N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Reportage
Ronde van Frankrijk Het verschil tussen de Deense geletruidrager Jonas Vingegaard en de Sloveen Tadej Pogacar is na de eerste week van de Tour de France zeventien seconden. „Wij hebben er vertrouwen in, maar Pogacar komt meer en meer in de favorietenrol.”
‘Hij wint overal, en het is een groot gevecht om het hem zo moeilijk mogelijk te maken. Wij slagen daar nog het beste in.” Wie zondagmiddag de woorden van Merijn Zeeman, de sportief directeur van Jumbo-Visma, over Tadej Pogacar van concurrent UAE Team Emirates hoort, zou denken dat zijn team die dag de gele trui heeft verspeeld aan de Sloveen.
Toch is de Deense kopman Jonas Vingegaard van Jumbo-Visma nog steeds de klassementsleider nu het peloton zich na de eerste negen etappes opmaakt voor een rustdag in Clermont-Ferrand. Lang ging het zondag in een zondags tempo, en kon een vroege groep vluchters een voorsprong van ruim zestien minuten opbouwen. De Amerikaan Matteo Jorgenson, die op zo’n 40 kilometer solo was weggereden, kon de finishlijn op de beroemde Puy de Dôme zowat zien, maar werd op 500 meter ingehaald door Michael Woods. De Canadees van Israel Premier Tech mocht zich na 75 etappes en zeven eerdere toptienklasseringen voor het eerst winnaar noemen van een rit.
Een kwartier later waagden de klassementsrenners zich aan het laatste stuk van de klim, rondom de flanken van de gedoofde vulkaan, naar boven slingerend met gemiddelde stijgingspercentages van 11 en 12. Opnieuw ging het tussen Vingegaard en Pogacar. Toen de Sloveen op anderhalve kilometer van de top versnelde, bleef de Deen tientallen meters lang op een paar meter achter hem aanrijden, als aan het elastiek. Je wilde hem bijna een duwtje geven, zo dichtbij was Vingegaard om weer in het wiel van zijn concurrent te komen. Maar hij kon niet harder, en Pogacar wel.
Op de finish was het gat acht seconden, de voorsprong van Vingegaard in het klassement is geslonken naar zeventien tellen. „Ik ben heel blij dat Jonas eerder deze week zoveel tijd heeft gepakt, maar ik vind dat de voorsprong wel heel erg klein wordt”, zegt Zeeman bij de teambus, in de zomerse hitte die zelfs in de schaduw van de Puy de Dôme voelbaar is. „Als Pogacar deze lijn voortzet en elke keer weer wat sprokkelt, dan wordt het voor ons wel erg moeilijk.”
Zo zijn de psychologische spelletjes tussen de twee topfavorieten begonnen. „We hebben vandaag moraal en mathematisch weer winst geboekt”, zegt teammanager Mauro Gianetti bij de UAE-bus. „Wij hebben er vertrouwen in, maar Pogacar komt meer en meer in de favorietenrol”, zegt Zeeman enkele meters verderop, in een poging de druk en verantwoordelijkheid in de koers richting UAE te schuiven. „Bedankt”, zegt Gianetti met een glimlach als hij dat hoort. „Daar ben ik het mee eens.”
‘Sayonara’
Duidelijk is dat de twee renners ver boven de rest uitsteken. Achter Pogacar staat de Australiër Jai Hindley van Bora-Hansgrohe derde op ruim tweeënhalve minuut, de nummer tien Romain Bardet van DSM-Firmenech, heeft al bijna zeven minuten achterstand. „Ze kwamen langs me rijden met acht keer mijn snelheid, dus ik dacht: ‘Sayonara’”, zegt Simon Yates, de nummer zes van het klassement (op 4.44 minuten) met gevoel voor overdrijving. En Hindley zegt alleen: „Ik heb ze maar laten gaan en ben op mijn eigen tempo naar boven gereden.”
Met de etappe van zondag kwam een einde aan een bijzonder vermakelijke Tourweek. De tweelingbroers Adam en Simon Yates reden in de openingsetappe samen naar de finish, Jasper Philipsen toonde zich veruit de sterkste van het indrukwekkende sprintersveld. Met drie bergetappes was het een uitzonderlijk zware openingsweek, voor alle niet-klassementsrenners was het zoeken naar kansen.
Je zag het zaterdag, tijdens de etappe naar Limoges. In een andere editie was dat wellicht een mogelijkheid geweest voor een lange vlucht om succesvol te zijn, nu dachten de sprintersploegen: ‘Mooi niet, deze kans moeten we pakken’. En dus ging het, ook al gingen de wegen de laatste tientallen kilometers op en neer, tussen rappe mannen als Philipsen, Dylan Groenewegen, Wout van Aert en Mads Pedersen. Die laatste won.
Maar het was vooral een week waarin Vingegaard en Pogacar hun eerste klappen uitdeelden. Vingegaard opende het bal, met een flinke klap op de Marie Blanque in de Pyreneeën, Pogacar deed langzamerhand iets terug, eerst op de Cauterets-Cambasque en zondag op de Puy de Dôme.
Beschermd natuurgebied
In aanloop naar de Tour was dit verreweg de meest besproken etappe, vanwege die finish bovenop de Puy de Dôme. Een hoogtepunt in het parcours voor Tour-organisator ASO, een omstreden finishplaats voor natuurbeschermers en wetenschappers. Het ging veel over de vraag of het circus rond de Ronde van Frankrijk, een van de vervuilendste sportevenementen ter wereld, wel thuishoorde op een berg die als beschermd natuurgebied op de Unesco Werelderfgoedlijst staat.
Maar als de dag van de etappe zelf eenmaal is aangebroken, krijgt de ASO haar zin. Verdwenen lijken de kritische geluiden, voorop staat de roemrijke wielerhistorie, een levensader waar het wielrennen graag naar teruggrijpt. Het begint zondagochtend als Tour-directeur Christian Prudhomme bloemen legt bij het graf van Raymond Poulidor, de in Frankrijk nog altijd razend populaire renner die vaak tweede (en derde) werd maar nooit de Tour wist de winnen.
De Tour start zondag ter ere van hem in Saint-Léonard-de-Noblat, het stadje waar Poulidor in 2019 overleed. Bij de ploegenpresentatie krijgt zijn kleinzoon Mathieu van der Poel een oude fiets van zijn opa aangeboden. In het door de ASO opgetuigde Village Départ worden speciale wielershirtjes verkocht met daarop de krantenkoppen over de etappe uit 1964 waarin Poulidor samen met Jacques Anquetil om de zege vocht op de flanken van de Puy de Dôme.
De Tour blijft nog even in het beschermde natuurgebied. Na de rustdag worden de renners op dinsdag weggeschoten uit het pretpark Vulcania, aan de voet van de Puy de Dôme. Dan volgt er een zo mogelijk nog zwaardere week. Na twee overgangsetappes en een vlakke rit voor de sprinters wacht vanaf vrijdag een drieluik bergetappes in de Alpen.
„Ik kijk er naar uit”, zegt UAE-baas Gianetti als hem wordt gevraagd naar zijn verwachtingen. „Natuurlijk staan we liever eerste, maar alles ligt nog open.” Zijn tegenhanger bij Jumbo-Visma ziet kansen voor beide renners. „Er komt nog een etappe zoals vandaag, naar de Grand Colombier. Zoiets ligt Pogacar heel goed”, zegt Zeeman. „Maar Jonas is weer beter in de uitputtende etappes, dus ik vind het moeilijk te voorspellen.”
Waar de twee teamleiders het in ieder geval over eens zijn: het wordt de komende twee weken nog een groots en spannend gevecht.