Veertig jaar na de ‘Rijswijkse vergismoorden’ is er een monument voor de slachtoffers

Op een brug aan de Verrijn Stuartlaan in Rijswijk is zaterdagmiddag een monument onthuld ter nagedachtenis aan de slachtoffers van wat de Rijswijkse vergismoorden is gaan heten. In het kantoorpand waar je vanaf de brug uitzicht op hebt, werden veertig jaar geleden, in de nacht van 7 op 8 maart 1985, vijf twintigers neergeschoten na een bandrepetitie. Willem van Putten, Albert Kneefel en Fred Bakker kwamen om het leven, Jelle de Beer en Cisco Elenbaas raakten zwaargewond.

De aanslag werd nooit opgehelderd, maar al snel werd duidelijk dat de bandleden niet het doelwit waren van de aanslag. Die was bedoeld voor leden van de Bevrijdingsraad voor Suriname, bestaande uit Surinamers die na de Decembermoorden van 1982 naar Nederland vluchtten. Vanuit hetzelfde kantoorpand in Rijswijk voerden zij verzet tegen het regime van Desi Bouterse.

Alles wat met deze zaak te maken heeft, kreeg al snel het stempel ‘geheim’

Uit onderzoek van de NRC-podcast Het geheim van Rijswijk (2021) bleek dat alles wat met deze zaak te maken heeft, al snel het stempel ‘geheim’ kreeg, zowel bij de politie als bij het ministerie van Buitenlandse Zaken. De zaak zou politiek te gevoelig liggen. En zo bleef het bijna veertig jaar stil.

Willem van der Ende, in 1985 locoburgemeester van Rijswijk, herinnert zich dat hij in de nacht van 7 op 8 maart 1985 uit zijn bed werd gebeld. Bij aankomst aan de Verrijn Stuartlaan lagen de lichamen van de slachtoffers er nog. „De politiecommissaris zei die nacht al tegen mij: ik denk dat de BVD [de Binnenlandse Veiligheidsdienst] hier morgen voor de deur staat en alles meeneemt, en dat wij erbuiten worden gehouden. En dat was ook zo”, zei hij zaterdagmiddag.

De politie heeft destijds wel onderzoek gedaan. Alles wees in de richting van Bouterse als opdrachtgever voor de aanslag, waarbij de Surinaamse ambassade in Den Haag en het consulaat in Amsterdam een belangrijke rol speelden in de voorbereiding ervan. Tot vervolging of berechting van verdachten kwam het nooit.

Erkenning

Tientallen familieleden, vrienden en (oud-)collega’s van de slachtoffers waren in Rijswijk bij de onthulling van het monument. Ook de ambassadeur van Suriname was aanwezig. Voor de nabestaanden en overlevenden is het monument de eerste vorm van erkenning voor wat er is gebeurd.

„Het is helend”, zegt Yvonne Oberweis. Zij was in 1985 verloofd met Albert ‘Ab’ Kneefel. Ze zouden kort na de aanslag trouwen. „Mijn leven stond in die tijd vooral in het teken van overleven, en daarna stopte ik het toch een beetje weg. Maar nu ik hier ben, komen er heel veel verschillende beelden weer bij elkaar. De vrolijke, leuke jongeman die Albert was, maar ook hoe hij naar beneden is gekomen nadat hij was neergeschoten”, zegt ze, wijzend in de richting van de ingang van het kantoorpand. Albert overleed kort nadat hij een beveiliger had weten aan te spreken over wat er zich binnen had afgespeeld.

De Rijswijkse burgemeester Huri Sahin onthulde het monument, bestaande uit twee plakkaten die vanaf de reling van de brug over het water uitsteken, met daarop de namen van de slachtoffers. „Het is heel belangrijk dat dit monument er nu is”, zegt ze. „Dat mensen die voorbijlopen de namen zien en weten wat hier gebeurd is. En hopelijk helpt dit monument de nabestaanden bij het dragen van het verlies.”


Lees ook

De Rijswijkse moorden verdienen meer onderzoek

Het kantoor waar drie van de vijf leden van een amateurbandje in 1985 werden vermoord, is afgesloten. De drievoudige moord is nooit opgelost.