Wetenschapsjournalist ‘Sjamadriaan’ ter Braack: ‘Desinformatie bestrijden is dweilen met een open rioolkraan’

Op een grauwe dinsdag eind maart drukt de postbode op de deurbel van wetenschapsjournalist Adriaan ter Braack (38). Die baant zich vanuit zijn houten prefab-kantoor in de tuin mopperend een weg door zijn Amsterdamse benedenwoning. Langs de speelhoek van zijn kinderen van één en drie, blaffend begeleid door Karel, het hondje uit Griekenland. Het zal wel weer een pakket voor de buren zijn, zo gaat het bijna iedere dag. Maar dit keer is de postbode er voor hem: met alleen een envelop en een apparaatje om te tekenen voor ontvangst.

Een brief van een advocatenkantoor. Betreft: Onrechtmatige bewering over Vitakruid.

Vitakruid is de supplementenaanbieder die Ter Braack nogal eens bekritiseert in zijn artikelen, nieuwsbrieven en Instagram-posts. Het bedrijf doet veel aan influencermarketing: op social media prijzen microberoemdheden met vaak tienduizenden volgers de supplementen aan. Magnesiumpillen, multivitaminen – noem maar op. De influencers krijgen op verschillende manieren betaald. Als via hun linkje supplementen worden besteld, verdienen ze bijvoorbeeld een percentage van de verkoop. Maar Vitakruid heeft ook bekende ‘ambassadeurs’, zoals Arie Boomsma, die andere afspraken hebben.

„Uw bewering dat eenieder een ‘verkooplinkje’ bij Vitakruid kan aanmaken en vervolgens namens Vitakruid op social media kan roepen dat hij of zij ‘je van je kanker kan laten genezen’ door een bepaald supplement van Vitakruid te slikken is (…) onjuist en onrechtmatig jegens Vitakruid. Zij houdt u aansprakelijk voor de door u veroorzaakte schade en eist dat u die bewering rectificeert.”

Aan de correctheid van wat hij heeft gezegd in twee radioprogramma’s waar hij te gast was, twijfelt Ter Braack niet: ja, Vitakruid heeft wel een voortraject waarin aspirant-influencers vragen moeten beantwoorden, en ze controleren naar eigen zeggen hun posts, maar een waterdicht systeem is het niet: hij heeft zulke posts over kanker zelf voorbij zien komen. Toch is er die avond milde paniek in huize Ter Braack, een ongerustheid die vooral wordt aangejaagd door vragen die zijn partner hem stelt. Zij was advocaat en is alerter op risico’s dan haar impulsieve vriend. Als Vitakruid de plannen nu doorzet en succes boekt, kan er uiteindelijk aanspraak worden gemaakt op hun gemeenschappelijke bezittingen.

Zelf vraagt Ter Braack zich vooral af: kan hij zijn werk nog wel blijven doen, als de dreiging van een aanklacht boven zijn hoofd hangt?

‘Strijders’

Ter Braack is al jaren wetenschapsjournalist. Hij studeerde natuur- en wiskunde, schreef een boek over natuurwetten, had een baan als redacteur bij het populair-wetenschappelijke tijdschrift Quest, waar hij eind 2022 vertrok toen de redactie uit elkaar begon te vallen. De laatste jaren heeft hij op Instagram onder de naam Sjamadriaan (70.000 volgers) een grote groep aanhangers verworven met berichtgeving over „de online wildgroei aan pseudowetenschap”. Hij post vooral over influencers die twijfelachtige content verspreiden over allerhande gezondheidsinnovaties. Komende week verschijnt zijn tweede boek: Eigen onderzoek eerst. De pseudowetenschappelijke methode.

In zijn nieuwsbrief publiceert hij langere artikelen over online pseudowetenschap. Bijvoorbeeld over actrice en fitnessgoeroe Fajah Lourens, die waarschuwt dat gezichtscrèmes vanwege de microplastics voor overgewicht kunnen zorgen. „Lieve Fajah”, schrijft Sjamadriaan, „een gezichtscrème hoor je op je gezicht te smeren, niet op te eten.”

