N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Reportage
WK atletiek Femke Bol is de grote favoriet voor de wereldtitel op de 400 meter horden. De Nederlandse atlete voelt dat de druk toeneemt. „Ik ben wat makkelijker geïrriteerd.”
Het is pas in de herhaling goed te zien. In de halve finale van de 400 meter horden op de wereldkampioenschappen atletiek, het belangrijkste toernooi van het jaar, is de camera gericht op de koploper. Met nog een horde te gaan loopt Femke Bol voorop, haar voorsprong is groot, en ze wéét het. In slowmotion is te zien hoe ze afzet, over de horde zweeft en, terwijl ze in de lucht hangt, haar ogen naar boven schieten, naar de livebeelden op het scherm dat in de nok van het stadion in Boedapest hangt.
Zelf ontkent ze even later, nadat ze haar race heeft gewonnen, dat ze zonder te kijken over de laatste horde vloog. „Pas toen ik landde, keek ik op het grote scherm en zag ik dat er niemand in de buurt was. Toen kon ik rustig aan doen.” Het plan was om zich tot horde acht aan haar raceplan te houden, vertelt ze, om daarna uit te bollen. „Zo kan ik energie sparen.”
Voluit heeft Bol deze WK nog niet hoeven gaan om zich te plaatsen voor de finale van de 400 meter horden, die donderdagavond op het programma staat. Het illustreert haar overmacht op dit onderdeel. In de prestigieuze Diamond League is de 23-jarige Nederlandse al zeventien wedstrijden ongeslagen. Ze is Europees kampioen en met een tijd van 51,45 seconden ook Europees recordhouder. De eerstvolgende beste tijd die dit jaar is gelopen, 52,81 van de Amerikaanse Shamier Little, is bijna 1,5 seconde langzamer.
Er ontbreekt echter nog een wereld- of olympische titel in de prijzenkast van Bol. Tot nu toe was er steeds iemand beter: de Amerikaanse Sydney McLaughlin, regerend olympisch en wereldkampioen en wereldrecordhoudster. Alléén: zij is er niet. Ze zou hoe dan ook niet meedoen aan de 400 meter horden, omdat ze dit jaar een nieuwe uitdaging zoekt op de 400 meter vlak. Maar een week voor de WK in Boedapest begonnen, meldde McLaughlin zich af met een lichte knieblessure.
Nieuwe techniek
Bol en haar coach Laurent Meuwly noemen het jammer dat McLaughlin er niet bij is. „Met haar wereldrecord heeft ze veel atleten, ook mij, geïnspireerd”, zegt Bol. Volgens haar coach heeft de Nederlandse er hard aan gewerkt om het gat met de Amerikaanse te dichten. „We willen uiteindelijk met McLaughlin de strijd aangaan op de WK en de Spelen”, zegt Meuwly.
Voor dat duel met McCaughlin veranderde Bol dit jaar zelfs van techniek. Waar ze vroeger tussen elke horde vijftien passen zette, loopt ze er nu tot horde zeven telkens veertien, zoals McLaughlin dat ook doet. Dat vergde een hoop training: Bol moest zichzelf een nieuwe cadans aanleren, haar paslengte moest groter worden, en ze moest leren met beide benen over de horden te kunnen springen omdat ze niet telkens meer met haar favoriete been bij een horde uitkwam.
Het resultaat is dat Bol het eerste deel van haar race efficiënter loopt zonder tijd te verliezen, waardoor ze meer energie overheeft om het laatste deel sneller af te leggen. Het lukte haar voor het eerst op een training in december in Zuid-Afrika. Bij een wedstrijd in Oslo in juni ging het voor het eerst vanzelf, vond Meuwly, en daarna liet Bol in juli, op de Diamond Leaguewedstrijd in Londen, zien de nieuwe techniek echt onder de knie te hebben. Haar tijd daar, 51,45 seconden, was een persoonlijk record en de derde tijd ooit gelopen. Meuwly: „We komen dichter en dichterbij. We zijn klaar voor de strijd.”
