De ‘kankeratlas’ toont de ongelijkheid in tumoren

‘Kankeratlas’ Nieuwe kaarten tonen voor 24 tumoren tot op postcode-niveau waar ze voorkomen. Zelfs over kleine afstanden kunnen de verschillen enorm zijn.

Een medewerker helpt een patiënt op de afdeling oncologie van het Haaglanden Medisch Centrum Antoniushove.
Een medewerker helpt een patiënt op de afdeling oncologie van het Haaglanden Medisch Centrum Antoniushove.

Foto Marco de Swart/ANP

Kanker is niet gelijk verdeeld over Nederland. In de kuststreken krijgen mensen vaker huidkanker. Darmkanker komt juist iets vaker voor in het oosten van het land. De verschillen zijn goed zichtbaar op een serie kaarten die het Integraal Kankercentrum Nederland (IKNL) dinsdagochtend publiceerde. In de online atlas – de ‘kankeratlas’ – is voor 24 tumoren tot op postcode-niveau op te zoeken waar in Nederland mensen tussen 2011 en 2020 relatief vaak of juist zelden diagnoses krijgen.

Zelfs over kleine afstanden kunnen de verschillen enorm zijn. In de wijk Transvaalkwartier in Den Haag, waar het gemiddelde inkomen 23.000 euro is, komt 34 procent meer longkanker voor dan het Nederlandse gemiddelde. En in het rijkere Statenkwartier, met een gemiddeld inkomen van 64.000 euro, ligt het aantal longkankerdiagnoses juist 23 procent onder de verwachting.


Verschillen in kankerdiagnoses zijn interessant omdat ze vaak laten zien dat er iets aan te doen is, zegt Otto Visser, manager registratie bij het IKNL. „De koppeling tussen roken en longkanker zie je duidelijk. Als je de sociale ongelijkheid kan verkleinen, als je kan voorkomen dat mensen gaan roken, dan pak je het probleem bij de wortel aan.”

Dat is volgens Robin Peeters zelfs de belangrijkste les uit de kankeratlas. Hij is internist in het Erasmus MC en voorzitter van de Nederlandse Internisten Vereniging. Hij ziet de gevolgen van „de gezondheidskloof” tussen arm en rijk dagelijks in zijn spreekkamer terug. In sociaal-economisch kwetsbare bevolkingsgroepen wordt meer gerookt, zegt hij, en stoppogingen zijn minder succesvol. Daarnaast ziet hij bijvoorbeeld ook hier meer overgewicht. „Deze mensen leven niet alleen korter, ze leven ook minder lang in goede gezondheid.”

De atlas onderstreept volgens Peeters het belang van bijvoorbeeld gerichte voorlichting en preventie. Je moet er echt de wijken voor in, vindt hij. Hij geeft de coronacrisis als voorbeeld: op dat moment werd de informatiekloof goed zichtbaar. „In kwetsbare wijken was de vaccinatiegraad lager, onder meer omdat mensen niet goed geïnformeerd waren.”

Terugkijken in de tijd

De gegevens achter de kaarten in de kankeratlas zijn niet nieuw. IKNL registreert al meer dan dertig jaar welke Nederlanders de diagnose kanker krijgen en wie eraan overlijdt. Wie handig was met tabellen, kon die data opvragen op de site van het IKNL. Maar een eenvoudig toegankelijke atlas was er nog niet. „Dit is veel mooier gevisualiseerd dan wat we eerder konden.”

Wie zijn eigen postcode opzoekt, moet bedenken dat er jaren vertraging zit tussen blootstelling en optreden van kanker. „Met de atlas kijk je enkele decennia terug in de tijd, dat maakt het soms lastig te interpreteren”, zegt Visser. De bron van blootstelling kan inmiddels zijn verdwenen of aangepakt. Of mensen zijn verhuisd.

Dat effect zie je bij rokers. „Vrouwen in de grote steden gingen in de jaren zestig en zeventig eerder roken dan vrouwen elders. Dat is een emancipatie-effect. Veel Amsterdammers zijn daarna verhuisd naar Lelystad en Almere. Daar zie je nu meer longkanker dan elders in Nederland.”

Asbest

Voor sommige kankers zijn de geografische verschillen groter voor mannen dan vrouwen, of andersom. Voor kankers aan dunne vliezen (mesothelioom) bijvoorbeeld. De regio’s springen eruit waar werkende mannen in het verleden in aanraking kwamen met asbest. Zoals havensteden Amsterdam, Rotterdam en Den Helder, waar asbest in de scheepvaart werd gebruikt, Goor, waar asbestcementfabriek Eternit stond, en Zuid-Limburg, waar veel werknemers van de Staatsmijnen en DSM aan asbest zijn blootgesteld. Bij vrouwen zijn bij dit type kanker nauwelijks verschillen zichtbaar. Behalve rond Goor, waar asbest werd gebruikt om wegen te verharden.


Oorzaak en gevolg zijn niet altijd zo eenduidig. Neem huidkanker. Visser: „Ik woon zelf ook in een rood gebied, aan de kust van Noord-Holland. De zon schijnt hier ook echt vaker. Komt huidkanker hier daardoor vaker voor? Of speelt gedrag ook een rol, en gaan mensen ook echt vaker naar het strand? Dat kun je op basis van deze kaarten niet zeggen.”

Voor veel kankers zijn de verschillen klein, maar zijn er toch patronen te zien. Zoals de oost-westverdeling van darmkankers in Nederland. Roken, de consumptie van alcohol en van rood en bewerkt vlees zijn bekende risicofactoren voor darmkanker. Mogelijk kunnen verschillen in leefstijl het verschil in darmkanker tussen het oosten en westen van Nederland verklaren.


Lees ook dit interview: Internist-oncoloog Gabe Sonke wil af van het gemak waarmee peperdure kankermedicijnen worden voorgeschreven

Sommige kaarten roepen nieuwe vragen op. Slokdarmkanker komt vaker voor in het noorden van Nederland en minder vaak in het zuiden. Waarom? Bij het IKNL weten ze het niet.


De kaarten bevatten ook instinkers. Vooral in Zeeuws-Vlaanderen lijken sommige kankers minder vaak voor te komen. Maar dat is schijn: veel huisartsen verwijzen patiënten door naar ziekenhuizen in België. Die cijfers zijn niet beschikbaar voor het IKNL.

De kaarten laten alleen diagnoses van kanker zien, geen sterfte. „Voor de meeste kankers zou dat ook geen verschil maken. Als er ergens veel mensen longkanker krijgen, gaan er ook veel mensen aan dood. Behalve voor prostaatkanker. Daarvoor geldt: hoe meer je zoekt, hoe meer je vindt.”