Alles ligt er, behalve een tondeuse, zegt de assistent tegen de haartransplantatiearts. Prima, denkt Dirk Jan Aldewereld (55) uit Abcoude, dan kunnen we het kaalscheren nog héél even uitstellen. Bij Beauclinic in Nieuwegein zit hij op een krukje voor de witte muur, spiegel in de hand, operatiehesje aan. Vandaag krijgt hij een haartransplantatie, aan arts Eva Klint wijst hij aan wat hij storend vindt aan zijn kapsel: zijn haarkrans is vol en op de kruin zit haar, maar daartussen is het kaal. „De slotgracht”, zegt hij, „kan je die opvullen?”
Het aantal mannen dat kiest voor een haartransplantatie neemt toe. Landelijke cijfers zijn er niet, de zeven Nederlandse klinieken die NRC benaderde, zeggen de afgelopen vijf jaar allemaal een toename in het aantal behandelingen te zien. Ook zijn er relatief veel klinieken bijgekomen: vijf jaar geleden waren er zeven, nu zijn er rond de twintig klinieken. Daarnaast gaan veel mensen voor een haartransplantatie naar Turkije. Een KLM-piloot, die niet met zijn naam in de krant wil, zegt: „Als ik op Istanbul vlieg, heb ik op de terugweg een toestel vol kale mannen.” Ja, de mannen komen vaak zonder haar uit de kliniek: bij de transplantatie wordt doorgaans al het haar geschoren, omdat dat het ‘oogsten’ van haarzakjes makkelijker maakt. In Nederland kost een behandeling tussen de 4.000 en 10.000 euro, in Turkije 1.500 tot 5.000 euro inclusief verblijf.
Bij de zeven benaderde klinieken is zo’n 80 tot 90 procent van de klanten man. De leeftijden lopen erg uiteen, van jonge twintigers tot mannen van in de zeventig. Bij Hairtec in Delft begon „de flinke toename van het aantal klanten” tijdens corona, vertelt oprichter Duygu Sahan. „Door het thuiswerken was het makkelijker om een transplantatie verborgen te houden. En mensen konden niet naar Turkije.” Na de pandemie bleef die stijgende lijn, zegt Sahan. Ten opzichte van vijf jaar geleden voert ze 70 procent meer transplantaties uit.
Foto’s: Simon Lenskens
Bij Global Hair in Barendrecht is het aantal behandelingen ten opzichte van vijf jaar geleden dik verdubbeld, zegt oprichter Berkant Dural. „We deden toen twee behandelingen op een dag, vijf dagen per week. Nu vier op een dag, zes dagen per week én we hebben een tweede locatie erbij.” Wat hem opvalt: klanten worden steeds jonger. En het aantal vrouwen neemt toe omdat er nu een techniek is waarbij je haar er niet helemaal af hoeft. Dural: „Mannen beslissen wel veel sneller, die willen vaak tijdens de intake al een datum plannen. Vrouwen denken er een half jaar over na.”
In de kliniek worden veel beladen gesprekken gevoerd, zegt hij, en er wordt behoorlijk wat gehuild. Jonge mensen met haarproblemen ervaren meer schaamte dan oudere klanten, zegt hij.
Losgeboord
Toch lijkt het taboe bijna verdwenen, zeggen alle gesproken artsen. ‘Onderduikers’ – mensen die verlof of lang vakantie opnemen om ongemerkt een transplantatie te doen – zien ze steeds minder. Dat komt door de bekende Nederlanders en influencers die over hun ervaring vertellen, zegt Freek Broekhuijse van Beauclinic, onder wie Arie Boomsma, dj JeBroer, Gijs Staverman, rapper Bizzey Charly Luske en Özcan Akyol. „Die zijn er open over. Terecht, want kaal worden is een proces dat ontzettend veel mensen overkomt.”
In Nieuwegein is de behandeling begonnen. Dirk Jan Aldewereld ligt op zijn buik op de operatietafel, gezicht in een gat, neus en mond vrij. In de ochtend wordt er „geoogst” en in de middag „geplant”, zegt arts Eva Klint. Met een holle naald, een soort mini-appelboor, worden haarzakjes losgeboord en met een pincet uit de hoofdhuid geplukt. „De haartjes eromheen laten we staan. Het donorgebied wordt dus ietsje dunner, omdat we haarzakjes verplaatsen, maar optisch zie je dat niet.” Het totaal aantal haarzakjes op het hoofd neemt dus niet toe, maar wordt beter verspreid.
