Een geestig steegje

Straatnaam Straatnamen zijn meestal een gegeven. In Utrecht is het de vraag waar het gekraai van de haan vandaan komt, schrijft Casper van der Veen.

Dat het lekker doorwaait op deze klamme, van zomerhitte doordrongen donderdagmiddag zal de bezoekers van het terras van café Graaf Floris goed bevallen. Hun geklets en geschater voert van de tafeltjes aan de Utrechtse Oudegracht naar het aanpalende steegje, dat de naam Hanengeschrei draagt. Dat dit straatje nu met echoënd gekakel doordrongen wordt, voelt extra treffend.

Vraag een Utrechter wat de gekste straatnaam in zijn stadsie is en de kans is groot dat hij of zij het Hanengeschrei noemt. Gelegen aan het eind van de drukbezochte Steenweg en aan de andere kant uitkomend op de Oudegracht komen mensen er geregeld langs. Ook deze donderdag zie ik een groep toeristen met Limburgse tongval lachend wijzen naar het bordje.

Toch stelt het steegje weinig voor: het is maar een meter of tien lang, twee keer knipperen met je ogen en je hebt de naam gemist. De steeg heeft maar één enkel huisnummer (ironisch genoeg nummer 2). Het Hanengeschrei was oorspronkelijk een verlenging van de Steenweg, maar werd later een zelfstandig steegje – pal naast de vismarkt die eeuwen daar in de Domstad werd georganiseerd.

Garnalencroquetjes

Zoals het vaker gaat bij markante straatnamen doen meerdere theorieën over de herkomst ervan de ronde. Er zou ook een pluimveemarkt in de omgeving zijn, die de naam zou verklaren. Het zou ook met het katholieke passiespel te maken kunnen hebben. Jezus sprak immers volgens Mattheüs 26 tot Petrus: „Voorwaar, Ik zeg u, dat gij in dezen zelfden nacht, eer de haan gekraaid zal hebben, Mij driemaal zult verloochenen.” Schunniger verklaringen over de straatnaam hebben ook de ronde gedaan, al zijn die mogelijk het gevolg van een gedicht van Kees Stip dat in het steegje prijkt – dat gaat over het zoenen van een vrouw in het Hanengeschrei na het eten van garnalencroquetjes.

Ooit kende Utrecht zeker drie stegen met de naam Hanengeschrei, maar de andere twee hebben een andere naam gekregen (waarvan één Pauwstraat, waarmee het kakelthema behouden bleef). Het was vroeger geen zeldzaamheid dat in één stad een straatnaam meer dan eens voorkwam. In Amsterdam kwam de Dubbeleworststeeg tot 1912 tweemaal voor. Die waren vernoemd naar bewoner Laurens Dubbeleworst, die tijdens zijn leven van de ene naar de andere straat verhuisd zou zijn – wat leidde tot een verdubbeling van het aantal naar hem vernoemde stegen.

Erik Tigelaar, wiens Utrechts straatnaamboek recent is verschenen, helpt de geruchten de wereld uit. „Hanengeschrei heeft de overdrachtelijke betekenis van een korte afstand”, schrijft hij. Niet echt een spannende verklaring voor zo’n geestige straatnaam – wat verklaart waarom er zoveel andere verhalen zijn bij verzonnen.