Het officiële dodental in Gaza vanwege de oorlog die Israël daar voert tegen Hamas, is structureel onderschat. Dat melden onderzoekers van onder meer Yale universiteit en de London School of Hygiene and Tropical Medicine donderdag in een publicatie in het onafhankelijke medisch-wetenschappelijke tijdschrift The Lancet.
Het dodental in de eerste negen maanden van de oorlog, van oktober 2023 tot medio 2024, lag waarschijnlijk 41 procent hoger dan de Palestijnse autoriteiten bekendmaakten, onderzochten de academici. De onderzoekers van The Lancet schatten dat in de eerste negen maanden het aantal doden in Gaza 64.260 moest zijn geweest.
Op dit moment ligt het dodental volgens de laatste cijfers van het Gazaanse ministerie van Volksgezondheid op zeker 46.006. Over de laatste paar maanden heeft het tijdschrift geen onderzoek gedaan, maar dat aantal zal vermoedelijk ook hoger liggen.
Rekenmethode
The Lancet noemt de cijfers van slachtoffers die vrijgegeven worden door het Palestijnse ministerie van Volksgezondheid of door Hamas-autoriteiten in Gaza, in het verleden altijd betrouwbaar. Ook NRC beschouwt deze cijfers doorgaans als accuraat. Maar door de regelmatige Israëlische aanvallen op ziekenhuizen en andere zorginstellingen, zijn de elektronische overlijdensaktes in de Gazastrook minder goed bij te houden, zeggen de onderzoekers.
Voor de rekenmethode is er onder meer gekeken naar hoe sterfgevallen in andere conflictgebieden werden berekend, zoals in Kosovo en Soedan. Uit getuigenverslagen en andere rapporten is gebleken dat een aanzienlijk aantal doden dat onder puin ligt van ingestorte gebouwen, daar begraven blijft en daarom niet in tellingen wordt meegenomen.
Het onderzoek zegt dat 59,1 procent van de dodelijke slachtoffers vrouwen en kinderen waren, en mensen ouder dan 65 jaar. Het geeft geen schatting van hoeveel Hamas-leden gedood zijn.
In juli vorig jaar publiceerde The Lancet ook al een dergelijk onderzoek: toen werd geschat dat het totale dodental in de Gazastrook als gevolg van de aanhoudende Israëlische (lucht)aanvallen nog kon oplopen tot 186.000.
Liveblog Crisis in het Midden-Oosten
Wetenschappers: totale dodental in Gaza ligt zelfs 41 procent hoger
De rechtbank in Groningen heeft de 52-jarige Brit Robert D. vrijdag veroordeeld tot een levenslange celstraf, omdat hij opdracht gaf voor de moord op Gerard Meesters in 2002. Daarmee volgt de rechtbank de eis van het OM. D. zit op het moment een 22-jarige gevangenisstraf uit in Frankrijk voor de import van 1.200 kilo cocaïne en was niet bij de uitspraak aanwezig.
„Het gaat om een koelbloedige moord op een volstrekt onschuldig slachtoffer”, zei de rechtbankvoorzitter, „een nietsontziende, ontwrichtende moord”, aldus persbureau ANP.
Docent Gerard Meesters, destijds 52 jaar, werd op 28 november 2002 neergeschoten in de hal van zijn woning in Groningen. Zijn zus zou samen met een vriendin drugs hebben gestolen van een Engelse bende, Meesters werd geliquideerd als afrekening. De schutter, Brit Daniel S., kreeg in 2006 al een levenslange gevangenisstraf.
Het Rotterdams Transkoor zingt vrij laag. De stem van trans mannen verandert vanzelf na hormooninjecties. Ze krijgen de baard in keel, net als jongens in de puberteit. Bij trans vrouwen werkt het anders. Hun lichaam verandert na oestrogeeninjecties, maar hun stem niet. Zij kunnen hooguit iets bijsturen met logopedie.
Het is zoals het is. Het maakt niemand iets uit. Alle leden houden van het koor, dat acht jaar bestaat. Het is waarschijnlijk het enige trans koor van Nederland. Het 8-jarig bestaan is net gevierd met familieleden en vrienden. Ze praten er over na in een kring op de locatie in Rotterdam-Zuid.
