Woensdag dobberde het Chinese vrachtschip de Yi Peng 3 ergens in de nauwe zeestraat tussen Zweden en Denemarken, die de Oostzee verbindt met de Noordzee. Niet ver van de Yi Peng 3 dreef een patrouilleschip van de Deense marine. Volgens de Deense publieke omroep DR lagen de twee schepen ongeveer twee kilometer bij elkaar vandaan, allebei voor anker.
Reden voor de Deense belangstelling: het Chinese schip passeerde zondag en maandag twee plekken waar belangrijke datakabels op de zeebodem lagen en minderde daar sterk vaart. Sinds die tijd zijn de kabels die onder meer Duitsland met Finland verbinden beschadigd, waardoor het telecomverkeer ging haperen.
De Duitse minister van Defensie Boris Pistorius sprak dinsdag meteen van sabotage. De Duitse en Finse regering wezen beide naar Rusland als mogelijke dader. Moskou zou een en ander met China hebben gecoördineerd – het schip was even daarvoor vertrokken uit de Russische havenstad Oest-Loega, vlak bij Sint-Petersburg. „We weten dat Rusland de capaciteit heeft en de bereidheid om sabotageacties in Europa uit te voeren”, zei de Finse minister van Defensie Antti Häkkänen.
Als de aantijging klopt, is deze week gebeurd waarvoor lange tijd werd gevreesd. Al enkele jaren zijn er verdenkingen van – op zijn minst – intense belangstelling van geopolitieke tegenstrevers als Rusland en China voor grote kwetsbaarheden van het Westen: de duizenden kilometers aan relatief onbeveiligde onderzeese kabels en leidingen in bijvoorbeeld de Noordzee en Oostzee. Die vervoeren immense stromen aan data en energie van het ene naar het andere land. Regelmatig worden bijvoorbeeld Russische schepen aangetroffen op de Noordzee boven plekken waar belangrijke kabels en leidingen lopen. Drie van deze (glasvezel)kabels komen bij Zandvoort aan land, waarmee ook Nederland een even belangrijk als kwetsbaar knooppunt is geworden.
NAVO-verdrag
De onmiddellijke schade als gevolg van de incidenten van maandag en dinsdag viel mee. Het haperende data- en telecomverkeer naar onder meer Duitsland kan met goede back-ups worden ondervangen. Het voorval komt niet in de buurt van een aanval op een van de NAVO-lidstaten, zoals omschreven in artikel 5 van het NAVO-verdrag. Daarvoor is veel omvangrijkere en ontwrichtendere schade nodig.
Ondertussen versterken de gebeurtenissen wel het gevoel van strategische kwetsbaarheid in het Westen. Dat gevoel wordt nog aangewakkerd door onzekerheid of ‘heterdaadjes’ zoals wellicht bij de bemanning van de Yi Peng 3, wel effectief kunnen worden aangepakt.
Het Deense ministerie van Defensie bevestigde woensdagmiddag dat een van de patrouilleboten in de buurt van de Yi Peng 3 is, maar deed verder geen mededelingen. Het Chinese schip bevindt zich volgens diverse berichten net buiten de territoriale wateren van Denemarken. „In zo’n geval zijn je mogelijkheden zeer beperkt”, zegt Martin Fink, maritiem en oorlogsrechtspecialist van de Nederlandse Defensie Academie. „Je kunt een schip buiten je territoriale wateren niet zomaar tot stoppen dwingen en aan boord gaan. Daarvoor geldt als uitgangspunt dat je toestemming nodig hebt van, in dit geval, de Chinese autoriteiten.” En zelfs als het schip binnen de territoriale wateren wordt ‘aangehouden’, is succes lang niet verzekerd, zegt Fink. „Je kunt aan boord, maar hoe ga je vervolgens een eventuele verdenking hard maken? En wie ga je vervolgens aanklagen, zeker als een land als China erbij is betrokken?”
Klimaatverandering
Wie wil weten wat het Westen tot nu heeft ondernomen om onderzeese kabels en leidingen beter te beschermen, belandt in eerste instantie in de civiele sector. Niet-militaire organisaties zoals de International Cable Protection Committee (ICPC) zijn al veel langer met het onderwerp bezig. Reden: talloze natuurrampen en de effecten van klimaatverandering. Orkanen zoals Katrina in de VS (2005), vulkaanuitbarstingen zoals op het eiland Tonga in de Stille Zuidzee (2022) gevolgd door verwoestende tsunami’s beschadigen infrastructuur en stations waar leidingen en kabels aan land komen.