Sommige artikelen zoomen meer uit: hoe praat je met naasten die in pseudowetenschap geloven, bijvoorbeeld. De toon is soms cynisch, soms ironisch, en altijd met een vleug humor. Als in maart bekend wordt dat er een mazelenuitbraak is, en even later dat er vier baby’s aan kinkhoest zijn overleden, plaatst Ter Braack op Instagram een screenshot van berichtgeving daarover, en bedankt in de begeleidende tekst onder meer stichting Moederhart, een clubje vrouwen gesteund door model Doutzen Kroes, dat zich in coronatijd verzette tegen onder meer vaccinaties voor kinderen. „Strijders”, noemt hij ze, en hij sluit af met „veel liefde”.

We spreken elkaar in de week na de Vitakruid-brief in een koffiezaak in zijn buurt. Van de stress die de brief hem aanvankelijk gaf, is vooral de strijdlust overgebleven. Al is hij nog steeds ontstemd. „Arie Boomsma kan gewoon live op tv bij Renze Klamer zeggen dat mensen magnesiumsupplementen nodig hebben, terwijl dat aantoonbaar onjuist is. Maar ik krijg een advocaat op mijn dak als ik kritiek lever op supplementen die niet werken.”

Waarom is hij eigenlijk begonnen met zijn berichtgeving over Vitakruid? „Op een gegeven moment zag ik iedereen online die pillen aanprijzen. Waarom doen ze dat, vroeg ik me af?” Dat is zijn werkwijze: hij volgt zijn intuïtie en schenkt aandacht aan de onderwerpen die ergernis bij hem opwekken omdat ze niet kunnen kloppen. Vervolgens leest hij wetenschappelijk onderzoek en bevraagt hij experts. „Voor gezonde mensen maken supplementen geen verschil. Ik vind het heel kwalijk als wordt gedaan alsof dat wel zo is. Kijk: zwangere vrouwen hebben bijvoorbeeld foliumzuur nodig en vitamine D, veganisten B12 en mensen die te weinig zonlicht krijgen vitamine D, net als kinderen tot vier jaar. Maar dat zijn specifieke gevallen. En dat gegeven is een soort paraplu geworden waar al die andere shit onder is komen te hangen.”

Het argument ‘baat het niet dan schaadt het niet’ gaat niet op, vindt Ter Braack. Het supplementenbedrijf verkoopt volgens hem moedwillig producten die „geen bewezen werking” hebben. „Op hun site moet je een test doen, en bijna iedereen komt er dan op uit dat je voor tientallen euro’s per maand supplementen moet kopen.” Dat vindt hij crimineel. „Mensen geloven heel graag dat ze er hartstikke gezond door worden.”

Cognitieve dissonantie

Bij verschillende mensen die hij op Instagram volgt, heeft hij gezien dat het aanprijzen van supplementen, homeopathische producten en wondersapjes het begin is van een glijdende schaal. Aan het einde van de rit zijn gezondheidsinfluencers complotdenkers geworden.

„Je ziet steeds een zelfde soort dynamiek. De influencers zeggen iets als: koop kurkuma en voel je beter, volg mijn fitnessregime, koop mijn supplementen. Vervolgens krijgen ze kritiek van artsen en volgers, die hen om bronnen vragen die ze meestal niet kunnen geven. Of ze komen met kleine wetenschappelijke onderzoekjes die geen stand houden. Daarna richt hun kritiek zich in toenemende mate op het héle systeem, op de overheid.”

Er is volgens Ter Braack dan een soort „cognitieve dissonantie” opgetreden: „alsof ze denken dat hun opdrachtgever geen ongelijk kan hebben. Dat waar zij in geloven en betaald voor krijgen wel de waarheid moet zijn”.

Die mensen krijgen volgens Ter Braack steeds meer volgers die het met hen eens zijn, want zo werkt het algoritme. „Langs de zijlijn staan mensen te applaudisseren terwijl zij steeds gekker worden.”

