N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
De recente verschrikkingen van de aardbevingen in Turkije brengen opnieuw de structurele weeffouten en chaos in het Turkse overheidsbestuur in beeld. Deze keer hebben ze Turkije echter tot op het bot geraakt. Niet alleen hebben ze een enorm verlies van mensenlevens en materiële schade veroorzaakt, maar ook het autoritaire regime van president Erdogan definitief illegitiem gemaakt.
Veel van de aardbevingsslachtoffers die voor het oog van de camera de regering van president Erdogan bekritiseerden, begonnen hun betoog met een moedige en pijnlijke kanttekening: „Het maakt me niets uit als ik word gearresteerd!” . En dat baart ons zorgen. Diverse verslaggevers van pro-overheidskanalen trokken angstvallig hun microfoon weg, waarbij ze zich medeplichtig maakten aan het onderdrukken van publiek protest tegen het repressieve regime.
Hoewel de ramp niet kan worden toegeschreven aan één persoon is het giftige klimaat wel een duidelijk en direct effect van de voortslepende autocratisering van het land. President Recep Tayyip Erdogan heeft in het verleden toegegeven dat de opbrengsten van een aardbevingsbelasting die werd ingesteld na de verwoestende aardbeving bij Izmit in 1999 in zijn enorme snelwegprojecten zijn geïnvesteerd.
Corrumpering rampenbestrijding
Een presidentiële ‘amnestieregeling’ uit 2019, waarbij duizenden onveilige gebouwen een ‘generaal pardon’ kregen, ligt eveneens aan de basis van dit menselijke drama. Allebei zijn ze onbegrijpelijk voor eenieder met basale kennis over hoe mensenlevens kunnen worden gered ten tijde van aardbevingen. Sinds 2003 zijn er 58 moties ingediend door de oppositie om een aardbevingsonderzoekscommissie in te stellen, die echter alle werden weggestemd door de regerende AKP van president Erdogan.
Het regime-Erdogan is medeplichtig aan de gruwelijke nasleep van deze aardbevingen, een direct gevolg van de corrumpering van de Turkse rampenbestrijding door het regime. Ongekwalificeerde bestuurders met een achtergrond in islamitische theologie, zonder enige vorm van ervaring in rampenbestrijding, kregen de leiding over cruciale overheidsorganisatie als het Turkse rampenbestrijdingsinstituut AFAD. Dit instituut faalde jammerlijk in zijn doelstelling om slachtoffers snel hulp te bieden.
De acute ernstige gevolgen van de ramp worden niet alleen veroorzaakt door een onvoldoende toerusting van rampenbestrijdingsinstituten als AFAD. Sinds de mislukte couppoging van 2016 staan de Turkse strijdkrachten ook onder politieke controle van het regime om deze ‘coup-proof’ te maken. Hun vermogen om snel te mobiliseren tijdens natuurrampen werd daardoor onbedoeld beperkt.
Uitholling bouwregels
De dramatische gevolgen van het overheidsfalen zijn extra pijnlijk aangezien experts decennialang voor een aardbeving op deze schaal hebben gewaarschuwd. Ze waren als kanaries in een kolenmijn en riepen: „Aardbevingen doden geen mensen, gebouwen doden mensen.” De Turkse bouwsector is echter volledig gepolitiseerd. Een cliëntelistisch verbond tussen de staat en een select gezelschap van bouwondernemingen is de drijvende economische kracht achter het huidige regime.
In een land waarin de democratische rechtsstaat wel wordt gerespecteerd hadden tienduizenden onnodige slachtoffers kunnen worden gered
De adviezen van experts, architecten en ingenieurs werden terzijde geschoven en zelf werden zij niet zelden vervolgd of gevangen gezet door de overheid. Een tekenend voorbeeld kwam uit Maras. Te midden van de chaos van ingestorte gebouwen en puin stond één gebouw recht overeind: het hoofdkantoor van de lokale vereniging van bouwkundig ingenieurs.
De structurele uitholling van de wet- en regelgeving door de bouwsector is een van de belangrijkste oorzaken voor de duizenden doden en slachtoffers van deze ramp. Grote overheidsinvesteringen gingen niet naar onderzoek en het ontwikkelen van duurzame gebouwen en infrastructuur, maar naar de bouw van winkelcentra, luxe appartementen en protserige overheidsgebouwen. Geen van deze gebouwen hielden stand tijdens de aardbeving.
Hachelijke tweesprong
Het is pijnlijk om te zien dat de overheid in de nasleep van deze crisis haar toevlucht zoekt tot grootschalige repressie van waarheidsvinding, koortsachtig zoeken naar zondebokken, populistische en racistische uitvluchten, en een compleet ontbreken van een zelfkritische houding. In een land waarin de democratische rechtsstaat wel wordt gerespecteerd had deze calamiteit voorzien kunnen worden, was de respons veel beter geweest en hadden tienduizenden onnodige slachtoffers kunnen worden gered.
Desalniettemin zijn wij nog steeds optimistisch over de kansen die in de aankomende verkiezingen in mei liggen. De oppositiepartijen, ondanks hun openlijke twisten, lijken zich te hebben verenigd in een front tegen Erdogan. De steeds luidere stem van het maatschappelijke middenveld tegen dit rechteloze regime is nog veelbelovender. Turkije bevindt zich op een hachelijke tweesprong. De kiezers, die in Nederland incluis, zullen straks bepalen of Turkije een meer rechtvaardige, inclusieve en veilige toekomst voor zijn burgers kan bouwen. De laatste twintig jaar en de recente aardbevingen in het bijzonder hebben laten zien dat dit niet langer mogelijk is onder het Erdogan-regime.