Zijn Alexandre Dumas, Gustave Flaubert en Claire de Duras stoffig? Helemaal niet!

Bingewatchen – dat is eigenlijk wat je doet als je De graaf van Monte-Cristo leest. Een jongeman wordt door een samenzwering van jaloerse vrienden op zijn huwelijksdag gearresteerd, verdwijnt in een cel op een onbewoond eiland, zint op wraak, vindt een fortuin en neemt de verraders één voor één te grazen. Steffie van Neste (1994) schrijft het allemaal smakelijk op. En passant vertelt ze over het marketingtalent van Alexandre Dumas, die in de eerste helft van de negentiende eeuw, de tijd van opkomend nationalisme, heel slim, koos voor het genre van de historische roman. Bovendien schreef Dumas populaire feuilletons in de krant en hield hij zijn lezers op het puntje van hun stoel door te „causeren over zichzelf”, over zijn duels en extravagante aankopen. Uiteindelijk kon hij de vraag naar zijn stukken niet meer aan en deed hij een beroep op ghostwriters, „een ChatGPT avant la lettre”. Dankzij deze prettige mix van intrige, sociale, literaire en historische achtergrond kun je daarna niet wachten de avonturen van die graaf met eigen ogen lezen.

Weg met het keurslijf

Zijn Franse 19de-eeuwse schrijvers saai en stoffig? Onzin. Van Neste laat zien dat je als twintiger veel kunt opsteken van Gustave Flaubert, Alfred de Musset en Stendhal. Het was Flaubert die haar leerde hoe te lezen. Drieëntwintig jaar was ze toen ze zich in Emma Bovary herkende. Emma was geen Assepoester die op haar prins wachtte, maar een Cleopatra die zelf de touwtjes in handen nam. Weg met het keurslijf van de conventie. Dat spreekt Van Neste aan. Die negentiende-eeuwers zijn haar leermeesters, in de literatuur én in het leven. Hoe dat zo kwam laat ze zien aan de hand van acht romans. Daarin verbindt ze de dilemma’s en keuzes van de personages met haar eigen onzekerheden en uitdagingen.

Wist ze als twintiger niets van de liefde, evenmin als haar toenmalige lief? Stendhal legde het haar uit. In vijftien pagina’s deelt ze haar verworven wijsheid met haar lezer: wie zijn leven wil vullen met louter geluksmomenten is verloren. Voelt ze zich eenzaam in Gent waar ze studeert, dan leest ze Claire de Duras. De zwarte vrouw die de hoofdpersoon is in Ourika, Duras’ roman uit 1822, voelde zich een vreemde eend in de bijt van de witte aristocratie waarin ze leefde. Verlangt Van Neste onverhoopt naar huisje-boompje-beestje, dan denkt ze aan Het leven van een vrouw (Une vie, 1883) van Guy de Maupassant, waarin een knappe jongeman, als hij de vrouw die hij begeert eenmaal in bed heeft gekregen, een treurige loser blijkt te zijn.

Van Neste doceert Frans en promoveerde op nieuwsgierigheid in het werk van Alexandre Dumas. In haar eerste boek voor een groter publiek toont ze zich een gretige lezer en een enthousiast verteller die haar lezers met verve aanzet eens in de ogenschijnlijk verre, saaie 19de-eeuwse auteurs te duiken.

Desalniettemin moet je al aardig wat weten (en gelezen hebben), wil je haar literaire hinkstapsprongen van de ene naar de andere eeuw kunnen volgen. Moeiteloos verbindt ze La confession d’un enfant du siècle (1836) van Alfred de Musset met Sérotonine van Houellebecq (2019). In één zin laat ze Georges Perec (1936-1982) een vraag stellen en Maurits de Bruijn (1984) antwoord geven.

De personages uit het werk van haar zeven mannen (en één vrouw) hebben haar geleerd dat ze gretig mag leven, onbezonnen verliefd mag zijn, dat ze soms egoïstisch mag zijn en ook best mag hunkeren naar een nest. Romans, ook als ze twee eeuwen eerder zijn geschreven, bieden altijd „een afslag, een nieuwe richting om te landen”.

Toch zijn het zeven andere, vrouwelijke auteurs die Van Neste, op de laatste bladzijden van haar boek, hartstochtelijk bedankt – tot vijf keer toe. Voor de verovering van haar eigen vrijheid had ze uiteindelijk meer aan Germaine de Staël en George Sand, aan Simone de Beauvoir en Annie Ernaux. Zo eindigt dit aanstekelijk geschreven boek over volstrekt níet stoffige negentiende-eeuwers onverwacht met een ode aan vrouwelijke auteurs waar het boek eigenlijk niet over ging – persoonlijk en gepassioneerd.