Elke avond, als zijn gezondheid het toeliet, belde paus Franciscus de afgelopen maanden met de Kerk van de Heilige Familie, de enige katholieke parochie in Gaza. Meestal stelde hij simpele vragen: hoe hun dag was geweest, of wat ze gegeten hadden. Het gaat hier om een parochie die zo’n tweehonderd van de 1,4 miljard katholieken in de wereld vertegenwoordigt. De boodschap van de paus was duidelijk: zijn sympathie lag onvoorwaardelijk bij de door Israël belegerde bevolking van Gaza.
Een paus heeft enige wereldlijke macht, als leider van het onafhankelijke ministaatje Vaticaanstad, dat er met zijn achthonderd inwoners een enorm diplomatiek apparaat op nahoudt. Maar zijn morele macht, als leider van een religieuze gemeenschap met meer dan 1,4 miljard leden, is nog vele malen groter. Paus Franciscus heeft die invloed ondubbelzinnig aangewend ten behoeve van de Palestijnen. Eén dag voordat hij stierf, deed de Heilige Vader tijdens de paasmis nog een oproep uitgaan tot een einde aan de Gaza-oorlog.
De tweehonderd leden van de katholieke parochie in Gaza, een van de drie christelijke gemeenschappen in de Palestijnse kuststrook, vormen een verwaarloosbare minderheid op een bevolking van 2,3 miljoen mensen, van wie de overgrote meerderheid moslim is. Toch reikt de invloed van de parochie ver: de kerk bestiert onder meer scholen en klinieken, waar ook de moslimbevolking van Gaza welkom is.
Tijdens deze Gaza-oorlog fungeert het kerkgebouw bovendien als schuilplaats voor zo’n vijfhonderd mensen, christenen en moslims, met speciale aandacht voor gehandicapten. Dat weerhoudt Israël niet van aanvallen: in juli vorig jaar kwamen er vier ontheemden om bij een Israëlische luchtaanval op de Heilige Familieschool in Gaza-Stad. Ook de Grieks-orthodoxe Kerk van Sint-Porphyrius in Gaza-Stad werd al eens door Israël gebombardeerd.
Rechtstreekse nakomelingen
De betrokkenheid van Franciscus met de Palestijnen uitte zich al vroeg tijdens zijn pontificaat, in 2015, toen het Vaticaan Palestina erkende als staat. De Palestijnse christenen nemen binnen het christendom een bijzondere positie in: zij beschouwen zichzelf als de rechtstreekse nakomelingen van de allereerste christenen, op de geboortegrond van hun geloof. In de christelijke wijk van de Oude Stad in Oost-Jeruzalem staat de Heilig Grafkerk, met daarin Golgotha, waar volgens de Bijbel Jezus gekruisigd werd. Bekende Palestijnse christenen zijn literatuurwetenschapper Edward Said, de door Israël vermoorde journaliste Shireen Abu Akleh en politica Hanan Ashrawi.
Verhoudingsgewijs vormen de christenen een groot deel van de Palestijnen die in 1948 door Israël verdreven zijn. Vormden ze voor de oprichting van Israël nog ruim 10 procent van de Palestijnse bevolking, tegenwoordig is hun aandeel naar 2 procent geslonken. Alleen al in Chili wonen er veel meer Palestijnse christenen dan op de door Israël bezette Westelijke Jordaanoever.
Lees ook
Hoe de Gaza-oorlog christenen verdeelt. ‘Jezus kwam ook op voor onderdrukten’
Zijn uitingen over Gaza brachten Franciscus geregeld met Israël in conflict. Zo zei hij eind 2024 dat de internationale gemeenschap zich erover zou moeten buigen of de Israëlische militaire campagne op een genocide neerkomt. Ook keerde Franciscus zich sterk af van de manier waarop Israël de oorlog voert. „We kunnen op geen enkele manier accepteren dat burgers worden gebombardeerd, dat kinderen doodvriezen omdat ziekenhuizen zijn verwoest”, zei hij bijvoorbeeld in 2024.
Israël diende onder meer een formele klacht in toen een Vaticaanse functionaris de Gaza-oorlog als een „slachtpartij” kwalificeerde. Ook uitte Israël kritiek op Franciscus toen hij de Israëlische oorlogsvoering als „terrorisme” bestempeld had zonder de aanval van Hamas van 7 oktober 2023 te noemen.
Franciscus heeft zich geregeld voor het bestaansrecht van Israël uitgesproken; het ontkennen van dat bestaansrecht noemde hij antisemitisch. Ook heeft hij zich ingezet voor Holocaust-overlevenden, onder meer met een bezoek aan Auschwitz.
Nationaal park
De kans bestaat dat Franciscus opgevolgd wordt door iemand die hij zelf benoemd heeft, en die in zijn traditie staat. Het gaat om zijn volgeling Pierbattista Pizzaballa, een geestelijke uit het Noord-Italiaanse Bergamo die sinds 2020 de Latijnse patriarch van Jeruzalem is. Hij geldt als papabile – een kandidaat-paus. Sinds het uitbreken van de Gaza-oorlog heeft ook Pizzaballa zich zeer voor de christelijke gemeenschap in Gaza ingezet.
De Italiaan staat bekend als voorvechter van de interreligieuze dialoog tussen christenen, moslims en joden, die alle drie een sterke band met Jeruzalem hebben. Toch schroomt hij niet om Israël te bekritiseren, vooral waar het de behandeling van moslims en christenen betreft. Zo beklaagde hij zich eind 2023 tegenover NRC over de uitbreiding van het „historisch-culturele joodse narratief”, ten koste van anderen: zo wordt de ook voor christenen belangrijke Olijfberg ondergebracht in een nationaal park dat bestierd wordt door Joodse kolonisten.
Uiteindelijk heeft ook paus Franciscus de oorlog niet kunnen stoppen. Een paus, schrijft Vaticaan-watcher Paul Elie in The New Yorker, heeft geen leger, zoals Stalin zou hebben opgemerkt. („Hoeveel divisies heeft hij?”). Hij moet het doen, stelt Elie, met woorden, symbolen, gebaren en rituelen – het rijk van tekens dat de basis vormt voor zowel religie als diplomatie. „De oorlog tussen Hamas en Israël heeft duidelijk gemaakt dat de effecten van de woorden van een paus op zijn best beperkt zijn.”
