N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Migratie Vier overlevenden vertelden over hun 41 reisgenoten die afgelopen week vermist raakten op de Middellandse Zee. Sinds de Tunesië-deal van vorige maand voeren er al twaalfduizend migranten van Tunesië naar Italië.
Deze keer waren het er vier die het konden navertellen. De overlevenden – twee mannen, een vrouw en een jongen van dertien, afkomstig uit Ivoorkust en Guinee – verhaalden woensdag op het Italiaanse eiland Lampedusa over de schipbreuk die hun boot had geleden. De 41 doden die daarbij gevallen zijn, onder wie drie kinderen, kunnen opgeteld worden bij de 864 doden en 1.270 vermisten die dit jaar Europa hadden willen bereiken.
Volgens de overlevenden vertrok de boot met 45 opvarenden vorige week donderdag al uit de Oost-Tunesische havenstad Sfax. Al snel hield de motor ermee op. Vijf dagen lang dobberde de boot stuurloos op zee. Door de hoge golven sloegen de meeste opvarenden overboord.
Dinsdag werd de boot voor de kust van Libië opgemerkt door een vliegtuig van het Europese grensagentschap Frontex. De Libische kustwacht zei niet in te kunnen grijpen wegens de woelige golven, waarna de vier overgebleven opvarenden door een koopvaardijschip konden worden opgepikt en de Italiaanse kustwacht hen in veiligheid kon brengen.
Tunesië-deal
Deze jongste bootramp roept vragen op over de werkzaamheid van de Tunesië-deal. Vorige maand sloot Europa die overeenkomst met de autocratische president Kais Saied. Afgesproken werd dat Tunesië veel geld kreeg, in ruil voor het verhinderen van bootmigratie naar Europa.
Dit jaar zijn er tot nu toe iets meer dan 56.000 migranten van Tunesië naar Italië gevaren. Van hen kwamen er 12.000 in Italië aan sinds 16 juli, de dag waarop voorzitter Ursula von der Leyen, de Nederlandse premier Mark Rutte en zijn Italiaanse ambtsgenoot Giorgia Meloni in Tunis het akkoord sloten. Voorlopig slaagt Tunesië er dus niet in om het vertrek van bootjes vol migranten tegen te gaan.
Toen de deal gesloten werd, luidde de boodschap dat de details in de dagen erna bekend zouden worden gemaakt. Maar drie weken later heerst er nog altijd „onduidelijkheid” over het akkoord, zegt Salvatore Nicolosi, universitair docent internationaal en Europees migratierecht aan de Universiteit Utrecht. „De praktische stappen en eventuele bindende afspraken moeten nog bepaald worden.”
Katholieke organisatie
Op het Italiaanse eiland Sicilië creëert de zoveelste schipbreuk ontzetting bij de gemeenschap Sant’Egidio, een katholiek geïnspireerde organisatie die veel met vluchtelingen en migranten werkt. „Het is ijzingwekkend dat deze nieuwe scheepsramp met 41 verdrinkingsdoden ons pas na vijf dagen ter ore komt, en dat deze mensen al die tijd hebben rondgedobberd op zee”, zegt Emiliano Abramo, woordvoerder van Sant’Egidio Sicilië. Abramo vindt het moeilijk voor te stellen dat Frontex of de Italiaanse kustwacht deze mensen niet eerder had opgemerkt. „En als dat echt niet het geval was, dan wijst het erop dat de zoek- en reddingsacties nog altijd niet op orde zijn, nota bene tien jaar na de eerste grote scheepsramp bij Lampedusa, met 368 doden.”
De EU-lidstaten die grenzen aan de Middellandse Zee hebben door hun nabijheid een grotere verantwoordelijkheid om opvarenden te redden, zegt Abramo, al moet de Europese Unie er volgens hem over waken dat de hervestiging van vluchtelingen en asielzoekers daarna eerlijk verloopt.
We betalen Tunesië geld, niet om te voorkomen dat mensen sterven op zee, maar gewoon om het niet te hoeven zien
Emiliano Abramo Woordvoerder hulporganisatie voor migranten
„De kern van een migratieakkoord moet zijn dat levens gespaard blijven, niet dat mensen de dood worden ingejaagd in de woestijn, zoals we weten dat nu gebeurt onder de Tunesische leider Kais Saied”, zegt Emiliano Abramo. „Europa heeft Tunesië geld toegestopt, en legde niet eens minimumvoorwaarden op. We betalen geld, niet om te voorkomen dat mensen sterven op zee, maar gewoon om het niet te hoeven zien, om de doden uit de krantenberichten te houden. Maar een alternatief voor een zee van water waarin mensen omkomen is niet een zee van zand, waarin mensen door dit Tunesische regime de dood in worden gejaagd.”
Legale migratiekanalen
De gemeenschap Sant’Egidio pleit voor meer legale migratiekanalen om Europa binnen te geraken. Ook de UNHCR, het vluchtelingenagentschap van de VN, bepleit in reactie op de scheepsramp „gecoördineerde opsporings- en reddingsmechanismen en veilige en legale wegen naar migratie en asiel”. Zowel de Italiaanse justitie als de Verenigde Naties benadrukken bovendien hoe onverantwoordelijk het is van mensensmokkelaars om onder barre weersomstandigheden kleine bootjes met migranten de zee op te sturen.
Sinds 2014 kwamen er volgens het Missing Migrants Project van de Internationale Organisatie voor Migratie meer dan zeventienduizend mensen om in de centrale Middellandse Zee, tussen Tunesië en Libië enerzijds en Italië en Malta anderzijds. In absolute aantallen is het de dodelijkste migratieroute ter wereld.