „We waren in eerste instantie in shock”, zegt marathondirecteur Wilbert Lek. De eerste anderhalve week, tot aan de begrafenis van Kiptum in Kenia, lag het werk stil. Mensen konden vrijaf nemen om het nieuws te verwerken, op kantoor werd erbij stilgestaan.

Voor racedirecteur Marc Corstjens, verantwoordelijk voor het samenstellen van het professionele deelnemersveld, was het overlijden ook persoonlijk een klap. De Belg was de manager van Kiptum, mede dankzij Corstjens koos de Keniaan de marathon van Rotterdam voor zijn volgende recordpoging. „Je zit met ongeloof. We waren vrienden, dus het was heel zwaar. Maar je moet verder, voor hem, voor zijn vrouw, voor zijn twee kinderen. Je kunt niet anders, te depressief worden is ook geen goed idee.”

Na de begrafenis was het een kwestie van „de scherven bij elkaar rapen”, zegt Lek. „Want de marathon van Rotterdam bestaat uit meer dan alleen toplopers.” In totaal deden gedurende het weekend bijna vijftigduizend mensen mee aan een van de verschillende onderdelen. Alle 17.000 startplekken voor de marathon had de organisatie twee keer kunnen verkopen.

Hoewel een groot deel van de voorbereidingen op de komst van Kiptum was afgestemd, lag er ook een back-upplan klaar, zegt Corstjens. „Het ergste scenario waarmee we rekening hadden gehouden, was dat hij geblesseerd zou raken. You never know. Maar niet dit.”

Onderdeel van ‘plan-B’ was dat de meeste ideeën voor een sneller parcours de koelkast ingingen. Zoals het ambitieuze plan om niet vóór maar óp de Erasmusbrug te starten, zodat de atleten een keer minder die brug omhoog hoefden te lopen. Slechts één parcourswijziging haalde het wel: op de Hartmansstraat werd een scherpe bocht ruimer opgezet, om er harder doorheen te kunnen lopen.

De tempomakers die al waren aangetrokken om Kiptum naar een bijzondere tijd mee te trekken, mochten blijven. Een enkeling van hen kreeg nu de kans zelf een goede tijd te lopen, zegt Corstjens. „Een jongen die nog met Kelvin heeft getraind, is doorgeschoven om te finishen. Zo is het voor Kelvin ook ooit begonnen.”

Minuut stilte

Toch was er door het verlies van Kiptum voor de andere deelnemers veel veranderd, zei de Nederlandse recordhouder Abdi Nageeye daags voor de wedstrijd. „Dat hij niet meedoet, heeft zoveel impact op je wedstrijdplan. Als hij wegging op een schema onder de twee uur, liep je dan mee met het gevaar dat je stuk zou gaan? Hij kon zo de hele wedstrijd bepalen.” Nu had Nageeye nog op zaterdag overlegd met de andere topatleten over het tempo dat ze een dag later willen gaan lopen.

Abdi Nageeye op weg naar zijn tweede overwinning in Rotterdam, eerder was hij de beste in 2022.
Foto Iris van den Broek/ANP

Een van hen, de 39-jarige Keniaan Kenneth Kipkemoi, was een trainingsmaatje van Kiptum. Aangedaan vertelde hij tijdens de persconferentie op vrijdag hoe hij soms ging hardlopen in de buurt van de plek waar zijn vriend verongelukte. „Elke keer als ik daar de bossen inliep, dacht ik dat ik hem zou tegenkomen met zijn mooie lach.” Kipkemoi was ervan overtuigd dat Kiptum het wereldrecord had gebroken. „Ik sprak hem twee weken voor zijn dood en toen zei hij: ik ga 1.58 lopen.” Nu vroeg Kipkemoi zichzelf hardop af waarom hij nog zou lopen. „Waarom gaan we nog racen nu mijn leven voorgoed veranderd is?” Het antwoord: „Voor onze gevallen held Kelvin”.

Er waren meer initiatieven dit weekend om Kiptum te herdenken. De organisatie gaf startnummer 1 niet uit, omdat die bedoeld was voor de Keniaan. Alle deelnemers kregen een sticker met een herdenkingslintje. Er werd een stichting opgericht voor de familie van Kiptum en voor jonge Keniaanse marathontalenten. Zijn weduwe Rotich nam daarvoor op vrijdag een cheque van anderhalve ton in ontvangst.

Op zondag was er tot slot nog een minuut stilte voor de start. Even hielden de toplopers vooraan op met dringen voor de beste startposities, en viel er een indrukwekkende stilte over de Leuvehaven. Vlak daarna gingen de handen alweer naar de polshorloges en werd de wedstrijd met een luide scheephoorn in beweging geschoten.

Ruim twee uur later is aan de golf van geluid te horen dat Nageeye op het punt staat de Coolsingel op te draaien. Hij houdt ter aanmoediging zijn hand achter zijn oor, het geluidsniveau bereikt dan standje „oorverdovend”, zal Nageeye na de wedstrijd met een grote glimlach zeggen. In een nieuw Nederlands record (2.04.45) wint hij de marathon van Rotterdam; het startsein van een feestelijke dag voor duizenden mensen.

De organisatie blijft achter met een dubbel gevoel, zegt Corstjens, die het een geslaagde dag noemt. „Van de minuut stilte voor de start tot het feestelijke onthaal van de winnaar, daar zit maar twee uur tussen. In die tijd ga je van een rouwstemming naar een feest. Maar dat is sport, dat is het leven. Je moet door.”

Dat geldt ook voor de atletenmanager zelf, die dinsdag alweer naar Kenia vliegt voor de organisatie van een grote wedstrijd aanstaande zondag in de hoofdstad Nairobi. Pas daarna is er voor de Belg tijd om stil te staan bij wat er de afgelopen maanden allemaal is gebeurd. Het eerste wat Corstjens gaat doen, heeft hij al bedacht. „Als het lukt, dan wil ik even langsgaan bij het graf van Kelvin.”