De Servische oppositieleider Nikola Sandulović zou in detentie zijn mishandeld nadat hij zijn excuses aanbood voor Servische misdaden tegen etnische Albanezen tijdens de Kosovaarse onafhankelijkheidsoorlog in 1998 en 1999. Dat heeft zijn familie in een verklaring gezegd, schrijft The Guardian donderdag. Volgens zijn familieleden is hij aan de rechterzijde verlamd geraakt, maar onafhankelijk onderzoek naar zijn toestand is niet mogelijk tot de regering hem toegang verschaft tot een publiek ziekenhuis.
Sandulović, leider van de Servische Republikeinse Partij, plaatste op 2 januari opnieuw een video op X waarin hij een bezoek bracht aan het graf van Adam Jašari, een van de oprichters van het Kosovaarse Bevrijdingsleger die in 1998 met ruim vijftig familieleden vermoord werd door de Servische politie. Net als in februari 2023 bood hij daarbij zijn excuses aan voor de doden. „Ik ben de enige politicus uit Servië die zijn respect kwam betuigen aan de onschuldige Albanese slachtoffers. Ik heb mijn excuses aangeboden en om vergeving gevraagd namens de Serviërs die dit niet hebben gedaan”, schreef Sandulović.
Zijn bericht leidde tot een storm van kritiek vanuit de staatsmedia. Een dag later werd hij thuis opgepakt door leden van de Servische veiligheids- en informatiedienst. Zijn familie vernam niets van hem tot hij weer een dag later op de intensive care van een militair ziekenhuis in Belgrado bleek te liggen. Toen hij thuiskwam, ontdekten zijn familieleden dat Sandulović ernstig mishandeld was, met gehele verlamming aan de rechterzijde tot gevolg. Zijn familie denkt dat hij mogelijk ook vergiftigd is.
Toch werd Sandulović een dag na thuiskomst opnieuw gearresteerd door de Servische politie. Sindsdien verblijft hij weer in detentie. Een rechter veroordeelde hem bij verstek tot een celstraf van dertig dagen voor het aanzetten tot nationale, raciale en religieuze haat.
VN-Comité tegen Marteling
In de verklaring, naar buiten gebracht via de Britse advocaat van Sandulović, roept de familie op Sandulović over te brengen naar een publiek ziekenhuis. Zolang hij in detentie verkeert, kunnen artsen zijn verwondingen en de oorzaak daarvan niet onafhankelijk vaststellen. Advocaat Michael Polak is ondertussen een zaak gestart bij het Comité tegen Marteling van de Verenigde Naties om de overplaatsing naar een publiek ziekenhuis ook formeel af te dwingen. Op X schrijft hij dat Sandulović „door de Servische inlichtingendienst werd opgepakt en vervolgens willekeurig werd vastgehouden en gemarteld.”
Albin Kurti, de premier van Kosovo, schreef in een reactie op X dat hij „diep bezorgd” is over het nieuws van de verlamming van de Servische oppositieleider, „door zware mishandelingen door de Servische geheime dienst”. „Dit volgt op zijn verontschuldiging voor de misdaden begaan door Servië tijdens de genocidale campagne in Kosovo.”
De Servische president Aleksandar Vučić heeft nog niet gereageerd op de vermeende mishandeling van Sandulović. Critici zijn bezorgd dat de aanval de democratie in het land verder uitholt en dat relaties met buurlanden, waaronder Kosovo, hierdoor verder onder druk komen te staan. De aanval komt op een moment dat er al veel zorgen leven in het land over de presidentsverkiezingen van afgelopen december, die volgens sommigen gemanipuleerd zijn ten gunste van de partij van Vučić, een beschuldiging die de president ontkent.
Betrekkingen met buurlanden
De aanval zal nieuwe vragen oproepen over de uitgesproken intentie van Servië om tot de EU toe te treden en de angst aanwakkeren over zijn betrekkingen met buurlanden, waaronder Kosovo. Het komt te midden van beschuldigingen dat de recente verkiezingen zijn gemanipuleerd ten gunste van de Servische Progressieve Partij van president Aleksandar Vučić, een beschuldiging die Vučić ontkent.
Polak roept de internationale gemeenschap op de aanval op zijn cliënt te veroordelen. „Politieke uitingen moeten beschermd worden. Het gebrek aan ruimte voor politieke uitingen schaadt het functioneren van de democratie. Ik denk dat het een heel belangrijke zaak is voor alle Servische mensen, of ze het nu eens zijn met het gebaar van Sandulović of niet”, zei hij.
De Europese Commissie reageerde woensdag tegenover verschillende media dat zij „in contact staat met de relevante autoriteiten en belanghebbenden.” Bovendien verwacht Brussel van elke kandidaat-lidstaat van de Europese Unie dat „elke detentie gebaseerd moet zijn op een redelijk vermoeden van het plegen van een misdrijf en dat alle geloofwaardige beschuldigingen van geweld moeten worden opgevolgd worden door de bevoegde autoriteiten.”