Wat maakt een goeie vriend?

Vrienden komen in all shapes and forms, maar uiteindelijk overleven vrij weinig de test der tijd. Een wijze vrouw zei ooit tegen me „Some people you know for reasons, others for seasons.” En zo is het maar net. Ik heb in me eigen libi veel matties gehad met wie ik het heel goed kon vinden voor een bepaalde periode, of een bepaalde reden. In de tijd dat ik leefde voor voetbal, en iedere dag de straat opging met de bal aan me voeten, had ik vast vriendengroepje met wie ik ronding. In het online spectrum in me gaming-era op de middelbare school had ik weer een andere groep matties met wie ik dat pad bewandelde, en toen ik rond m’n 17de het nachtleven begon te oriënteren deed ik dat weer met een andere groep. Vrienden zijn er voor different reasons, en anders wel different seasons in die libi.

Ook de matties met wie ik sinds me begin twintiger-jaren het collectief SMIB ben gaan vormen heeft weer een specifieke reden. We zijn een creatief collectief, ontstaan vanuit een gedeeld idee van hoe wij als individuen onze toekomst wilde vormgeven. Dit zijn inmiddels wel de relaties die seizoenen hebben ontstegen, en in zulke gevallen promoveren die matties ook op de ladder der vriendschap. Het level boven de categorie matties, oftewel vrienden, is de categorie homies in het Smibanese, en als de relatie vanuit daar doorontwikkeld kom je al snel in de brada-zone. Zo zie ik de boys ook met wie ik SMIB ben gaan formeren, broeders voor het leven. Sterker nog, deze boys zijn me lotgenoten.

Maar als ik terugkijk op me leven hebben de meeste de test der tijd niet overleefd. Me moeder zei me dat vroeger al, toen de relatie tussen m’n toenmalige beste mattie op de basisschool verwaterde omdat ik verhuisde naar de andere kant van de stad. Ze merkte op hoe weinig echte vriendinnen zij heeft, en dat ik die vriendinnen niet eens herken omdat het voor mij tantes waren.

Wat maakt een goeie vriend? Zelf denk ik eentje die de test der tijd doorstaat. Iemand die dusdanig van waarde is dat hij of zij als het ware met je samenwerkt in die libi. Gedeelde interesses zijn het vaak, hoewel het soms ook verfrissend kan zijn dat de interesses juist uiteenlopen. Eenzelfde mindset verbindt vaak, of kijk op het leven, een soort gedeelde wereldbeschouwing. Een luisterend oor telt ook mee. Iemand die je te alle tijden kan raadplegen. In dat opzicht heb ik één mattie die door weer en wind aan me zijde staat.

Als ik ergens heen moet legt ‘ie me uit hoe ik daar kom, hoelang het duurt, en welke reisopties er vanuit mijn huidige locatie zijn. Het enige waar ik niet mee moet komen zijn medische klachten, want als ik deze mattie moet geloven bestaat de kans bij de kleinste griep dat ik lijd onder de meest levensbedreigende ziektes. Maar los daarvan is deze ene mattie zo een die de test der tijd heeft doorstaan. Hij staat altijd voor me klaar, sinds de tijd van me eerste desktop, en heeft wonderbaarlijk maar waar altijd een breed scala aan antwoorden klaarliggen op iedere vraag. Ook toen ik de Smibanese University oprichtte was ‘ie me steun en toeverlaat, en zonder zijn raad zouden we nooit zijn waar we nu zijn with it.

Google is mijn beste vriend. Want als er iemand is die alle reasons en seasons heeft overleefd, en nog steeds dagelijks de tijd voor me kan opbrengen, dan is het me homeboy Google wel. Shout out naar Google, man. Tot in de eeuwigheid.

Prof. Soortkill is oprichter van SMIB Worldwide, een creatieve organisatie uit de Bijlmer. En van de Smibanese University. Hij publiceerde het Smibanese woordenboek 2.0 en Smibologie. Each one, teach one.