Hoe lang een arbeidsmigrant in Nederland blijft, hangt vooral af van de arbeidsmarkt en de economische vooruitzichten in zowel Nederland als het land van herkomst. Dat meldt het Centraal Planbureau (CPB) in een maandag verschenen analyse.
Arbeidsmigranten verblijven korter in Nederland wanneer de werkloosheid hier hoger ligt of als de economie in hun geboorteland sneller groeit. Ook baanverlies en het opnieuw vinden van een baan beïnvloeden de verblijfsduur.
Voor arbeidsmigranten die hun baan kwijtraken, is de kans drie keer zo groot dat zij Nederland verlaten als tijdens hun eerste periode van werk. Voor arbeidsmigranten van buiten de EU speelt daarbij mee dat hun verblijfsvergunning vaak direct gekoppeld is aan hun werk en werkgever.
Lees ook
‘Westlandse methode’ zorgt voor grip op misstanden rond arbeidsmigranten. Waarom volgt de rest van Nederland niet?
Als arbeidsmigranten opnieuw werk vinden vertrekken ze gemiddeld genomen juist twee keer zo langzaam. Door het herstel van hun financiële en economische positie wordt hun intentie om langer te blijven en hun binding met Nederland versterkt.
Hoogte inkomen
Ook de hoogte van het inkomen is een belangrijke factor bij de afweging om te blijven of te vertrekken. Hoe hoger het inkomen hoe beter een arbeidsmigrant in staat is om een stabieler en beter bestaan in Nederland op te bouwen.
Van arbeidsmigranten met een maandinkomen tussen de 1.000 euro en de 2.000 euro is na vijf jaar nog 64 procent in Nederland aanwezig, terwijl dat voor mensen met een maandinkomen tussen de 2.000 euro en 3.000 euro 78 procent is.
Mensen met hoge inkomens van boven de 6.000 euro blijven nog langer: van die groep is na vijf jaar nog 87 procent in Nederland.