Maar deze WK komt het er dus niet van. En bij afwezigheid van McLaughlin is er één favoriet voor de wereldtitel: Bol. Ze merkt dat de verwachtingen van de buitenwereld zijn veranderd. „Mensen verwachten dat ik wel even eerste word. En het is heel aardig dat ze hopen dat ik win, maar ik heb er niks aan. Uiteindelijk moet ik het zelf doen.” Daarom heeft ze zich een paar weken voorafgaand aan dit toernooi afgesloten van de buitenwereld. Sinds de NK atletiek in Breda, eind juli, zit ze niet meer op sociale media.
Toch kan Bol daarmee niet voorkomen dat ze voelt dat de druk gedurende dit toernooi toeneemt, zegt ze dinsdagavond na de halve finale. „Ik ben wat makkelijker geïrriteerd, wat sneller gestresst.” Ze heeft er vooral last van op maandag, voorafgaand aan de series van de 400 meter horden.
Blauwe plekken
Het is het gevolg van wat er in het openingsweekend van de WK gebeurt, want daar gaat het helemaal mis bij Bol. In de finale van de 4×400 meter gemengde estafette stormt ze als slotloper op een wereldtitel voor Nederland af, maar in de laatste meters, met de Amerikaanse Alexis Holmes in haar nek, valt Bol. Weg goud, en omdat de baton uit haar handen vliegt, ook weg podiumplaats. Wat resteert, is diskwalificatie. Diep teleurgesteld staat Bol na afloop de pers te woord: „Ik weet niet hoe het komt. Ik snap het niet, ik voel me sterker dan ooit en dan gebeurt dit.”
In de dagen erop is het de vraag hoe Bol eraan toe is, zowel fysiek als mentaal. Zondag laat coach Meuwly weten dat Bol een paar kleine blauwe plekken heeft overgehouden aan haar val, maar dat er „geen zorgen” zijn over het vervolg van het toernooi. Bol merkt als ze maandag aankomt in het stadion dat ze wordt aangekeken. „Mensen keken met een blik van medelijden of met het idee dat ik gek was dat ik hier stond.” Als ze aan de start verschijnt, lijkt ze extra hard te worden toegejuicht door het Hongaarse publiek.
Die eerste WK-race over de horden is belangrijk voor de 23-jarige Bol. Even is het spannend of ze het nog kan, even moet ze het gevoel terugkrijgen op de door haar zo geliefde discipline. Zonder problemen komt Bol door de series heen. Als ze in de catacomben Cathelijn Peeters tegenkomt, die de media te woord staat nadat ze zich op de 400 meter horden voor de halve finales heeft geplaatst, blijkt dat Bol haar val ook mentaal heeft verwerkt. Voordat Peeters plaatsmaakt bij de pers zegt ze tegen Bol: „Ik geef het stokje aan jou over”, Waarop Bol reageert: „Ik heb hem vast. Ik zal mijn best doen niet te vallen.”
Voor een evaluatie van de val is nu geen tijd, zegt Bol. Dat komt volgende week wel, als het toernooi is afgelopen. Nu eerst de 400 meter horden, en daarna wil ze het ook nog goed doen op de 4×400 meter estafette met de Nederlandse vrouwen. „Ik heb het hele jaar hard gewerkt voor deze WK. Ik ga mijn week niet laten verpesten door een heel slecht moment.”
Bol wil met eremetaal naar huis, op zowel de 400 meter horden als de 4×400 meter estafette. „Ik ga donderdagavond volle bak”, zegt ze over haar individuele finale. Of dat resulteert in een persoonlijk record, waarmee ze dichter bij het wereldrecord (50, 68 seconden) van McLaughlin komt, vindt Bol van secundair belang. „Op een kampioenschap gaat het om de medailles. Het belangrijkste is winnen.”