Voetbalclub SSC Napoli verbindt rijke en arme Napolitanen

Reportage

Voetbalstad Napels Napoli kan dit weekend kampioen van Italië worden. Voor de stad en haar inwoners overstijgt het belang van die titel ruimschoots het voetbal.

Een foto van Diego Maradona hangt aan het stalletje van een slager in een straat in Napels. Maradona speelde van 1984 tot 1992 bij SSC Napoli.
Een foto van Diego Maradona hangt aan het stalletje van een slager in een straat in Napels. Maradona speelde van 1984 tot 1992 bij SSC Napoli.

Foto Andrew Medichini/ AP

Er hangt muziek en vooral ook veel lawaai in de lucht in Forcella, een folkloristische volkswijk in het historische hart van Napels. Groepjes voetbalfans, gekleed in de clubkleuren blauw en wit, zingen en schreeuwen zich de longen uit het lijf. „Haha, la capolista se ne va!” klinkt het triomfantelijk. Haha, de titelverdediger raakt straks zijn titel kwijt.

Was een wandeling door de Zuid-Italiaanse havenstad altijd al een wonderlijke gebeurtenis, deze dagen kom je in Napels pas echt ogen te kort. Talloze trappen, straatstenen, pleintjes en banken kregen al een lik witte en blauwe verf, ter voorbereiding op wat zich aankondigt als het volksfeest van de eeuw: de viering van het landskampioenschap van stadsclub SSC Napoli.

Afgelopen weekend beleefden de Napolitanen alvast een voorproefje, na de overwinning tegen Juventus, de aartsvijand uit het noorden. Nadat Napoli-speler Giacomo Raspadori in de blessuretijd de 0-1 had gescoord, haastten duizenden tifosi zich ’s avonds laat naar de luchthaven om de spelers daar op te wachten. Tientallen jongeren op motorfietsen achtervolgden later die nacht de spelersbus, euforisch toeterend en zingend.

Zulke uitbarstingen van vreugde zullen straks nog vele malen worden overtroffen, als Napoli daadwerkelijk kampioen van Italië is. De kans is zeer aanwezig dat het dit weekend zover is, als Napoli zelf wint en concurrent Lazio punten verspeelt tegen het sterke Internazionale. Maar de voorsprong is zo groot, dat het kampioenschap Napoli eigenlijk sowieso niet meer kan ontgaan. In Napels bereiden stadsbestuur en politie zich er alvast op voor.

Vlaggen met liefdesverklaringen

De waslijnen in de smalle steegjes waaraan doorgaans onderbroekjes wapperen, zijn al vervangen door meterslange blauw-witte linten, slingers en vlaggen, met liefdesverklaringen aan de sterspelers van de club. Vooral de Georgische spits Khvicha Kvaratskhelia heeft hier de harten gestolen. Hij kreeg de bijnaam ‘Kvaradona’ – een verwijzing naar Diego Armando Maradona. Het is in Napels het ultieme eerbetoon.

Tweemaal eerder in de clubgeschiedenis werd Napoli kampioen. De eerste keer, in 1987, vierde de stad liefst twee maanden feest, vertellen ouders aan hun kinderen. De tweede keer was in 1990, en beide keren speelde Maradona de hoofdrol.

Daniele Sanzone (44), afgestudeerd als filosoof, is singer-songwriter bij de rapgroep ‘A67. De band komt uit Scampia, de buitenwijk die het decor vormde van de veelbekeken televisieserie Gomorra en die ook in het echte leven jarenlang een synoniem was voor drugs en geweld. Tussen 2004 en 2012 vonden in de buurt twee clanoorlogen plaats. De wijk was in die jaren levensgevaarlijk, maar is sindsdien mede dankzij moedige buurtwerkers spectaculair veranderd.

Voetbalclub SSC Napoli verbindt de Napolitanen van zulke buitenwijken met de inwoners van de chique Vomero-wijk of met Posillipo, waar de topvoetballers en sterren wonen, vertelt Sanzone. „Rome, Milaan en Turijn hebben allemaal twee topclubs, maar zoiets zou hier ondenkbaar zijn. Napoli zit in elke vezel van onze stad, Napoli ís deze stad.”

