Met een korte hersenstimulatie zijn mensen gevoeliger te maken voor hypnose

Met elektrische hersenstimulatie kunnen wetenschappers mensen tijdelijk gevoeliger maken voor hypnose. Dat is opmerkelijk, want hoe vatbaar iemand is voor hypnose leek tot nu toe een onveranderlijke eigenschap. Amerikaanse wetenschappers maakten met enkele minuten gerichte hersenstimulatie hun proefpersonen een uur lang beter hypnotiseerbaar, beschrijven ze in het wetenschappelijke tijdschrift Nature Mental Health. Medische hypnotherapie kan helpen bij onder meer chronische pijn, angst en stress.

Bij hypnose denken veel mensen aan shows waarbij vrijwilligers op het podium in trance vreemde dingen doen. Maar in medische setting wordt het ook gebruikt in ziekenhuizen, bijvoorbeeld bij pijn en angst bij medische ingrepen, hoofdpijn en buikpijn. Mensen leren om in een staat te komen van diepe ontspanning en sterk gerichte aandacht. Dat gebeurt met concentratie-, ademhalings- en visualisatieoefeningen van een therapeut of op een ingesproken geluidsopname. Zo’n visualisatie kan bijvoorbeeld een fijne plek zijn, zoals een zandstrand in de warme zon, of het beeld van een warme, zachte buik.

Functionele verbindingen

Niet iedereen is even vatbaar voor hypnose. Ongeveer twee derde van de volwassenen is op zijn minst enigszins hypnotiseerbaar, en 15 procent is zeer ontvankelijk.

Psychiater David Spiegel van de Stanford universiteit in de Verenigde Staten en zijn collega’s ontdekten eerder dat mensen die zeer gevoelig zijn voor hypnose sterkere functionele verbindingen hebben tussen twee hersengebieden: de linker dorsolaterale prefrontale hersenschors, die betrokken is bij beslissingen nemen en informatie verwerken, en de dorsale anterieure cingulate cortex, die een rol speelt bij het opmerken van prikkels.

In de nieuwe studie stimuleerden ze met een speciale vorm van transcraniële magnetische stimulatie (TMS) de linker dorsolaterale prefrontale hersenschors van hun deelnemers. Dat waren 80 mensen, voornamelijk vrouwen, met chronische pijn door fibromyalgie. Geen van hen viel in de groep mensen die zeer makkelijk te hypnotiseren zijn. Op een MRI-scan zagen de onderzoekers waar het beoogde hersengebied zat bij elke proefpersoon.

Met een magneet boven de schedel worden elektrische stroompjes opgewekt

De helft van de deelnemers kreeg twee maal 45 seconden de stimulatie. Daarbij worden met een grote platte magneet boven de schedel kleine elektrische stroompjes opgewekt in het hersengebied eronder. Bij de andere helft stond het stimulerende magnetische veld niet aan. Niemand wist in welke groep hij of zij zat, maar in beide groepen dachten veel mensen dat ze gestimuleerd werden.

Direct voor en na de stimulatie, en na een uur, testten de onderzoekers hoe diep de deelnemers in trance raakten met een korte gestandaardiseerde test, de hypnotic induction profile. De mensen die de stimulatie hadden ontvangen, scoorden gemiddeld ongeveer een punt hoger op een schaal van 0 tot 10 dan de controlegroep. Na een uur was er geen verschil meer te meten tussen de groepen.

Dat de hypnotiseerbaarheid te beïnvloeden is druist in tegen de bevindingen tot nu toe. Die laten zien dat dit een eigenschap is die een leven lang ongeveer stabiel blijft.

Buikpijn of misselijkheid

Het zou een welkome verbetering zijn als met behulp van hersenstimulatie meer mensen gevoeliger kunnen worden voor hypnose, vindt Marc Benninga, kinderarts en maag-darm-leverarts in het Emma Kinderziekenhuis van het UMC Amsterdam. Hij onderzoekt al jaren het effect van hypnotherapie bij kinderen met buikpijn of misselijkheid. „Bij kinderen van 8 tot 18 jaar met buikpijn geeft in onze studies 60 procent na hypnotherapie aan duidelijk minder klachten te hebben, die zijn met 30 tot 50 procent verminderd. Met geen enkele andere behandeling bereiken we dit grote effect. En na vijf jaar is dat effect er nog steeds. Als met stimulatie het percentage patiënten dat er baat bij heeft nog groter kan worden, zou dat heel mooi zijn.”

Een zwakte van studies naar hypnotherapie is dat er geen goede nepbehandeling is die een controlegroep kan doen, zegt Benninga. „Je kunt geen nep-hypnose geven.” Kritische collega’s zeggen dat de gevonden effecten van hypnotherapie een placebo-effect kunnen zijn. „Maar het placebo-effect is bij kinderen met buikpijn 40 procent, zien we in medische studies. Beduidend lager dan de 60 procent die wij steeds opnieuw vinden.”

In het nieuwe onderzoek is nog niet getest of hypnotherapie na de stimulatie makkelijker ging, en of de deelnemers ook minder pijn hadden.