Column | Mysterieuze verdwijning

Gaza staat in brand, Oekraïne wankelt, radicaal-rechts grijpt in Nederland de macht, maar wij hadden in de familie nog iets heel anders aan ons hoofd: de mysterieuze verdwijning van Chef.

Chef is de 8-jarige Ragdoll van mijn jongste dochter, een prachtkat met een halflange, zijdezachte vacht en blauwe ogen. Hij leefde vooral binnenshuis of in een afgesloten achtertuin, maar opeens was hij weg, vermoedelijk via de voordeur. Dochter, man en kinderen in rep en roer, voor ze de rest van de familie inlichtten, hadden ze hun halve stadsbuurt al afgestroopt. Maar Chef? In geen velden of wegen.

Mijn dochter zette haar zoektocht via internet verbeten voort. De reactie die ze het meest kreeg: „Die krijg je nooit meer terug.” Het fatalisme van zulke reacties ergerde haar, maar tegelijk kreeg ze een fascinerend inkijkje in dier(on)vriendelijk Nederland. De reaguurders bleken wel degelijk een reden te hebben voor hun pessimisme.

Raskatten zijn een gewilde prooi bij het kattenminnende publiek. Zo’n dure raskat is voor menigeen een buitenkansje. „Arme poes, geen baasje meer? Kom gezellig binnen.” Als de kat gechipt is, kan ooit bij de dierenarts blijken dat hij de verkeerde eigenaar heeft gekregen, maar wie maalt er dan nog om? „Ik in ieder geval wél”, zei mijn dochter, „ik zou hem vijf jaar later nog gewoon opeisen.” Haar bleek ook dat er mensen zijn die zo’n kat op straat oppikken en vervolgens via Marktplaats aanbieden. Ze moest er niet aan denken: Chef in handen van een ongure handelaar die haar dier als een slaafgemaakte kat doorverkocht. Zou ze hem eventueel willen terugkopen? Ik durfde het niet te vragen, ook omdat ik het antwoord eigenlijk wel wist: ja.

De wanhoop groeide. Een kat die bijvoorbeeld overreden was – daar viel nog mee te leven, al is dat in dit verband niet de meest geschikte formulering. Dood was dood, hoe erg ook. Maar een kat die zomaar van het ene op het andere moment verdween – van de warme veiligheid thuis in de kille, rauwe werkelijkheid van een drukke stadsbuurt?

Het was een onverteerbaar beeld dat je tot in lengte van jaren kon achtervolgen. Ze had het ontmoedigende verhaal gehoord van een vrouw die enkele jaren na de verdwijning haar kat meende te zien achter het raam van een huis, enkele straten verder. Ze informeerde bij de bezitter en kreeg een vage, oncontroleerbare reactie. Iemand anders vertelde dat zijn kat ingepalmd werd door zijn buren omdat die in deze kat de reïncarnatie van hun overleden hond vermoedden. Intussen bleef Chef weg alsof hij er nooit geweest was. Zeven nachten gingen voorbij, waarin hij vermoedelijk even slecht had geslapen als zijn baasjes. Niemand geloofde nog in een goede afloop – ik voorop, want de wereld wilde maar geen optimistischer mens van mij maken.

Tot ze opeens op een middag belde – euforisch. Chef! Is! Terug! Dankzij een tip van een vrouw die in hun straat een onbekende kat had gesignaleerd. Dertig huizen van zijn huis vandaan moet Chef zich dagenlang hebben verstopt onder de hoes van een motor in een voortuin. Hij had niet geleden onder zijn ontberingen en deed alweer alsof er niets gebeurd was.

Chef terug, kort voor Pasen net als Jezus uit de dood opgestaan. Ik begin bijna weer in God te geloven.