Zijn uitspraken over Vitakruid gaat hij niet rectificeren, heeft hij in de loop van april in samenspraak met een advocaat besloten. Hij heeft wel beloofd om claims over het genezen van kanker niet meer direct in verband te brengen met posts van Vitakruid-influencers. „Prima om dat ene specifieke ding niet meer te doen.”

Vitakruid ziet af van een rechtszaak. In zijn nieuwsbrief reageert Ter Braack stellig: „Ik heb niets incorrects gezegd, dus een kort geding had weinig kans van slagen. Daarom trok Vitakruid haar keutel weer in, toen bleek dat ik niet onder de indruk was van deze driftbui.” Maar eerlijk, zegt hij tijdens een tweede gesprek in de koffiezaak: de gebeurtenis heeft hem wel aan het wankelen gebracht.

Ter Braack vindt het frustrerend. „Alles wat ík post moet ik helemaal uitpluizen, ik controleer alles honderd keer. Ik kan niet zomaar geld verdienen door reclame te maken, want dan neemt niemand me meer serieus. Ik ben weleens gevraagd om reclame te maken voor verantwoord Ozempic-gebruik. Mensen zien me aankomen. Ik kan geen samenwerkingen aangaan met de farmaceutische industrie. Dus aan het einde van de rit kost alles mij tien keer zoveel tijd als je het vergelijkt met die onzininfluencers, terwijl ik er niks aan verdien.” Diepe zucht: „En dat is dus het speelveld waar ik me in bevind.”

Foto Merlijn Doomernik

Alleen maar gezeik

De weken voordat zijn boek naar de drukker gaat heeft hij slapeloze nachten. Als halverwege mei tijdens een derde gesprek, dit keer aan de keukentafel, de postbode voor de tweede keer aanbelt met een pakketje voor de buren, beent hij tierend naar de voordeur. In Eigen onderzoek eerst laat hij aan de hand van herkenbare voorbeelden de verspreiding van desinformatie in Nederland en daarbuiten zien. Daar mogen geen fouten in sluipen. „Ik neem anderen de maat, dus als ikzelf fouten maak, word ik er keihard op afgerekend.”

Ter Braack worstelt ook met de manier waarop hij zijn boodschap wil overbrengen. Hoewel hij een boek te verkopen heeft, wil hij aanvankelijk niet meewerken aan een persoonlijk interview met NRC. „Daar komt alleen maar gezeik van.”

Hij wil zijn boodschap zelf in de hand houden. Dat is ook de reden dat hij aanvankelijk niet over de dood van zijn vader wil praten. In een essay schreef hij eens hoe zijn vader, die leed aan ALS, in diens laatste levensmaanden zwichtte voor alternatieve geneeswijzen. Ter Braack was achttien. Zijn vader deed eigen onderzoek en kwam uit bij iemand die hem vertelde dat bioresonantie – het lichaam ‘in balans’ brengen met trillingen – al vaak heeft geholpen bij mensen met een spierziekte. Uit zijn boek: „Niet zelden hoor ik dat mensen, net als mijn vader, het alternatieve circuit opzoeken, niet eens omdat ze uitbehandeld zijn, maar gewoon omdat ze zich niet gehoord voelden door de reguliere zorg. En laat een beetje natuurgenezer daar nou net uitstekend in zijn: urenlang luisteren naar je probleem zodat je je gehoord voelt, om vervolgens een diagnose uit de duim te zuigen, zodat je weet waar je mee te maken hebt. In zekere zin is dit ook waar populaire welzijnsmythes bijzonder goed op inspelen.”

Het zou logisch zijn als wat hij nu doet ten dele is voortgevloeid uit wat hij in zijn tienerjaren zag gebeuren. „Het geeft me begrip voor mensen die vallen voor iets stompzinnigs, maar het drijft me niet. Ik wil de herinnering aan hem hiermee niet bezoedelen. Ik wil niet dat zijn dood mijn verhaal wordt. Ik doe gewoon wat ik doe.”

Zijn vriendin Evelien vertelt aan de telefoon dat ze niks wist over de alternatieve therapieën waar Ter Braacks vader mee bezig was, totdat hij er vorig jaar over schreef. Ze zijn acht jaar samen. Zij ziet vooral dat niets hem zo ziedend maakt als desinformatie van influencers met een groot bereik.