Onder de hoofdhuid wordt een zoutwater-oplossing ingespoten zodat de huid bol staat en er meer ruimte tussen de haarzakjes ontstaat. „Het lichaam neemt dat vocht uiteindelijk op, later vandaag zakt de zwelling”, zegt ze tegen Aldewereld.
De uitgenomen haarzakjes worden in een petrischaaltje gelegd, op een watje gedrenkt in haargroeimiddel. De assistenten sorteren deze op het aantal haren in een haarzakje: één, twee of drie. Haarzakjes met enkele haren worden gebruikt voor de inhammen en de haarlijn aan de voorkant, „dat ziet er natuurlijk uit”, de rest wordt teruggeplaatst op de kruin en het achterhoofd, „voor dichtheid en volume”.
Na het uitnemen van de groepjes haarzakjes (grafts) worden er kleine sneetjes (incisies) gemaakt in de zone waar de haarzakjes straks worden teruggeplaatst. De arts let hierbij op de groeirichting. De grafts worden met een pincet één voor één teruggeplaatst. Dit wordt de FUE-techniek genoemd – op dit moment de meestgebruikte methode in Nederlandse klinieken. Eerder werd gewerkt met de ‘Strip-methode’ (FUT-techniek), waarbij een reep huid met haar werd verwijderd om zo haarzakjes te oogsten, met een groot litteken als gevolg. „Er worden allerlei termen gebruikt om variaties op de FUE techniek te benoemen, dit kan soms verwarrend zijn”, zegt Jantiene te Voortwis, mede-eigenaar van Zantman Kliniek. Voorbeelden zijn DHI, FUE haarsparend en HaarStamcelTransplantatie.
Net gras
De haartransplantatiebehandeling kwam in 1976 naar Nederland dankzij haarwerkspecialist Theo Zantman en is sindsdien qua techniek verbeterd en vooral meer verfijnd. Bij de FUE-techniek is de hersteltijd aanzienlijk korter en zijn de littekens in het donorgebied minimaal.
Natuurlijk zijn er risico’s. Soms groeit getransplanteerd haar niet goed terug of is de haargroeirichting verkeerd, zegt Edwin van Wooning van de Nederlandse Haarstichting. Bij de stichting komen regelmatig klachten binnen. „Haar dat aan de zijkant van je hoofd recht uitsteekt, is bijna niet te stijlen en met een hersteloperatie lastig te corrigeren.” Andere risico’s zijn huidinfecties, ontstekingen en littekens. Dit soort complicaties, zegt hij, komen voor zowel bij patiënten die in Nederland als in het buitenland zijn behandeld. „In Turkije zijn een aantal uitstekende klinieken, maar ook een aantal hele goedkope en die besparen vaak op de operatieruimte, zijn onervaren, werken te snel en soms zelfs met ongeschoolde mensen. En de nazorg ontbreekt vaak.” Als klanten teleurgesteld zijn, heeft dat vaak te maken met onrealistische verwachtingen, zegt hij. „Mensen krijgen soms voor- en nafoto’s te zien die voor hun situatie niet realistisch zijn.”
Bij Dirk Jan Aldewereld zijn 2.360 haarzakjes verplaatst naar ‘de slotgracht’, tot aan zijn haarlijn. Hij hoopte op minimaal 2.200 dus is „zeer tevreden”. De eerste dagen na de operatie sliep hij slecht, hij moest op zijn rug liggen met een speciaal opblaaskussentje, maar kon zo zijn nek niet ontspannen. Later, letterlijk op één oor, ging het beter. Op zijn werk krijgt hij veel complimenten over zijn gemillimeterde kapsel. Mensen willen ook weten of het pijnlijk was. „En ze vragen waarom ik het heb gedaan, deze korte coupe staat ook goed, vinden ze.” Toch verheugt hij zich op volgend jaar zomer, want pas dan is het resultaat te zien. Het is net gras, had de transplantatiearts gezegd – eerst zaaien (daarna vallen de geplante haartjes allemaal nog uit) , later komen de nieuwe haren op.