Het feestelijke optreden was spannend, er gingen een paar dingen mis. Een plug schoot opeens los uit de elektrische piano, iemand wist met een snoekduik het euvel te verhelpen. Het meeste ging goed: niemand viel van het podium. Het publiek, vooral familie en vrienden, ging uit z’n dak. Er werd prachtig gezongen. En vrijwel iedereen voelde zich op z’n gemak.
Dat laatste is het belangrijkste want alle koorleden zijn bekend met een intens gevoel van ongemak. Spreek met hen en je leert dat het ongemak uit veel facetten bestaat: het is het gevoel niet te kunnen zijn wie je bent. Het is het uit de kast komen als transgender persoon of als queer en de reactie daarop van anderen: ouders, familie, vrienden, bekenden en onbekenden. En het is het lange en vaak moeizame traject van worden wie je wél bent.
Alle leden houden van het koor, dat acht jaar bestaat
Er is geen ongemak op de donderdagavonden. Dat maakt die avonden zo belangrijk voor de koorleden. „Het is voor mij een verademing een ruimte binnen te komen en niet de enige in iets te zijn”, zegt Lenn Vlassak (31).
„We delen allemaal het transgender-aspect”, zegt Skylar Neeleman (25).
„Ook voor je transitie kan je bij het koor al zijn wie je wil zijn”, zegt Reno de Vries (33).
„Vervelende vragen die ik krijg van buitenstaanders, vertel ik aan de anderen op donderdagavond”, zegt Marion Ter Meer (76). „Dan ben ik het kwijt.”
Eenheid smeden
Het koor werd opgericht door een paar transgender personen (de organisatie vindt het woord transgenders te hard klinken) die het leuk vonden om niet alleen met elkaar te praten maar ook iets te doen: zingen bijvoorbeeld. Zangdocente en zangeres Nadja Voigt ging het koor leiden. De leden lopen met haar weg omdat ze goed lesgeeft en tegelijkertijd een groep zangers die zeer uiteenloopt in leeftijd en achtergrond steeds tot een eenheid wist te smeden. Ze heeft oog voor gevoeligheden, onzekerheden en misverstanden die kunnen ontstaan.
Het koor is onderdeel van het Expertisecentrum Seksualiteit, Sekswerk en Mensenhandel (ESSM), dat valt onder stichting Humanitas. Het centrum biedt hulpverlening aan mensen met een lhbtqiap+-achtergrond uit Rotterdam. Zo zijn er supportgroepen en is er persoonlijke begeleiding. Er is een supportgroep voor trans mannen, één voor trans vrouwen, één voor jongeren vanaf middelbareschoolleeftijd en een groep voor naasten en partners. En er is een tussengroep voor zoekenden in hun seksualiteit, (gender)expressie en genderidentiteit, waar de vraag centraal staat: wie ben ik in deze heteronormatieve samenleving? En, o ja, er is ook nog een huiskamer voor lhbtqiap+-jongeren vanaf zestien, The Hang-Out 010, op een geheime plek in Rotterdam.
We delen allemaal het transgender-aspect
Mat Schellekens is coördinator van het Transkoor en bewaakt de koorleden zoals een kip haar kuikens. Want juist de mensen die nog niet helemaal doorvoelen dat ze kunnen zijn wie ze zijn, kunnen in een kwetsbare positie zitten, zegt hij. Tegelijkertijd wil hij ze niet verstoppen want dat is nergens voor nodig. „Het zijn juist vaak sterke mensen.” Bovendien, er zijn meer mensen die baat hebben bij het Transkoor, denkt hij. En die moeten weten dat het bestaat. „Het is een plek waar je jezelf kunt zijn, waar iedereen de juiste voornaamwoorden gebruikt. Mensen komen omdat ze het leuk vinden, niet omdat ze hulp nodig hebben.”
