In een Europa dat groeit, vertoont de Nederlandse economie juist krimp, hoe kan dat?

Stand van de economie Na een snelle klim uit het coronadal, lijkt de Nederlandse economie slachtoffer van de wet van de remmende voorsprong. Hoe raakte Nederland in een recessie?

Ook in supermarkten is de prijstoename voor consumenten het afgelopen jaar goed merkbaar.
Ook in supermarkten is de prijstoename voor consumenten het afgelopen jaar goed merkbaar. Foto Emiel Muijderman/ANP

Een milde recessie, zo valt de stand van de Nederlandse economie aan het eind van het tweede kwartaal te kwalificeren. De economie kromp met 0,3 procent ten opzichte van het kwartaal ervoor, dat al een krimp van 0,4 procent ten opzichte van eind 2022 toonde. Per saldo leidt dit tot twee kwartalen krimp op rij, en dat – zo is nu eenmaal de technische definitie – heet formeel een recessie.

Het Centraal Bureau voor de Statistiek kwam woensdagochtend met deze toch wel verrassende mededeling. Verrassend, omdat veel economen ervan uit waren gegaan dat de economie juist wat zou groeien in het tweede kwartaal. En ook omdat veel andere Europese landen nog wel groei laten zien, ondanks hoge inflatie, oplopende rentes en een afkoelende economie.

Wat is er aan de hand in Nederland, en is er reden voor somberheid?

1Wat veroorzaakt de recessie?

De malaise is over nagenoeg de volle breedte van de economie merkbaar. Huishoudens gaven – gecorrigeerd voor inflatie – 1,6 procent minder uit dan een kwartaal geleden, de export viel tegen (- 0,7 procent), terwijl de import juist toenam (0,5 procent). Dit dalende handelssaldo droeg het meest bij aan de krimp, wat gezien het open karakter van de Nederlandse economie begrijpelijk is.

Ook in het bedrijfsleven ging het minder goed dan verwacht. In ruim de helft van de bedrijfstakken daalde volgens het CBS de toegevoegde waarde, het verschil tussen productie en verbruik van energie, materialen en diensten. Het sterkst was de daling bij de delfstoffenwinning (-10,9 procent). Handel, horeca, vervoer en opslag droegen ook fors bij aan de negatieve economische ontwikkeling. Energiebedrijven en cultuur en recreatie zaten juist in de lift: de energiebedrijven profiteerden van de hoge prijzen voor gas en elektra, terwijl de cultuur- en recreatiesector nog van een inhaalvraag na de coronapandemie leek te profiteren.

De consumptie van de overheid (0,7 procent) en de investeringen van het bedrijfsleven (1,3 procent) lieten beide kleine plussen zien ten opzichte van het eerste kwartaal van 2023, maar dat was onvoldoende om het totale groeicijfer van de economie in de plus te houden.

Arbeidsmarkt

Ook de aanhoudend krappe arbeidsmarkt remde de economie. Nog steeds zijn er veel meer vacatures dan mensen om ze op te vullen, waardoor bedrijven minder kunnen produceren dan ze zouden willen. Op honderd werklozen zijn nu 122 vacante arbeidsplaatsen, en de verhouding daartussen is afgelopen kwartaal nauwelijks veranderd. Per saldo kwamen er slechts zevenduizend banen bij in Nederland, waar het de afgelopen kwartalen nog om tienduizenden nieuwe banen ging.

2Hoe kan het dat andere landen blijven groeien, terwijl Nederland krimpt?

Dat zou je bijna een statistische aberratie kunnen noemen, of beter: een voorbeeld van de wet van de remmende voorsprong. Nadat de hele wereld door corona drie jaar geleden in een zware economische crisis belandde, krabbelde Nederland ongekend snel op. Tegenover een krimp van bijna 9 procent in het tweede kwartaal van 2020 (midden in de pandemie) stond een ongekend sterke groei van 12 procent exact een jaar later. De veerkracht van de Nederlandse economie bleek gigantisch, en ook fors groter dan in andere Europese landen.

Inmiddels is de situatie omgekeerd. Landen als Frankrijk, België en het Verenigd Koninkrijk groeiden in het tweede kwartaal van 2023 nog, zij het licht. Duitsland stagneert inmiddels, net als het Europese gemiddelde. Afgezet tegen pre-coronajaar 2019 staat de Nederlandse economie er ook na de krimp van vandaag nog steeds ietsje beter voor dan die van de buurlanden, alleen is hier de piek al voorbij.

3Is dit reden tot zorgen over de toekomst?

Dat is nog moeilijk te zeggen, en het CBS zal er al helemaal niets over zeggen. Hoofdeconoom Peter Hein van Mulligen van het CBS zei in een toelichting op de cijfers wel dat de Nederlandse economie al vier kwartalen op rij stagneert en dat de laatste cijfers dus in een trend passen. Omdat ook elders de groei afneemt en de arbeidsmarkt erg krap blijft, is de kans reëel dat de stagnatie nog een tijdje aanhoudt. Ook de fors hogere rentes die de Europese Centrale Bank hanteert, en die geld lenen en dus investeren duurder maken, kunnen ervoor zorgen dat de recessie nog langer aanhoudt.

Lees ook: De economie hapert, maar luxe schittert als nooit te voren

Donderdag komt het Centraal Planbureau met een eerste raming voor de komende jaren, de zogenoemde concept-Macro Economische Verkenning, die de basis vormt voor de rijksbegroting komende Prinsjesdag. Dan zal ook duidelijk worden of verwacht wordt dat de recessie zich doorzet en onder welk economisch gesternte Nederland op 22 november naar de stembus gaat. Voor dit jaar hield het CPB vooralsnog rekening met een groei van 1,6 procent, maar de kans is groot dat dat naar beden wordt bijgesteld. Economen van banken houden al enige tijd rekening met een lagere groei voor dit jaar, en mogelijk ook voor 2024.