N.B. Het kan zijn dat elementen ontbreken aan deze printversie.
Opgevoed Elke week legt Annemiek Leclaire een lezersvraag voor aan deskundigen.
Moeder: „Soms weet ik niet wat positief stimuleren is, en wat pushen. Mijn dochter (11) geeft aan moeite met Engels te hebben. Samen bedenken we een plan met allerlei leuke onderdelen om haar Engels te verbeteren. Alleen moet het plan uiteraard ook worden uitgevoerd. Door haarzelf, maar dat gebeurt niet. Ik kan een paar keer vragen ‘Heb je nog hulp nodig?’ maar als er dan nog niks gebeurt… Wat te doen? Hetzelfde geldt voor (Cito-)toetsen voorbereiden. Hoe ver ga je met stimuleren? Of eigenlijk: laat je je kind voor de volle 100 procent de negatieve consequenties dragen van het eigen gedrag? Ook als het een puber is?”
Heeft u vragen over de opvoeding van uw eigen of andermans (klein)kinderen?
In de rubriek Opgevoed leggen we dilemma’s van lezers anoniem voor aan de beste deskundigen. Onder de inzenders van vragen verloten we exemplaren van het boek ‘Andere ouders doen ook maar wat’, een bundeling van de eerste jaargangen van de rubriek.
Inspireren
Jelle Jolles: „Motiveren wordt ‘pushen’ als ouders hun kind een plan opleggen zonder zich te verplaatsen in wat hun kind al weet en ervaren heeft. Als uw dochter het plan nog niet uitvoert, is het voor haar waarschijnlijk niet helder genoeg. Veel ouders realiseren zich onvoldoende dat zij zelf enorm veel kennis en ervaring hebben. Wat zij ‘een handige aanpak’ vinden is voor het kind vaak helemaal niet zo duidelijk. Kinderen hebben wel taal, maar geen begrip en nog geen ‘mentale voorstelling’, en kunnen het gevraagde daardoor niet in een handeling omzetten. Een vraag als ‘Heb je nog hulp nodig?’ is dan te abstract.
„Waar het op deze leeftijd om gaat is niet ‘sturen’, maar ‘inspireren’. U kunt uw dochter helpen door haar zelf te laten verwoorden wat de opgave of de leerstof is. Door haar parafrasering, ondersteund door u, wordt de kennis in een ander deel van haar brein verankerd.
„Belangrijk is dat u zich realiseert dat uw dochter in een kwetsbare positie zit: ze merkt dat haar moeder goed weet hoe het moet, maar zij nog niet. Daardoor kan ze zichzelf ‘stom’ vinden en dat kan een faalgevoel geven. Veel tieners in deze leeftijd lopen op hun tenen, zijn bang om niet te voldoen. Laat duidelijk merken dat ‘iets niet kunnen’ erbij hoort; dat ze er zelfs recht op heeft ‘werk in uitvoering’ te zijn.”
Háár plan
Tischa Neve: „Mooi dat u samen met uw dochter een plan maakt. Let er goed op dat u niet alles aandraagt. Laat vooral uw dochter nadenken en ideeën aandragen, de kans van slagen en haar commitment zijn groter omdat het dan echt haar plan is. Zo voorkom je ook dat ze in de weerstand schiet.
„Na het plan te hebben gemaakt, kunt u vragen: ‘Hoe gaan we dit laten werken, en wat is mijn rol daarin? Wil je het helemaal zelf proberen, zal ik je er aan herinneren, zal ik je overhoren?’ Neem ook dat op in het plan. Het is goed als u daarbij kaders aangeeft: ‘Ik wil je altijd overhoren, maar dan moet je me dat op tijd laten weten en niet vlak voordat je naar bed moet.’
Vertel haar vooral dat ‘leren’ ook ‘ervaren’ is. Wat zijn negatieve consequenties? Een onvoldoende is geen fout op deze leeftijd maar een aanwijzing dat ze het net iets anders moet aanpakken. Daar kun je weer samen naar kijken.
„Laat haar ‘in the lead’ zijn. Op de lagere school hoef je eigenlijk nog niet voor toetsen te leren, maar als uw dochter dat wél wil, kunt u haar daarin op voornoemde wijze stimuleren.”