Sanzone herinnert zich beide landstitels nog goed. Het was de zegetocht van het arme zuiden tegen het rijke noorden, want eind jaren tachtig was de dominantie van de kapitaalkrachtige, noordelijke clubs in Italië ook al groot. Vooral AC Milan dwong respect af, met een ijzersterke ploeg. „Rood-zwart had drie voetballers met een monsterlijk talent (hij doelt op Marco van Basten, Ruud Gullit en Frank Rijkaard, red.). Maar drie monsters bleken niet genoeg voor Napoli. Want alleen hier liep God op het veld.”

Hij zegt het slechts half grappend. In het hart van het Spaanse kwartier, een bekende volkswijk, is het pleintje voor een metershoge muurschildering van de Argentijnse stervoetballer Maradona uitgegroeid tot een heus bedevaartsoord. De traditie wil dat voor elke wedstrijd minstens één vertegenwoordiger van de bezoekende club hier even zijn eer komt betuigen.


Lees ook: in 2020 nam schrijver Hugo Camps afscheid van Maradona met dit verhaal

Aan de wapperende linten in de steegjes van de Quartieri Spagnoli bungelen foto’s van de basisspelers van Napoli, met op de achterkant telkens een foto van de Argentijn, alsof het een bidprentje van een Zuid-Italiaanse heilige is. Op straat worden, drie jaar na zijn dood, nog altijd de gekste Maradona-souvenirs verkocht. Het raam van een parfumeriezaak is volledig ingepakt met een geschilderd portret van de Argentijn met dromerige blik. Eronder, in vette letters: ‘DIOS’.

„Hij was een volksleider, politicus en revolutionair”, zegt Sanzone, de rapper-filosoof. Maradona werd de spreekbuis van het zuiden van Italië, en daarbuiten van het zuidelijke Italië waar ook ter wereld. „Hij schaarde zich resoluut aan de kant van de verschoppelingen, van hen die doorgaans eindigen op de allerlaatste plaats.”

Racistische clichés

Videomaker Federico Quagliuolo (30) begrijpt precies wat hij bedoelt. Via zijn populaire Instagram-account ‘Storie di Napoli’ verspreidt Quagliuolo verhalen over zijn stad en haar tradities onder een breed publiek. Tegelijk strijdt hij tegen vooroordelen. Napolitanen staan niet alleen symbool voor „dé zuiderling” in Italië, maar voor zuiderlingen in het algemeen, zegt de videomaker tijdens een wandeling door Spaccanapoli, een bruisende straat die de binnenstad van Napels in tweeën splijt.

Als Napolitaan voel je je een pechvogel, geboren op de verkeerde plaats

Volgens de racistische clichés zouden Napolitanen arm, crimineel en onbetrouwbaar zijn. Dat de georganiseerde misdaad in Napels zit, kan niemand ontkennen. Door zijn drugsverslaving belandde Maradona zelf in de klauwen van een beruchte clan van de Camorra. Ook de armoede in de stad is zichtbaar. Het voorbije decennium trokken 170.000 jongeren weg uit de stad, op zoek naar werk en een toekomst in het noorden. In de landstreek Campanië schommelt de werkloosheid rond 19,3 procent, en heeft minder dan één op de drie vrouwen een baan. Tv-series als Gomorra, die onvermeld laten dat er ook dingen ten goede veranderen, brachten die al wankele reputatie nog meer schade toe.

„Als Napolitaan krijg je het gevoel dat je veroordeeld bent tot de ‘Serie B’, de op één na hoogste divisie”, zegt Quagliuolo. „Je raakt ervan overtuigd dat je toch nooit kunt winnen. Dat er altijd wel iemand beter zal zijn dan jij. Je voelt je een pechvogel, geboren op de verkeerde plaats.”

Maradona stelde dertig jaar geleden al vast dat spelers en supporters van Napoli bij elke uitwedstrijd in Noord-Italië met racistische liedjes werden geconfronteerd. „Ik voelde me alsof ik een deel van Italië vertegenwoordigde dat niet meetelt”, zei de speler in een Netflix-documentaire uit 2019. Daarin is onder meer te zien dat Inter-supporters op een spandoek ‘Napels, riool van Italië’ hebben geschreven. Dat was dan nog een van de mildste beledigingen, die niet zelden een racistisch karakter hadden en hebben. De Argentijn vond het zo afschuwelijk dat hij er, onder meer na een zege tegen Juventus in 1985, voor de televisiecamera wat van zei. „Je wil niet weten welke bagger wij, en de mensen van Napels, over ons heen krijgen”, zei de Napoli-ster.