„Impliciet zeggen ze dat mensen die niet zo succesvol zijn, het simpelweg niet graag genoeg willen”

Bougie herinnert zich de periode dat hij wegging bij Quest. Er was een nieuwe hoofdredacteur aangekondigd en die bleek verschillende pseudowetenschappelijke theorieën aan te hangen. Ter Braack postte er op X over en moest op het matje komen bij de directie. Hij vreesde voor juridische stappen. Bougie: „Ik was net zwanger van ons tweede kind en heb toen wel tegen hem geschreeuwd. ‘Je kan altijd nog barista worden.’ Maar het werd een site met abonnees.”

Als Ter Braack na lang wikken en wegen toch wil meewerken aan een artikel van NRC, waarvan hij hoopt dat het mensen aan het denken zet over desinformatie, wil hij niet op de foto. „Het gaat niet om mij, snap je? Anders ben ik ook iemand geworden die zichzelf veel te serieus neemt. Een van de redenen dat we nu in dit gezeik zitten, is dat we anderen verafgoden en niet meer naar de inhoud kijken.”

De spanning over Vitakruid is halverwege mei een beetje weggezakt. Het gesprek gaat over wetenschapscommunicatie, die wat hem betreft ruimte laat ontstaan waarin desinformatie kan woekeren. „Op een gegeven moment zijn we de wetenschap sexy gaan maken. Dat deden we bij Quest natuurlijk ook. Ik herinner me een bericht over dat bier gezond is, omdat uit een onderzoekje bleek dat er gezonde ingrediënten in zitten. Maar wetenschap is eigenlijk heel saai en complex. Er kunnen geen grote conclusies worden getrokken uit één onderzoekje. Daar moeten we eerlijk over zijn.”

Die ochtend heeft hij sinds weken weer iets op zijn Instagram-pagina gepost. „Het moest weer even”, zegt hij, want het was door het werken aan zijn boek wel erg lang stil geweest. Het is een filmpje geworden waarin hij een fotoshoot voor het spirituele tijdschrift Manifestatie Magazine becommentarieert. Begeleidende tekst: „Omdat iedereen nogal van slag is vanwege het regeerakkoord, bij deze een hart onder de riem. Een inspirerend samenwerkingsverband van elke poldergoeroe die het land rijk is.”

Een grote groep bekende coaches en influencers poseert in spijkerpakken en zingt mee met ‘We Are the World’. Ter Braack als commentator: „Dit zijn dus mensen die allemaal, stuk voor stuk, rijk, welvarend en geprivilegieerd genoeg zijn om zich bezig te houden met zaken als spiritualiteit en vijf keer in de week in de sportschool staan.” Later, plagerig: „En zij denken dus daadwerkelijk dat ze met zijn allen wereldproblematiek aan het oplossen zijn. Want ze zijn een lied aan het zingen dat is geschreven om geld in te zamelen voor de Afrikaanse hongersnood in de jaren tachtig.”

Waar komt hij op uit, als hij deze post langs zijn eigen meetlat legt? Is wat zij doen schadelijk? Ja, zegt hij, dat „witte rijke vrouwen” doen alsof je alles kunt krijgen door het te ‘manifesteren’ – er heel hard aan te denken als het ware – vindt hij schadelijk. „Impliciet zeggen ze dat mensen die niet zo succesvol zijn, het simpelweg niet graag genoeg willen.”

Op mindere dagen voelt Ter Braack zich „een roepende in de woestijn”, zegt hij. Doutzen Kroes, Fajah Lourens en Arie Boomsma hebben een veelvoud van zijn volgers. Op betere dagen ziet hij dat mensen van mening veranderen door zijn posts. Hij weet van mensen die gestopt zijn met het promoten van supplementen, doordat hij ze wees op het gebrek aan bewijs. Maar desinformatie bestrijden is „dweilen met een open rioolkraan”. „Je kunt er af en toe wat drollen uitvissen, maar het blijft gewoon maar stromen.”

Foto’s: Merlijn Doomernik