Geen uitleg nodig
Die praatgroepen zijn fijn in het begin, zegt trans man Reno de Vries (33). Vlak voor en tijdens zijn transitie voelde hij zich vaak onbegrepen en kon daar zijn hart luchten bij mensen die geen uitleg nodig hadden. Tegelijkertijd ging het in die groepen vooral over problemen. Bij het koor is daar ook ruimte voor maar door het zingen is het veel lichter. Tussendoor steun je elkaar, zegt hij.
Mensen komen omdat ze het leuk vinden, niet omdat ze hulp nodig hebben
Het koor is ook een vriendengroep. Reno ging tegelijk met twee koorleden in transitie. Ze bezochten elkaar als ze aan het herstellen waren van een operatie. Maar ook de periode ervoor was fijn, zegt Reno. Als je aan een transitie begint, heb je zoveel vragen. Bij het koor waren mensen al verder. Die konden uitleggen.
Trans man Skylar vond het fijn dat hij bij het koor kon zien hoe het eruit zou kunnen zien. Hij was 16 toen hij bij het koor kwam en dat was nog voor zijn transitie. „Ik was toen de jongste, voelde me erg welkom. En de anderen waren bezorgd over me. Ik mocht niet alleen op de fiets naar huis.”
Voor Lenn Vlassak (31) betekent het koor een ruimte in kunnen lopen zonder de uitzondering te zijn. „Iedereen kan honderd procent zichzelf zijn. Iedereen weet hoe het voelt om dat niet te kunnen en kent de worsteling om daar uit te komen.” Lenn is non-binair en had daar tot drie geleden zelf nooit van gehoord, maar wel een onbestemd gevoel van onbehagen. „Het ging in een podcast over non-binair en ik dacht: dát ben ik.”
Trans mensen krijgen relatief vaak te maken met onbegrip van naaste familie en vrienden. Voor veel leden is het koor een chosen family, zegt Mat Schellekens. Reno heeft het geluk, zegt hij, dat zijn familie hem steunt. Lenn vertelde aan vrienden en familie ruim twee jaar geleden dat die non-binair is. Dat betekende afscheid van de gehele familie én vrienden, op diens partner en één vriendin na. Lenn komt uit een klein dorp, net over de grens met België, waar iedereen elkaar kent. „Voor mijn moeder voelde mijn outing als bedrog, mijn vader, broer en de rest van de familie volgden haar daarin”, zegt Lenn. „Ik heb daar veel verdriet van, ik ben een familiemens.” Lenn woonde toen al in Rotterdam. „Daar vond ik een omgeving waarbinnen ik gevierd werd, niet getolereerd.”
Ook trans vrouw Marion Ter Meer (76) ziet tot haar verdriet haar kinderen en ex-vrouw niet meer. Zij leefde haar hele leven als man en kleedde zich alleen binnenshuis soms als vrouw. Ze besloot pas na haar pensionering in transitie te gaan. Pas toen ze niet meer werkte, had ze het gevoel dat het kon. Het leidde volgens haar tot de scheiding met de vrouw die ze liefhad. Zeven jaar geleden kwam ze naar Rotterdam om een nieuw leven te beginnen. Op zoek naar contact kwam ze bij het koor terecht.
Reno heeft het geluk, zegt hij, dat zijn familie hem steunt
Een zegen, zegt ze. De leden begrijpen elkaar. Een man in de seniorenflat waar ze woont, vroeg in de lift botweg wat ze nou was; een man of een vrouw. Ze voelde woede maar kon niets uitbrengen. Ze kon het delen met het koor. Overigens zette ze hem later en plein public vakkundig te kakken in de gemeenschappelijke ruimte van de flat. Daar konden ze dan bij het koor weer hartelijk om lachen.
Transgender personen herkennen die situaties. Lenn zegt dat die het aanvankelijk weglachte. Nu geeft die aan met welke voornaamwoorden die aangesproken wil worden. „Als ze zeggen: ‘ik ga m’n best doen’, zeg ik: ‘ik weet zeker dat het je lukt’.” Met impertinente vragen gaat Lenn tegenwoordig confrontatie niet uit de weg. „Als iemand vraagt wat ik in mijn broek heb, zegt ik: ‘ik vraag toch ook niet hoe lang jouw piemel is’. Dan is het meestal klaar.”
