N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Slowakije Marian Kocner werd in 2020 ook al vrijgesproken, maar de zaak moest worden overgedaan. De moord op onderzoeksjournalist Kuciak leidde in 2018 tot de grootste protesten in Slowakije sinds 1989.
In 2018 werden de toen 27-jarige Kuciak en zijn verloofde, de 28-jarige Kusnirova, in hun huis neergeschoten. Foto Jakub Gavlak/EPA
De 60-jarige zakenman Marian Kocner is vrijdag opnieuw vrijgesproken van betrokkenheid bij de moord op de Slowaakse onderzoeksjournalist Jan Kuciak en diens verloofde Martina Kusnirova. Volgens de rechter is Kocner onschuldig. Kocner werd in 2020 ook al vrijgesproken, maar in 2021 stuurde de Hoge Raad de zaak terug. De rechters moesten hetzelfde bewijs wegens gemaakte fouten opnieuw beoordelen.
In 2018 werden de toen 27-jarige Kuciak en de 28-jarige Kusnirova in hun huis neergeschoten. Kuciak deed op dat moment onderzoek naar de manier waarop de Italiaanse ’ndrangheta-maffia in Slowakije actief is. De journalist had al aangifte van bedreiging gedaan, maar de politie had daar niets mee gedaan.
De vrijspraak van Kocner betekent niet dat de zaak definitief is afgerond. Het Openbaar Ministerie kan de uitspraak nog aanvechten. Het OM had een levenslange gevangenisstraf voor Kocner geëist. Een medewerker van Kocner, de 48-jarige Alena Zsuzsova, werd vrijdag wel schuldig bevonden aan betrokkenheid bij de moord, net als bij drie andere geplande moorden. Ze heeft 25 jaar cel gekregen.
Moordenaar veroordeeld
In 2019 veroordeelde de rechter een Slowaakse man al tot een celstraf van vijftien jaar voor zijn aandeel in de moord. Deze Zoltan Andrusko zou daarin een „bemiddelende rol” hebben gespeeld. De moordenaar zelf, een Slowaakse voormalige militair, werd in 2020 veroordeeld tot 23 jaar cel.
De moord op Kuciak leidde in 2018 tot de grootste maatschappelijke protesten sinds 1989 en het aftreden van de toenmalige premier Robert Fico. Het onderzoek naar de dood van Kuciak en Kusnirova legde een beerput aan corruptie, belangenverstrengeling en machtsmisbruik bloot binnen het justitieapparaat en Fico’s regering.
Er zijn vorig jaar in Nederland 675 mensen omgekomen in het verkeer. Dat is negen minder dan in 2023 en zeventig minder dan in 2022, maar nog altijd méér dan in het vorige decennium. Toen bleef, bijvoorbeeld in 2013 en 2014, het aantal verkeersdoden beperkt tot jaarlijks 570. Dat blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS).
Bijna een kwart van alle verkeersdoden was vorig jaar tachtigplusser
Het aantal omgekomen fietsers is vorig jaar licht gedaald, van 270 naar 246. Dat is wellicht enigszins verrassend, maar voor het vijfde achtereenvolgende jaar is dat aantal wel méér dan het aantal omgekomen inzittenden van een auto. Het aantal omgekomen automobilisten is in het eerste decennium van de eeuw juist flink gedaald, en bedroeg vorig jaar 220, zes méér overigens dan het jaar ervoor.
Het CBS vergelijkt de cijfers van vorig jaar met begin deze eeuw en stelt vast dat het aantal verkeersdoden fors is gedaald; in 2000 waren er nog 1166 doden te betreuren, destijds vooral als gevolg van dodelijke ongevallen in auto’s. Maar, laat directeur Martin Damen van het Instituut voor Wetenschappelijk Onderzoek Verkeersveiligheid (SWOV) weten, de daling zat vooral in de eerste tien jaar van deze periode. „Sinds 2010 daalt het aantal verkeersdoden niet verder.” Hij pleit voor nieuwe maatregelen om de „omslag naar een daling” te kunnen maken.
