Wafels en wattes?

Als je maar lang genoeg geduld hebt, komt alles wat Amerikaans is een keer onze kant op. Natuurlijk heb ik het dan over Halloween, het pompoen- en griezelfeest dat we in mijn jeugd alleen kenden uit sitcoms als Family Ties en The Cosby Show, terwijl het tegenwoordig al net zo onontkoombaar is als Sinterklaas. (Ik klink nu als een oud wijf en ik weet het.) Maar het geldt bijvoorbeeld ook voor een heel ander fenomeen: wafels. En dan om preciezer te zijn: wafels als warme maaltijd, gecombineerd met iets hartigs dus – want zoete wafels, die kenden we allang.

In de meest klassieke uitvoering van dit concept worden de wafels gecombineerd met gefrituurde kip. Je ziet het sinds een tijdje steeds vaker op de kaart staan in restaurants, en zelfs in ontbijttentjes, want chicken and waffles is van oorsprong een ontbijtgerecht. Als bakermat geldt de zogeheten Pennsylvania Dutch cuisine, een aan het begin van de 17de eeuw ontstane Duits-Amerikaanse immigrantenkeuken die zich kenmerkt door zware meel- en vleesspijzen. Later werd het gerecht vooral populair in de zuidelijke staten van de VS, en kreeg daardoor het stempel soul food.

Zonder het ooit te proberen heb ik chicken and waffles altijd een bizarre combinatie gevonden. Waarom zou je in hemelsnaam zoete wafels willen eten bij gefrituurde kippenpoten? Die twee doen toch helemaal niets met of voor elkaar? Dan kun je net zo goed appeltaart met bearnaisesaus serveren, of lamskoteletjes met vanille-ijs, ik noem maar een zijstraat. Tegelijkertijd, ik ben dol op spekpannenkoeken met stroop, klop regelmatig honing door mijn sladressing en gebruik graag een lepeltje miso in cakes en ander gebak. Dus wat zeur ik nou?

Enfin, gezien de stijgende populariteit van dit soort hartige wafelgerechten werd het hoog tijd me eens over mijn aversie heen te zetten. Gefrituurde kip ging me nog steeds te ver, maar iets vegetarisch leek me wel wat. Iets met eieren, of iets met paddestoelen? Toevallig had een pr-bureau me net een mandje paddestoelen toegestuurd. Echt mooie exemplaren waren het, witte beukenzwammen, reebruine bundelzwammetjes, koningsoesterzwammen, shiitakes. Ze worden biologisch geteeld in Stramproy, door een bedrijf dat Oakfield heet en zijn sinds kort te koop bij diverse supermarkten.

Even ter verantwoording: er wordt wel vaker bij me aangebeld met producten waarvan pr-bureaus hopen dat ik erover in de krant zal schrijven, best vaak zelfs, maar ik doe dat zelden. Alleen als ik ergens oprecht enthousiast over ben en vind dat u er ook van zou moeten weten maak ik een uitzondering. En dat is dus het geval met deze paddestoelen. Want hoe romantisch ook het idee om in de herfst te koken met allerhande bijzondere zwammen, in de praktijk durft bijna niemand ze zelf in het wild te verzamelen en heeft ook lang niet iedereen een groentejuwelier in de buurt. Daarom juich ik uitbreiding van het assortiment in supermarkten van harte toe. Noem het de democratisering van de betere paddestoel.

Paddestoelen werden het dus. En eieren, waarom niet? Als er twee producten wél een logische combinatie vormen zijn het tenslotte deze twee. En omdat het pompoenentijd is en u, ik weet het bijna zeker, snakt naar nieuwe pompoeninspiratie, heb ik wafels gebakken met pompoen in het beslag. Tot mijn vreugde werd het nog veel lekkerder dan ik had verwacht. Ja, alle hipheid terzijde, misschien is dit wel het perfecte lunchgerecht voor een herfstig weekeinde aan de vooravond van Halloween.