Het regenwoud van de Amazone nadert een kantelpunt

Hoe lang kan het Amazonewoud zichzelf nog beschermen tegen droogte, voor het in een negatieve spiraal terechtkomt waarbij bomen uiteindelijk grootschalig verdwijnen? Dat is een vraag die ecologen over heel de wereld bezighoudt.

Een team internationale onderzoekers schrijft deze woensdag in het blad Nature dat in 2050 mogelijk tussen de 10 en 57 procent van de bossen in het Amazonegebied dusdanig last krijgt van droogte, dat het woud dan al op een kantelpunt komt waarbij bossen op grote schaal verdwijnen. De onderzoekers baseren hun conclusie onder meer op klimaatmodellen en oeroude pollen van bomen.

Daar moet wel bij worden gezegd dat in klimaatmodellen veel onzekerheid zit. „Ze zijn ontzettend complex en er zijn een hoop knopjes waaraan je kunt draaien”, zegt Hans ter Steege, onderzoeker tropische botanie bij Naturalis in Leiden en co-auteur van de studie. Maar dat betekent niet dat hij zich geen zorgen maakt. „Als de Amazone eenmaal in een negatieve spiraal van grootschalige sterfte zit, komt het er niet makkelijk uit. Dat heeft grote gevolgen voor het klimaat, landbouw en biodiversiteit.”

Rijke biodiversiteit

De Amazone – het grootste regenwoud op de wereld – speelt een belangrijke rol in het dempen van klimaatverandering. In de bossen ligt ongeveer evenveel koolstofdioxide opgeslagen als wat alle mensen samen in vijftien à twintig jaar uitstoten. Ook zorgen de bomen via verdamping voor regen in de bossen maar ook in landbouwgebieden in de regio. Daarbij: de Amazone is rijker aan biodiversiteit dan welk gebied ook.

Droogte, hitte, bosbranden en ontbossing eisen steeds meer hun tol in de Amazone. „Als de temperatuur hoger is en er minder regen valt, drogen bomen uit en kunnen ze sterven”, zegt ter Steege. „En als steeds meer bomen verdwijnen, heb je minder verdamping. Hierdoor komt minder vocht in de lucht en valt er dus minder regen, waardoor nog meer bomen zullen verdwijnen.”

Aan een negatieve spiraal is lastig te ontsnappen. Dan nadert de Amazone een kantelpunt, of tipping point. Klimaatwetenschappers leggen tipping points vaak uit met een bal en twee dalen met daartussen een piek. In het begin ligt de bal stabiel in het linker dal. Vervolgens duwt klimaatverandering tegen de bal: die begint een beetje heen en weer te rollen in het dal. Uiteindelijk wiebelt de bal zó hard heen en weer, dat hij over de piek heen schiet en het andere dal inrolt. Dat is het kantelpunt. De bal ligt in het nieuwe dal en het kost nu heel veel moeite om hem terug te krijgen.

65 miljoen jaar terug in de tijd

Om te kijken hoe de Amazone reageert, keken de onderzoekers naar bossen zo’n 65 miljoen jaar terug in de tijd met de oeroude pollen die iets onthullen over de staat van bossen in het verleden. Ze vergeleken die gegevens over bossen in een bepaalde periode met het klimaat in diezelfde jaren.

Daaruit volgde dus dat het mogelijk is dat een tipping point in 2050 al plaatsvindt. Ter Steege: „Om dat te voorkomen, moeten we onze uitstoot van broeikasgassen terugdringen en stoppen met het kappen van bomen.”

Marielos Peña-Claros, hoogleraar bosecologie in Wageningen, en niet bij de studie betrokken, is enthousiast over de onderzoeksmethode. „De auteurs hebben een stap voorruit gezet in Amazone-onderzoek door veel verschillende soorten gegevens te combineren. De volgende stap is om de modellen uit te breiden met interacties tussen bijvoorbeeld ontbossing en klimaat. Tipping points blijven moeilijk te voorspellen.”