Tachtigplusser
Uit de cijfers blijkt opnieuw dat met name ouderen kwetsbaar zijn in het verkeer. Bijna een kwart van alle verkeersdoden was vorig jaar tachtigplusser en dat is bijna drie keer zo veel als jongeren tot twintig jaar. In het begin van de eeuw was deze verhouding omgekeerd. Het aantal dodelijke verkeersslachtoffers nam het meest af bij jongeren tot dertig jaar, meldt het CBS. Vorig jaar overleden 152 jongeren door een verkeersongeluk, tegen 453 in het jaar 2000. „Dit komt vooral omdat jongeren minder vaak verongelukken als inzittende van een personenauto of als bestuurder van een bromfiets.”
Oorzaak van het relatief hoge aantal oudere verkeersdoden is onder meer dat zij vaker aan het verkeer zijn gaan deelnemen. Van alle fietsers die vorig jaar om het leven kwamen reed volgens het CBS „minimaal 44 procent” op een e-bike, en was hoofdletsel in 60 procent oorzaak van overlijden. Volgens SWOV-directeur Damen behoeft de groep fietsende ouderen „blijvende aandacht”, onder meer door de infrastructuur voor fietsers veiliger te maken. Daarnaast, stelt Damen, „kan het stimuleren van het dragen van de fietshelm veel hoofd- en hersenletsel voorkomen”.
Volgens de Fietsersbond is het „hartstikke mooi” dat er vorig jaar „iets minder” fietsers zijn omgekomen in het verkeer dan het jaar ervoor. „Maar het aantal omgekomen fietsers is nog altijd groter dan het aantal omgekomen automobilisten terwijl in ongeveer twee derde van alle gevallen de dood van de fietser is veroorzaakt door een botsing met een gemotoriseerd voertuig”, zegt beleidsadviseur bij de Fietsersbond Ross Goorden. „Dat betekent dat het binnen de auto veiliger is geworden, maar daarbuiten niet.”
Lees ook
Fietshelmen zorgen vooral voor meer onterechte fietsangst
Om die reden pleit de Fietsersbond donderdag voor het verlagen van de maximumsnelheid binnen de bebouwde kom naar dertig kilometer per uur, zoals ruim een jaar geleden in Amsterdam is gebeurd. „Er vallen bijna dertien minder verkeersdoden per jaar”, concludeert een rapport in opdracht van de Fietsersbond, door simpelweg de limiet naar dertig kilometer te verlagen op straten zonder vrijliggend fietspad. Die reductie kan nog veel groter worden, aldus het onderzoek, door ook de infrastructuur voor fietsers te verbeteren, alsmede de handhaving.
Overigens verongelukken fietsers ook wel zonder dat er een botsing aan vooraf gaat. In de jaren tussen 2020-2024 had 36 procent van de verongelukte fietsers van 70 jaar of ouder geen botsing gehad, aldus het CBS.
Lees ook
Fietsen moet veiliger worden, daar lijkt iedereen het over eens: ‘verdubbeling van ernstig gewonden als er niets gebeurt’
Maarten en Marike zien, na weer een onstuimige week, twee vechters in de boksring staan. De VS en China. ‘s Werelds grootste consument, versus ‘s werelds grootste producent.
De twee economische grootmachten bieden tegen elkaar op met torenhoge onderlinge importheffingen. Maar ze zijn niet alleen tegenstanders: deze economieën zijn sterk met elkaar verbonden. Hoe zal de strijd verlopen? Maakt de VS China niet juist sterker, door China’s ontwikkeling onbedoeld te versnellen?
De Russische aanvallen van afgelopen week maken duidelijk dat de Amerikaanse pogingen om de oorlog in Oekraïne te beëindigen vooral een averechtse invloed hebben. Sterker nog, redacteur Rob Schoof ziet dat de Russische president Putin vrij spel lijkt te hebben nu Trump aan de macht is.
Heb je vragen, suggesties of ideeën over onze journalistiek? Mail dan naar onze redactie via [email protected].