Wat Europa moet leren van Qatar-gate


In Europa Caroline de Gruyter

In Europa

In december nodigde een Frans radioprogramma twee gasten uit om over ‘Qatar-gate’ te praten, het omkoopschandaal bij het Europees Parlement: een Europarlementariër en een Figaro-journalist die over het Midden-Oosten schrijft. Binnen een paar minuten ging het gesprek amper nog over de cash die thuis bij een Griekse Europarlementariër was gevonden, of over de huizen en kantoren die waren doorzocht. Nee, er kwamen verhalen los over hoe Qatar ook in Frankrijk met geld smijt. Onder president Sarkozy zouden politici niet vies zijn geweest van ‘cadeaus’ uit het Golfstaatje. In 2016 onthulden Franse journalisten dat een Franse staatssecretaris geld had gekregen van Qatar. President Macron zou zulke kostbare geschenken hebben gekregen dat hij die stilletjes via de Franse ambassade in Doha had teruggegeven.

De Belgische justitie is volop met Qatar-gate bezig. Niemand weet wat er verder boven water komt, wat de verdachten precies deden in ruil voor geld en hoe ver – naast Marokko – de zaak nog uitwaaiert. Maar de verhalen over de Qatarese spendeerdrift in Parijs en elders geven wel een voorzichtige indicatie waar deze zaak over gaat. Niet zozeer over de „geloofwaardigheid van Europa”, zoals de Duitse minister Baerbock zei, of „vertrouwen in onze instellingen”, zoals Commissievoorzitter Von der Leyen opperde. Zolang Qatar-gate beperkt blijft tot het Europees Parlement, zijn zulke conclusies voorbarig. De directeuren van vier Duitse financiële toezichthouders zijn sinds 2021 ontslagen. Ook in Duitsland of Nederland zijn er weleens corruptiezaken. Hoe stuitend die ook zijn, niemand suggereert ooit dat ze „de reputatie van alle Duitse/Nederlandse publieke instellingen schaden”. En terecht. Voorlopig kunnen we beter focussen op dingen die we wel weten en lessen die we daaruit moeten trekken.

Er rest één oplossing: zelf onkreukbaar worden

De eerste les is dat het Europees Parlement, dat laksere lobby- en integriteitsregels heeft dan de Europese Commissie, de rotte appels uit de mand moet gooien en snel maatregelen moet nemen om te voorkomen dat er meer omkoopschandalen komen. „Er komt geen straffeloosheid. Geen enkele”, zei Parlementsvoorzitter Roberta Metsola. Daar moet ze de komende tijd aan gehouden worden.

Andere Europese instellingen moeten, zelfs als ze buiten schot blijven, hun anti-corruptieregels tegen het licht houden. Want de tweede les van Qatar-gate is precies wat op de Franse radio al bleek: landen als Qatar gebruiken in een mercantilistische wereld, waarin meerdere machten elkaar naar het leven staan, hun rijkdom steeds meer om vrienden te kopen – een vorm van geopolitiek dekking zoeken. Lobby-expert Ben Freeman van het Quincy Institute in Washington zei over Qatar-gate: „Dit is het topje van de ijsberg. Voor elke kakkerlak die je ziet, zitten er nog twintig achter de kast.”

Qatar, de Emiraten en Saoedi-Arabië, die onder zware Amerikaanse en Chinese druk staan om partij te kiezen, staan in Washington nu in de klanten-top-10 van lobbybureaus. Qatar financiert het jaarlijkse baseball-toernooi van het Congres. Het zou afgelopen tien jaar voor 440.000 pond aan reizen voor Britse parlementariërs hebben betaald. In 2017 begonnen Saoedi-Arabië en de Emiraten een hetze tegen Qatar. Sindsdien verviervoudigde het militair hulpeloze Qatar zijn Amerikaanse lobbybudget. Het financiert of koopt Europese musea, mediabedrijven, denktanks en universiteiten. Kwestie van „investeren in de volgende generatie”, aldus Freeman. Als het illegaal wordt, en dat komt uit, zoals met Qatar-gate, betalen Europese handlangers een hoge prijs. Qatar zelf loopt weinig schade op – ‘wasta’, het systeem van connecties dat je met cadeaus en gunsten onderhoudt, is in de Arabische wereld doodgewoon.

In Brussel en andere Europese hoofdsteden moet men beseffen dat er steeds meer smeergeld hierheen komt. We kunnen gulle gevers stoppen als we ze zelf op de blaren laten zitten. Maar nu wij Qatar smeken om gas en Marokko om terugname van migranten, wordt dat straffen steeds moeilijker. Dus rest ons maar één oplossing: strenge maatregelen, betere controles. Zelf onkreukbaar worden, kortom.

Caroline de Gruyter schrijft wekelijks over politiek en Europa.