In reactie op dit soort gebeurtenissen werden steeds meer kabels verzwaard met nieuwe soorten omhulsels. Daardoor zijn ze minder gevoelig voor invloeden van buiten, en dat maakte ze ook moeilijker ‘door te knippen’ voor saboteurs. Daarnaast werden steeds meer satellieten in de lucht en sensoren in het water ingezet om – veranderende – stromen en onderstromen in de gaten te houden. Door incidenten als nu met de Yi Peng 3 komt er waarschijnlijk meer druk van militaire organisaties op civiele organisaties als de ICPC om hun kennis te delen.
Het Nederlandse onderzoeksinstituut TNO ontwikkelde een methode om trillingen in en boven de zeebodem waar te nemen bij aardverschuivingen. Die civiele techniek kan ook worden gebruikt om verdacht maritiem verkeer te detecteren. Het is onbekend of deze methode van TNO al militair wordt toegepast. De methode werkt met zogenoemde dark fibers, niet in gebruik zijnde glasvezels van glasvezelkabels. Deze fibers kunnen als sensor werken om trillingen van schepen in de buurt op te vangen.
Zoals elke elektronische actie zal ook deze innovatie tegenmaatregelen uitlokken. Met name zogeheten Stealth-methodes om bijvoorbeeld onderzeeërs onopgemerkt te laten rondvaren (‘acoustic quieting’) door hun trillingen te onderdrukken zijn inmiddels ver ontwikkeld. „De wedloop rond stille onderzeeboten is al decennia gaande”, zegt geofysicus Vincent Vandeweijer, via TNO betrokken bij de ontwikkeling van darkfiber-techniek. „Het kan heel goed dat die stiltetechnieken ook bij sabotage-acties toegepast gaan worden.”
Lees ook
Ook onderzeese internetkabels zijn kwetsbaar voor sabotage
Militair hebben westerse landen inmiddels het nodige ondernomen, variërend van intensievere patrouilles van marine en kustwacht tot meer samenwerking. Vorige week nog kwamen vertegenwoordigers van twaalf Europese kustlanden van de Noord- en Oostzee samen om afspraken te maken over het volgen van Russische en andere verdachte schepen. Deze bijeenkomst was bedoeld om schepen op te sporen die de sancties van het Westen tegen Moskou ontlopen. De versterkte samenwerking kan echter ook worden gebruikt voor het opmerken van Russische betrokkenheid bij sabotage-acties van onderzeese leidingen.
Particuliere schepen
Incidenten als met de Yi Peng 3 geven maatregelen die nog in de pijplijn zitten vermoedelijk een stevige impuls. Momenteel loopt er al een aanbesteding door Defensie om een of meer particuliere schepen in te zetten voor intensievere patrouilles op de Noordzee. Deze schepen moeten in 2025 en 2026 de tijd overbruggen tot het moment waarop de marine later in 2026 meer patrouilleboten beschikbaar heeft om Russische activiteiten te detecteren. „Het is goed om daarbij te beklemtonen”, zegt een woordvoerder van Defensie, „dat deze schepen niet bewapend zullen zijn.”
Het is de bedoeling dat de Nederlandse staat verantwoordelijk is voor het handelen op dat ‘staatsschip’, zoals de woordvoerder het noemt, maar de juridische details daarover moeten nog worden uitgewerkt.
Verder zullen de komende jaren waarschijnlijk meer drones en satellieten worden ingezet om verdachte schepen in de buurt van kabels en leidingen te volgen. Met name de grote Reaper-drones zijn in staat lang (24 uur) in de lucht te blijven en observatiemissies uit te voeren. Eerder dit jaar deden de VS dit al om samen met Japan marinebewegingen van China in de gaten te houden in de wateren rond het Japanse Okinawa.
Probleem is dat het aantal beschikbare drones in de komende jaren beperkt is. Ook vormt de inzet een uitdaging voor de samenwerking van betrokken krijgsmachtonderdelen, in dit geval luchtmacht en marine. Om de samenwerking te verbeteren werkt Nederland aan de inrichting van een nieuw, geïntegreerd hoofdkwartier voor de strijdkrachten.
Lees ook
Seismische detector beschermt zeekabels ook tegen sabotage