Zoeken naar Enok, de verstoten maîtresse


Identiteit Maurice Boyer zocht op Java naar zijn Sundanese grootmoeder. Het werd ook een zoektocht naar zichzelf, ziet Kester Freriks.

Een theeplukster met haar kind in West-Java.
Een theeplukster met haar kind in West-Java.

Foto Maurice Boyer

‘Enok’ betekent in het Sundanees ‘lief meisje’. Het is geen echte naam. Toch heette de grootmoeder van Maurice Boyer, die sinds 1979 decennia lang vaste fotograaf was van NRC, zo: lief meisje. Ze was theeplukster en had geen achternaam.

Rond 1910 ontmoette de Nederlandse administrateur Emile van Rouveroy haar op de kina- en theeplantage van Lodaja op West-Java, ze moet ongeveer zestien jaar zijn geweest. Enok werd de ‘njai’ van Van Rouveroy, zijn huishoudster, zijn maîtresse ook. Zijn bijzit. Dat was in de koloniale tijd gebruikelijk, jonge meisjes voor eenzame Nederlandse mannen.

In de documentaire Finding Enok gaat Boyer op zoek naar sporen van zijn grootmoeder. Zijn nicht Dorna van Rouveroy filmt en regisseert de zoektocht. Uit de verhouding tussen Enok en Emile werd Nelly geboren, de moeder van Maurice. Grootvader echtte zijn dochter Nelly en trouwde met Elly, de grootmoeder van Dorna.

Raadsel

Hoogstwaarschijnlijk werd Enok teruggestuurd naar de desa, het dorpje, waar ze vandaan kwam, zonder haar dochter. Het is een van de raadsels in het leven van Boyer, geboren in 1951. Wat was het lot van Enok? Heeft ze verdriet gehad over de scheiding van haar dochter? „Over Enok werd verder niet meer gepraat,” zegt regisseur Dorna als voice-over, „zo ging dat toen. Wel waren er veel mooie verhalen van het Indië van voor de oorlog. U kent ze wel, ze worden in iedere Indische familie verteld.”

Finding Enok is een documentaire reis naar identiteit die begint met vragen – vragen die in elke gemengd gezin voorkomen. Ben ik westers of ben ik oosters? Hoe kwam het Indonesische dna onze familie binnen?

Emile van Rouveroy van Nieuwaal in 1917 met dochter van Enok: Nelly, de moeder van Maurice Boyer. Daarnaast zijn vrouw Elly met zoon Willem.
Foto privéarchief Maurice Boyer

Maurice als hoofdrolspeler en Dorna als filmmaker reizen in 2020 naar Indonesië. Eerst onderzoeken ze de rol van de njai in Indische families. Ze spreken hierover onder meer met historicus Bonnie Triyana die een verrassende visie heeft: niet alleen de kolonialen hielden een njai, ook de lokale aristocratie vond dat zij mochten beschikken over welke vrouw ze wilden: „Kolonialisme en feodalisme hingen nauw samen.”

Schitterend is de scène met de vooraanstaande casting director Widhi Utama die Maurice zou casten als een „blanke arts”. Maar, werpt Maurice tegen, „ik wil benadrukken dat ik Indonesisch bloed heb.” Dit moment is cruciaal: Maurice geldt als gemengdbloedige ofwel Indo in Nederland maar als westers in Indonesië. Gekleurd hier, wit dus ginds. Maar juist het Indoschap geeft hem, zoals hij zegt, „trots en rijkdom.”

Om nóg dichter bij Enok te komen vraagt Maurice of kunstenaar Iswanto Hartono, van collectief ruangrupa dat artistiek directeur was van de recente geruchtmakende Documenta in Kassel, een beeltenis van zijn grootmoeder te maken. Iswanto laat zich inspireren door foto’s van Maurice’ moeder Nelly, want zij „is het sterkste symbool van Enok”.

Zijn beeltenis van grootmoeder Enok ontroert Maurice, ze heeft nu een gezicht gekregen. Toch is hij er niet helemaal gerust op wat zij werkelijk voelde, in die verre verleden koloniale tijd. Opeens zijn we in het Schotse Edinburgh, bij de helderziende Elisabeth van het Sir Arthur Conan Doyle Centre. Zij zegt tegen Maurice: „Ik krijg van Enok door dat zij altijd van jouw moeder heeft gehouden en veel genegenheid had voor je grootvader.”

Finding Enok in: Indofilmcafé, Lux Theater, Nijmegen. Zondag 15/1. Aanvang: 19.30 uur. Inl: finding-enok.nl