Was het een wolf die de vrouw beet op de Veluwe? ‘Ze had vast boterhammen in haar zak’, zegt een wandelaarster

Supercool!” Nee, de veertienjarige Dylan uit Apeldoorn wist nog niet dat in het Nationaal Park De Hoge Veluwe iemand is gebeten door, waarschijnlijk, een wolf. Niemand van Dylans klasgenoten uit de tweede van middelbare school Cortenbosch in Apeldoorn wist het. Hun docenten evenmin. Laat staan dat ze voorzorgsmaatregelen hebben genomen.

Dan bestijgt de hele groep de gratis witte fietsen bij de ingang Hoenderloo, op weg naar het Kröller-Müller museum. „Ik hoop dat ik word gebeten”, roept Dylan. „Dan word ik een weerwolf.”

Op deze zonnige doordeweekse ochtend duurt het even voor het park tot leven komt. Eerst rijden werknemers het park in, dan de vroege vogels. Twee mannen in gedempte kleuren op de fiets die onder gestaag trappen zeggen zich geen zorgen te maken. Waarom niet? „Omdat het geen wolf wás. Het was een grote hond.”

Ik hoop dat ik word gebeten. Dan word ik een weerwolf

Dylan (14)
scholier uit Apeldoorn

Het was zeker een wolf, zegt parkdirecteur Seger baron van Voorst tot Voorst door de telefoon. Vermóedelijk een wolf, zegt de woordvoerder van de provincie Gelderland – die het dna van het dier laat onderzoeken. Zondag beet het dier een vrouw, die in het park aan het hardlopen was, tweemaal in haar bovenbeen. „Ze viel op de grond”, zegt parkdirecteur Van Voorst. Het dier bleef erbij, volgens drie getuigen, van wie twee de aanval hebben gezien. „Ze zijn enorm geschrokken.” Een van de getuigen had een hond bij zich. „Daar was die wolf helemaal niet in geïnteresseerd.” Terwijl het groepje met de gewonde vrouw naar het parkcentrum liep, „bleef de wolf nog een kwartier achter die mensen aangelopen”, zegt Van Voorst. „Die was helemaal niet bang.”

Dit beest, concludeert Van Voorst, is „een tijdbom”: niet schuw, niet bang voor mensen en levend in de veel te kleine ruimte van Nederland, met te veel mensen op elkaar. Voor deze specifieke wolf zit er volgens hem maar één ding op: afschieten. „Het is wachten tot een kind wordt meegesleurd.”

Twee wandelaars in Nationaal Park de Hoge Veluwe.
Foto Wouter de Wilde

Speculatie

De Duitse toeristen Anne en Joseph Schutze-Herich, die met een kind in een trekkarretje door het park fietsen, geven de parkdirecteur gelijk. Ze hadden nog niet gehoord over het bijtincident, maar Joseph is rentmeester in de buurt van Münster en weet hoe gevaarlijk wolven zijn. Ze gaan nooit zonder stok het bos in. Hun paarden durven ze niet langer ’s avonds buiten te laten. Ze zullen blij zijn als de wolf zijn beschermde status in de Europese Unie verliest en mag worden afgeschoten.

De meeste toeristen in het park weten niets over de waarschijnlijke wolfaanval van zondag. De mensen die uit nabijgelegen dorpen komen, hebben wel allemaal iets gehoord of gelezen. Nog iets wat ze gemeen hebben: niemand van hen wil met naam en toenaam in de krant.

De drie vrouwen die het park om half tien met stevige tred binnenwandelen vanuit ingang Hoenderloo, hadden het net over het incident. Los van elkaar hadden ze bedacht dat je beter geen eten bij je kunt dragen. „Ik denk dat die gebeten vrouw boterhammen in haar zak had”, zegt een van de drie. „Dat is speculatie”, protesteren haar vriendinnen.

Wolven eten ook onze beschermde dassen op

Seger baron van Voorst tot Voorst
parkdirecteur Hoge Veluwe

De speculerende vrouw komt uit Hoog-Soeren en stond onlangs zelf oog in oog met een wolf, om elf uur ’s avonds bij haar voordeur. Zó hoog – ze wijst tot haar knie. Een paar seconden keken ze elkaar aan, hij buiten, zij in haar halletje, daarna draaide het dier zich om en trippelde weg. Zorgen voor zichzelf maken ze zich niet, een groepje zal niet zo’n aantrekkelijke prooi zijn voor een wolf.

Ook de – bewust anonieme – vrouw die met haar fotocamera op een leenfiets stapt, voelt zich niet onveilig. „Ik ga niet hardlopen, dat scheelt.” Ze vermoedt dat die vrouw daarom zondag is gebeten. Ze is tégen de wolf, zegt ze uit zichzelf. Het dier past volgens haar niet in het dichte weefsel van bebouwing en snelwegen van Nederland.

Al zes jaar komt ze vogels fotograferen in het park – deze dinsdag zoekt ze de zeldzame slangenarend die deze week is gesignaleerd – en zegt dat de aanwezigheid van de wolf ook andere dieren heeft beroerd. „Ik heb dit jaar nog amper herten gezien. Die leven nu veel dichter op elkaar.” Ze zegt dat biologen beweren dat die schuwheid door de mensen komt. „Maar mensen komen hier al jaren, en toen was er niks aan de hand. De wolf is hier pas een jaar of vier en sindsdien is het veranderd.”

Naar verluidt beet zondag een wolf een hardloopster tot twee keer toe in haar been.
Foto Wouter de Wilde



Lees ook

Hoe de wolf een gemeenschap verscheurt

Een van de schapen van Bertus Gort die zijn aangevallen door een wolf.

Theoretici

Biologen? Parkdirecteur Van Voorst kan hun opvattingen wel uittekenen. Dat wolven geen mensen aanvallen, dat de mensen zich moeten aanpassen aan deze beschermde soort. Maar komen die specialisten weleens kijken in het park? „Wolven eten ook onze beschermde dassen op”, zegt Van Voorst. „Nederland wordt geregeerd door theoretici.”

Twee Duitse biologen stellen een camera met een kolossale telelens op tussen de struiken. De vrouw, die anoniem wil blijven, krimpt ineen wanneer ze over het bijtincident hoort. Als haar man, Tom Papenbrock (die wel met naam in de krant wil), zegt dat hij er al over had gelezen, werpt ze hem een verwijtende blik toe. Hij zegt dat ze zich flink moeten uitrekken om wolven af te schrikken en dat ze in geval van nood met een verrekijker of telelens kunnen slaan. Het risico dat een wolf mensen aanvalt, is volgens hem zo klein, dat mensen dat gevaar moeten accepteren. Waarom? Omdat elk ecosysteem een toproofdier nodig heeft. „Hier zijn al veel te veel herten.”

Tom Papenbrock, een Duitse bioloog, in de weer met een telelens: „Elk ecosysteem heeft een toproofdier nodig.”
Foto Wouter de Wilde



Lees ook

In Noorwegen krijgt de wolf geen warm onthaal

Een wolf die is doodgeschoten tijdens de wolvenjacht in het Noorse Aurskog Høland, januari 2024. Foto Odin Drønen