Op een caféterras vlak bij het ietwat aftandse stadion dat naar Maradona is genoemd, nipt ‘Maui’ voorzichtig aan zijn espresso. Onder de Napoli-supporters is Maui, roepnaam van Maurizio Palumbo (59), een begrip. Hij organiseert supportersreizen en hangt dagelijks in de buurt van het stadion rond. Maui draagt een tot op de draad versleten pet van zijn lievelingsclub. „Ik was veertien toen ik na een uitwedstrijd tegen Juventus thuis in tranen uitbarstte en aan mijn vader vroeg waarom ze de hele wedstrijd lang ‘welkom, Afrikanen!’ hadden geroepen en met de Italiaanse driekleur hadden staan zwaaien.”

Maui’s vader antwoordde met een geschiedenisles. Napels was machtig, welvarend en belangrijk, zei hij, nog vóór er van een Italiaanse staat ook maar sprake was. Tot de Italiaanse Eenmaking (1860-1861) omvatte het welvarende Koninkrijk der Beide Siciliën, met Napels als hoofdstad, een zeer groot deel van Zuid-Italië en Sicilië. Nog steeds is dit glorierijke verleden een bron van trots. Zo prijkte het wapenschild van de toen heersende Bourbon-dynastie al op het shirt van SSC Napoli, en duikt het nu opnieuw op tussen alle andere voetbalgraffiti in de stad. Het schild van de Bourbons symboliseert oude glorie en zuidelijke trots.

Maradona’s verhaal, zelf opgegroeid in een sloppenwijk en daarna onwaarschijnlijk succesvol, sloot daar naadloos bij aan. „Hij bewees dat groot talent kan zegevieren, zelfs op de macht van het kapitaal”, zegt Daniele Sanzone.

In de race naar de derde landstitel is opnieuw een hoofdrol weggelegd voor een jongen die armoede heeft gekend. Spits Victor Osimhen groeide op in Nigeria, waar hij waterflessen verkocht om te overleven. „Ook hij weet wat echte honger is”, zegt Sanzone, „en het maakt hem even hongerig naar de zege.”


Lees ook: hoe het succes van Napoli kundig werd gefabriceerd door voorzitter Aurelio De Laurentiis

Op straat in Napels lopen kinderen rond met een zwart beschermend gezichtsmasker, net zoals Osimhen elke wedstrijd draagt. Eerst moest hij het dragen vanwege een blessure, maar intussen is het een geluksbrenger – Napels is de meest bijgelovige stad van Italië. Voor zijn jongste fans geeft het zwarte masker hem de looks van een superheld. Op een straathoek poseert een zwarte jongeman met geblondeerd haar en in de outfit van Napoli alsof hij Osimhen is, tot hilariteit van voorbijgangers die met hem een selfie willen.

De vindingrijke Napolitanen halen alles uit de kast om aan het voetbalfeest een flinke cent te verdienen. Een fanfare paradeert door de nauwe steegjes met een zwierige gipsy-versie van ‘When the saints go marchin’ in’. Wie op het ritme klapt, wordt prompt verzocht de geldbeurs te openen. Families verkopen aan geïmproviseerde eetstandjes voor hun voordeur gefrituurde pizza voor één euro, zwart werk dat oogluikend wordt gedoogd. Even verderop in de steeg perst een grootmoeder in een vintagetruitje van Maradona een stapel citroenen uit. Met schalkse blik giet ze in elke beker ook een scheutje citroenlikeur.

Napels lijkt soms wel het podium van een volkstoneel met acteurs die hun publiek willen ontroeren en verleiden. Toeristen met korte broeken en bleke benen lopen vol verwondering door de drukke straten, om de haverklap wegduikend voor de zoveelste voorbijschietende Vespa.

Rapper-filosoof Daniele Sanzone wenst zijn stadsgenoten het economische succes als gevolg van het volkse voetbalfeest van harte toe. Tegelijk merkt hij bezorgd op dat de stad almaar meer bezoekers trekt, maar dat het toeristische aanbod en de infrastructuur daar nog onvoldoende op zijn afgestemd. En als de stad straks is uitgefeest, worden de Napolitanen nog steeds geplaagd door sociale problemen als armoede, misdaad en geweld.

„Ik hoop dat we dit moment aangrijpen om ook daar stukje bij beetje wat aan te doen”, zegt Sanzone. „Dan draagt dit historische moment misschien bij aan een echte wedergeboorte voor deze unieke stad.”