De Russische oppositieleider Ilja Jasjin, die donderdag werd vrijgelaten tijdens de grote gevangenenruil, heeft aangekondigd zijn politieke strijd tegen Vladimir Poetin vanuit het buitenland voort te zetten. Tijdens een persconferentie in Bonn aan de zijde van andere vrijgelaten Kremlin-critici Vladimir Kara-Moerza en Andrej Pivovarov, uitte Jasjin zijn verontwaardiging over hoe de ruil tot stand is gekomen, door te spreken van een „gedwongen deportatie”.
Jasjin richtte zijn woede niet op de landen die zijn vrijlating hadden gefaciliteerd, maar beschuldigde het Kremlin ervan hem tegen zijn wil te hebben uitgezet.
Hij benadrukte dat hij geen toestemming had gegeven voor zijn deportatie en stelde dat anderen met dringender medische behoeften in zijn plaats hadden moeten gaan. „Vanaf mijn eerste dag achter de tralies heb ik gezegd dat ik niet bereid was deel te nemen aan welke uitwisseling dan ook”, aldus Jasjin, die vanwege kritiek op de Russische invasie van Oekraïne in 2022 werd gevangengenomen in zijn thuisland. „Meer dan wat dan ook wil ik nu terug naar huis.”
Lees ook
Historische ruil gevangenen tussen Rusland en Westen
De gevangenenruil, de grootste sinds de Koude Oorlog, ging om de uitwisseling van acht Russen voor zestien gevangenen uit Russische en Wit-Russische gevangenissen, voornamelijk dissidenten. Naast Jasjin, Kara-Moerza en Pivovarov maakten ook de Wall Street Journal-verslaggever Evan Gershkovich en de Amerikaanse marinier Paul Whelan onderdeel uit van de ruil. Veel landen, met name de VS en EU-leden, prezen de ruil als een overwinning, uit angst voor de levens van de dissidenten na de dood van politicus Aleksej Navalny vorig jaar in de gevangenis.
Kara-Moerza deed vrijdag ook een oproep om een onderscheid te maken tussen de Russische bevolking en president Vladimir Poetin. „Er zijn veel mensen in Rusland die tegen de oorlog zijn en niet in de propaganda van het Kremlin geloven.”