Ruim 2.000 euro bruto per maand. Zóveel minder verdient rechter Eline Groenendaal dan haar mannelijke collega, ondanks twintig jaar vergelijkbare ervaring. Daarom zit ze donderdag niet op de rechterstoel, maar staat ze samen met Bureau Clara Wichmann, een juridische stichting voor gendergelijkheid, en twee andere vrouwelijke rechters als eiser tegenover de Nederlandse staat bij het College voor de Rechten van de Mens in Utrecht.
De vrouwen voeren sinds 2018 strijd, en vandaag een dubbele: een collectieve zaak voor alle vrouwelijke rechters én drie individuele procedures. Met manifesten, Woo-verzoeken en aanmaningsbrieven hebben ze de afgelopen zes jaar geprobeerd de loonkloof onder de aandacht te brengen.
En die aandacht is er, blijkt wel vandaag: zo’n vijftig belangstellenden, voornamelijk vrouwelijke rechters, zijn als toehoorders aanwezig. Niet alleen de zaal is goed gevuld, ook in een naastgelegen ruimte wordt de zitting via een livestream gevolgd.
Deze zaak gaat over rechtvaardigheid. Wij vrouwen werden, en worden nog steeds, ongelijk beloond in de rechtspraak
De inzet: eerlijke compensatie voor iedereen die onder het oude salarissysteem viel, dat later werd aangepast. Sinds 1994 werd het laatstverdiende loon als basis gebruikt voor het salaris van rechters in opleiding (RIO’s), om zo mensen met relevante ervaring aan te trekken. De gedachte was dat anders mensen uit het bedrijfsleven veel meer zouden kunnen verdienen dan in de rechtspraak.
Dit systeem zorgde er bijvoorbeeld voor dat iemand die op de Zuidas werkte veel meer kon verdienen dan juristen die van de sociale advocatuur kwamen, en het betekende dat de loonkloof tussen mannen en vrouwen werd geïncorporeerd in de rechtspraak. Vrouwelijke rechters kregen bij aanvang van hun opleiding tussen de 3,5 en 10 procent per jaar minder betaald voor hetzelfde werk, zo blijkt uit onderzoek van Q-Intelligence.
Ongewogen werkervaring
Mede onder druk van eerdere protesten werd het beleid per 1 juli 2023 aangepast: iedereen werd ingeschaald op basis van zogeheten ongewogen werkervaring. Al was dat niet vanwege een onrechtmatig systeem, zo stelt de staat. „We willen de subjectieve beleving van vrouwelijke rechters niet ontkennen, maar we zien geen structurele ongelijkheid.”
De eisers nemen geen genoegen met het aangepaste systeem. De nieuwe regels gelden namelijk alleen voor vers ingestroomde rechters. Iedereen die vóór 1 juli 2023 begon, krijgt geen compensatie voor het misgelopen salaris. En dat vinden de vrouwen in strijd met het principe van gelijke beloning voor gelijk werk.
Groenendaal, aanwezig via een videoverbinding: „Deze zaak gaat over rechtvaardigheid. Wij vrouwen werden, en worden nog steeds, ongelijk beloond in de rechtspraak. Het is ongelooflijk dat de staat dat niet erkent en niet uit zichzelf alles doet om dat recht te zetten. Wat voor voorbeeld geef je dan?”
Rechter en mede-eiser Marlies Spooren sluit zich hierbij aan: „Een van de redenen waarom ik rechter ben geworden, is omdat ik geloof in een rechtvaardige samenleving, en voor mij betekent dat dat iedereen dezelfde kansen moet krijgen. Gelijk loon voor gelijk werk is een fundamenteel principe van rechtvaardigheid.”
Het systeem werkt juist neutraal, werpt de staat tegen, er wordt geen onderscheid gemaakt in sekse: „Ja, rechters worden voor hetzelfde werk anders betaald, maar dit werkt voor mannen en vrouwen hetzelfde”, zegt de vertegenwoordiger van de staat. „Bovendien werd het beleid destijds in 1994 ingevoerd met instemming van alle sociale partners.”
Impact
Hoewel het College voor de Rechten van de Mens geen bindende uitspraak kan doen, heeft het oordeel wel politieke en juridische impact. Het College toetst alleen op discriminatie en zal zich niet uitspreken over de vraag of er compensatie moet komen. Uitspraken van het College zijn wel gezaghebbend. Advocate Astrid Helstone van Stibbe, die samen met haar collega Fiona Stewart het Bureau Clara Wichmann en de vrouwelijke rechters bijstaat, zegt: „Dit is een startpunt. Een positief oordeel van het College versterkt onze zaak voor de rechter en is de eerste stap naar een eerlijke compensatie voor vrouwelijke rechters en officieren die benadeeld zijn door het inschalingssysteem.”
Na afloop verzamelen de vrouwelijke toehoorders zich, overwegend in een opgewekte stemming, bij de toiletten. „De staat gaat het met deze zaak nog zwaar krijgen”, zegt een van hen met een brede glimlach.
Het is nog niet bekend wanneer het College uitspraak zal doen.
Lees ook
Vrouwelijke rechters verdienen minder dan hun mannelijke collega’s en dat pikken ze niet (meer)
