Cardioloog ontdekt hoe de bruine beer zich wapent tegen stolsels

Fysiologie Bruine beren krijgen geen trombose tijdens hun winterslaap. Een eiwit op hun bloedplaatjes blijkt de oorzaak.

Bruine beer. Aanpassingen in de bloedplaatjes beschermen het dier tegen trombose.
Bruine beer. Aanpassingen in de bloedplaatjes beschermen het dier tegen trombose. Foto Getty Images

Patiënten die langdurig gekluisterd zijn aan hun ziekenhuisbed hebben een verhoogd risico op trombose. Door een gebrek aan lichaamsbeweging kunnen bloedpropjes ontstaan, wat kan leiden tot ernstige complicaties als een longembolie of een beroerte. Bruine beren, die maandenlang in winterslaap verblijven, lopen dit gevaar wonderlijk genoeg niet. Een groep Duitse, Deense en Zweedse onderzoekers onderzocht het bloed van bruine beren en vond een afname van een trombose-stimulerend eiwit in bloedplaatjes. Dit eiwit komt zowel bij bruine beren als bij mensen voor, schreef het team in Science.

Onderzoekers van het Scandinavian Brown Bear Project benaderden wetenschappers van onder andere de Ludwig-Maximilians Universiteit en het Max Planck Instituut uit München voor een onderzoek met een onconventionele aanpak. „In plaats van redeneren vanuit het menselijk ziektebeeld, onderzochten we het anti-trombosemechanisme in bruine beren in winterslaap”, vertelt Tobias Petzold, cardioloog en onderzoeker aan de LMU München. „Bruine beren kunnen vier tot zeven maanden lang in winterslaap blijven zonder dat ze een verhoogd risico op trombose hebben. Met zo’n lange immobilisatieperiode is dat fascinerend.”

Vers bloed

Het team onderzocht dertien wilde bruine beren in Zweden, die voor het project waren uitgerust met GPS. Zowel in de winter als in de zomer konden de onderzoekers de beren traceren om bloed af te nemen. „Een deel van de experimenten moest met vers materiaal plaatsvinden. ’s Winters vervoerden we de buisjes bloed met de sneeuwscooter naar een romantisch, afgelegen huisje in het bos. De woonkamer hadden we tot ons eigen laboratorium verbouwd”, beschrijft Petzold.

Bruine beren kunnen ook trombose krijgen, maar het risico blijkt in de winter als de dieren nauwelijks bewegen niet verhoogd. De onderzoekers zagen dat de samenklontering van bloedplaatjes en immuuncellen gedurende de winterslaap trager gaat dan in de actieve zomerperiode. Met eiwitanalyses van het bloed vonden ze 151 eiwitten die meer of juist minder aanwezig waren in bloedplaatjes.

Littekenvorming

Eén van die eiwitten was HSP47, een receptor op het membraan van bloedplaatjes, dat onder andere bij littekenvorming een rol speelt. Het eiwit komt zowel bij bruine beren als bij mensen voor. „Eigenlijk zijn we op goed geluk op dit eiwit afgegaan”, vertelt Petzold. „We kwamen erachter dat HSP47 immuuncellen activeert en zo bloedpropvorming stimuleert. Tijdens de winterslaap zit er minder HSP47 op de bloedplaatjes, waardoor er ook minder kans op trombose is.”

Niet alleen bruine beren beschermen zichzelf op deze manier tegen trombose. Ook patiënten die geïmmobiliseerd zijn door ruggengraatletsel vertonen na verloop van tijd een lager HSP47-gehalte in hun bloed. Mede daardoor hebben ze hetzelfde risico op trombose als gezonde, mobiele mensen. Om uit te vinden of het mechanisme hetzelfde werkt bij mensen, lieten de onderzoekers een aantal vrijwilligers bijna een maand lang op bed liggen. Net als bruine beren lieten ze een afname van HSP47 zien.

Daarom denkt Petzold dat het remmen van HSP47 op den duur ingezet kan worden als behandeling tegen trombose. „Zó van de beer naar de patiënt!”