Het is ook een generatiekwestie, denkt Marion. Ook al is ze zelf trans, ze heeft moeite met de voornaamwoorden van queers en alle Engelse woorden waar jongeren mee komen. „Zij hebben hun leven, ik het mijne. Ik heb geleerd dat ik queers gewoon bij de voornaam moet noemen, dan kan je geen fout maken.”
Bitterballen
Koorleden die een geslachtsbevestigende operatie ondergaan, krijgen extra steun. Marion onderging verschillende operaties voor haar transitie die niet allemaal goed gingen. Ze had veel pijn en moest lang herstellen. „Het medeleven, de kaarten en appjes van de koorleden deden me toen erg goed.”
Op een gegeven moment dacht Reno: ik heb het koor niet meer nodig. Hij was wie hij wilde zijn. Hij zag er ook zo uit. Er was niemand die dat in twijfel trok. Hij dacht: als ik stop kom ik ook helemaal geen mensen meer tegen zoals ik. Hij bleef.
Marion voelde zich het afgelopen jaar opeens wat te oud worden voor het koor. Ze kende de liedjes die werden gezongen niet, ze had moeite die onbekende teksten uit haar hoofd te leren. Maar opstappen wilde ze niet. Ze zit nu in het bestuur en komt niet meer elke week, maar wel regelmatig. „Dan neem ik m’n airfryer mee en bak ik bitterballen.”
Elf jaar geleden verdween Josh, de verloofde van detective Kat (Rosalind Eleazar) plotseling uit haar leven, en nu treft ze hem aan op een dating-app, onder een andere naam. Bij de Britse politie werkt ze op de afdeling vermiste personen dus dat komt goed uit. In de zoektocht naar haar verdwenen liefde, en naar twee andere vermisten, haalt ze van alles overhoop, van de eerdere moord op haar vader tot een sinistere afpersingszaak van een hondenfokker (Steve Pemberton) die mensen opsluit in zijn schuur. Op het einde blijken alle zaken met elkaar samen te hangen, met de dating-app en Josh als verbindende elementen. De scènes op die horrorboerderij zijn de hoogtepunten van de serie.
Missing You is op het moment van schrijven de best bekeken serie op de streamingdienst – zelfs beter bekeken dan Squid Game 2. De serie is gebaseerd op de gelijknamige misdaadroman van Harlan Coben, een geliefde thrillerschrijver van wie de dramabewerkingen ook hits zijn. Op Netflix zijn er al tien te vinden, Coben heeft beloofd er veertien te maken. Momenteel schrijft hij een boek samen met actrice Reese Witherspoon (Legally Blonde, Big Little Lies). Opvallend is dat de handeling van zijn Netflix-bewerkingen vaak van de VS naar Europese landen zijn verplaatst. Zo speelt Missing You zich niet af in New York, zoals het boek, maar in Londen.
De zoektocht naar vermisten personen is vaak het uitgangspunt van Cobens, evenals onverwachte levenstekens van verloren gewaande dierbaren. Dat was althans ook zo in zijn vorige serie, Fool Me Once, en in zijn volgende, I Will Find You. De Coben-series horen bij het beleid van Netflix om meer op traditionele televisie te gaan lijken, inclusief dit soort genrestukken – betaalbare, vergetelijke misdaadseries zonder veel gekkigheid.
Lekker volle plots en gewaagde wendingen zijn Cobens handelsmerk. Het uitgangspunt van Missing You is sterk en de plot voert je ook dit keer razendsnel van verrassing naar verrassing, zodat je je geen momenteel verveelt. Daarbij schieten wel de karakterontwikkeling en de persoonlijke relaties erbij in. Niet heel erg. Wel jammer is dat de serie niet goed is afgehecht. Gaandeweg ontdekt Kat dat ze jaren in een leugen leefde, maar dat heeft vreemd genoeg geen gevolgen voor de relatie met haar omgeving. En wanneer ze eindelijk de ontknoping nadert, stopt de verder zo doortastende rechercheur opeens met kritische vragen stellen. Zit je toch weer tegen het tv-scherm te schreeuwen: „Vráág het nou!”